Uitreiken RAI Mobiliteitsprijs 2012 ‘Het Gouden RAI wiel’ op 19 maart 2012
“Infrastructuur is de ruggengraat van onze economie.
Daarom investeer ik in de aanleg van nieuwe infrastructuur, wil ik meer halen uit onze bestaande infrastructuur en sneller beslissen over projecten. Bouwen, beter benutten en beslissen, dat zijn mijn drie B’s. Want als onze economie weer aantrekt, moeten we kunnen doorschakelen.”, aldus minister Schultz van Haegen tijdens het RAI Mobiliteitsdiner. Op deze bijeenkomst reikte zij ook het Gouden RAI Wiel uit aan de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid.
Uitreiken RAI Mobiliteitsprijs 2012 ‘Het Gouden RAI wiel’ op 19 maart 2012
Dames en heren,
Het Mauritshuis is en blijft een prachtige locatie voor het uitreiken van alweer het 11e Gouden RAI Wiel:
Dineren en spreken in de nabijheid van de zwijgende Meesters uit de Gouden Eeuw.
Dit prachtmuseum staat aan de vooravond van een grote verbouwing.
Het gaat - zo begrijp ik - om een uitbreiding en het beter benutten van bestaande ruimtes.
Dat doet mij heel erg denken aan mijn beleid.
Bouwen en beter benutten.
De regels van de retorica vereisen een derde B naast bouwen en beter benutten: ik heb het dan over sneller beslissen.
Ik heb natuurlijk zo-even ook kennis genomen van de drie nieuwe B’s van de heer De Boer; ‘beperken, bouwen en benutten’. Ieder zo zijn eigen verantwoordelijkheid, ieder zijn eigen drie B’s. Maar ik denk - zo luisterend naar de heer De Boer – dat we best een brug - alweer een ‘b’ - kunnen slaan tussen onze gezamenlijke ideeën.
Dames en heren,
Ik trap af met bouwen.
Infrastructuur is de ruggengraat van onze economie.
Investeren nu betekent dat onze economie later als deze weer aantrekt kan doorschakelen.
In mijn begroting staan de investeringen in wegen en spoor dan ook recht overeind. Deze kabinetsperiode komt 800 kilometer aan nieuwe rijstroken beschikbaar.
En dit recept werkt.
Bij de eerste tien opgeleverde projecten van de Spoedaanpak is de filedruk met gemiddeld 65 procent afgenomen.
Door de versnelde aanleg van extra rijstroken is zo’n 60 miljoen economische besparing bereikt.
Ik ben daarvoor schatplichtig aan mijn voorgangers.
We focussen de komende jaren ons op de grote corridors en de ontbrekende schakels.
En de projecten van nationaal belang; de economische centra, oftewel de mainports, brainports en greenports.
Zo heb ik recent de knoop doorgehakt voor een betere bereikbaarheid van de Zuidvleugel van onze Randstad, Rotterdam-Den Haag, de Nieuwe Westelijke Oeververbinding, de A13 en A15, de Ring Utrecht.
En ik ga slot fors investeren in de weg en de spoor verbinding tussen Schiphol Amsterdam Almere;de A1,A6, A9 en A10.
Een van de grootste investeringen in de infrastructuur ooit [4.4. miljard euro].
Zo zijn er nog tal van andere voorbeelden van hoe ik wil investeren in het economisch herstel en kracht van Nederland.
Maar met investeringen in de infrastructuur alleen redden we het niet.
Tot 2020 groeit de mobiliteit met 10 tot 35%.
We zullen dus ook meer moeten halen uit elke bestaande kilometer weg, spoor of vaarweg.
Ook al omdat onze budgettaire ruimte minder is.
Beter benutten betekent per definitie: maatwerk. In tien regio’s is dit jaar gewerkt aan concrete maatregelen die de filedruk gaan verlichten.
Tien regio’s met ieder hun eigen aanpak.
Maar met één doel: 20 procent minder files op de belangrijkste knelpunten in Nederland.
In totaal gaat het om meer dan 250 nieuwe maatregelen.
Maatregelen voor weg, fiets, OV, spoor en binnenvaart.
In Amsterdam breiden ze het aantal P+R faciliteiten uit.
In Arnhem-Nijmegen gaan ze het aantal deelnemers aan het project Slim Werken Slim Reizen verdrievoudigen.
In de slimme regio Brabant gaan ze intelligente transportsystemen toepassen.
In de regio Haaglanden gaan ze investeren in fietsroutes en OV-maatregelen
In Rotterdam gaan verladers de binnenvaart meer inschakelen.
Verder gaan we ‘ontspitsen’ door mensen te stimuleren in de rustige uren te reizen of thuis te werken.
En we gaan de techniek te hulp roepen om het verkeer vlotter te laten doorstromen.
Rijk, regio en bedrijfsleven trekken gezamenlijk op.
Meer uit onze infrastructuur halen.
Daarmee houden we Nederland in beweging.
We besparen tijd en geld en versterken onze economie.
Voor al die plannen trekken we ruim 1 miljard euro uit.
Ik neem daarvan ruim 60 procent voor mijn rekening; de regio’s betalen het andere deel.
Dat is een slimme investering.
Een groot infrastructureel project als de versterking van de ring Utrecht kost bijvoorbeeld al meer dan een miljard euro.
Voor ongeveer dat bedrag gaan we nu in tien regio’s de files te lijf.
Dan mijn derde ‘B’, beslissen nemen.
Sneller beslissen en besluiten durven nemen.
De Spoedaanpak heb ik zo-even al genoemd. Deze aanpak is bedoeld om projecten die zijn vastgelopen weer vaart te geven.
Door de Tracéwet permanent toe te passen wordt de doorlooptijd van besluitvorming vaak tot de helft teruggebracht. Besluiten die uiteraard in goed overleg met andere overheden worden genomen. Dat bevordert het draagvlak.
Dit jaar gaan we het symbool van Nederlandse besluiteloosheid de A4 Midden Delfland eindelijk naar het ‘rijk van ooit’ sturen.
Na bijna een halve eeuw praten heb ik de knoop nu doorgehakt.
Binnenkort geef ik het startschot voor de schop in de grond.
We zijn er gelukkig de laatste jaren in geslaagd sneller en zorgvuldig knopen door te hakken.
Polderen is goed, maar mag niet leiden dat we vastlopen in een moeras van regels en trage procedures.
Ik zal de komende jaren deze lijn - zeg maar de Elverding aanpak - van snellere besluitvorming doorzetten.
De tijd dat we in Nederland veertig jaar oeverloos discussieerden over een project is definitief voorbij.
We werken in de nieuwe aanpak zorgvuldig, slagvaardig en met inbreng van belanghebbenden.
En als het aan mij ligt zal ik de komende jaren ruimte blijven maken voor groei en voor beweging.
Zo maken we Nederland krachtiger op het internationale economische speelveld.
En zorgen we ervoor dat we sterker uit de storm komen.
Dames en heren,
Voordat ik afrond heb ik nog een schone taak toebedeeld gekregen.
Ik mag de winnaar bekendmaken van de RAI Mobiliteitsprijs 2012 ‘Het Gouden RAI Wiel’
De meer dan terechte winnaar is de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid.
Graag applaus.
Ik vind dat de RAI hiermee een zeer goede keuze heeft gemaakt.
Ik licht dat graag nog even kort toe.
Het is bewonderenswaardig met hoeveel passie deze Stichting werkt aan verbetering van de verkeersveiligheid.
In Nederland en daarbuiten.
Voor een goed verkeersveiligheidsbeleid is maatschappelijk, politiek en inhoudelijk draagvlak nodig.
Kennisontwikkeling speelt daarbij een essentiële rol.
En de prominente rol van het SWOV daarin is onomstreden.
En dat al meer dan 50 jaar!
Verkeersveiligheid is ook voor mij een belangrijk thema.
Mobiliteit creëert welvaart en mensen willen zich kunnen verplaatsen.
Bij voorkeur natuurlijk op een veilige manier.
Iedere reiziger wil veilig thuiskomen.
Nederland staat al jaren aan de top als verkeersveilig land.
Maar nog steeds is elke verkeersdode er een te veel.
Elke verkeersdode of gewonde betekent onnoemelijk veel leed.
Ik voer dan ook actief beleid voor een verkeersveilig Nederland.
En daarom heb ik bijvoorbeeld het alcoholslot ingevoerd en ben ik gestart met 2toDrive, dat wil zeggen, jongeren mogen eerder hun rijbewijs halen en vanaf 17 jaar onder begeleiding autorijden.
Maar ik kan mijn doelstelling niet alleen halen; we zijn met z’n allen verantwoordelijk voor meer verkeersveiligheid; belangenorganisaties, handhavers, overheden en zeker ook de kennisinstituten.
En om het belang van die laatste bijdrage te onderstrepen, reik ik met veel plezier de Gouden RAI Wiel 2011 uit aan welgeteld drie vertegenwoordigers van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid: de heren Van Woerkom, Eenink en Stipdonk.
En ik heb van de organisatie begrepen dat we zo meteen live een telefonische reactie van directeur Fred Wegman uit het verre Argentinië hopen te krijgen.
Ik wens iedereen nog een fijne voortzetting van deze avond.
Maar eerst wil ik vragen of de genoemde drie heren namens SWOV de prijs in ontvangst komen nemen?