Persconferentie na ministerraad 16 december 2011
Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Rutte na afloop van de ministerraad op 16 december 2011.
INLEIDEND STATEMENT
Dames en heren, welkom weer op deze persconferentie. Vandaag hebben we onder andere gesproken over de Raad van State. Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie heeft vanochtend in de ministerraad Piet-Hein Donner voorgedragen voor de functie van vice-president van de Raad van State. Deze voordracht is door de ministerraad overgenomen, met instemming begroet. De heer Donner is een man met veel kwaliteiten. Hij heeft veel kennis, hij heeft veel ervaring, hij heeft veel bagage. Zowel bestuurlijk als juridisch. Hij is inmiddels in bijna vijf kabinetten minister geweest, heel kort lid van de Tweede Kamer, maar vooral ook eerder lid van de Raad van State, lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, en daarvoor juridisch adviseur op de ministeries van Justitie en Economische Zaken. Een eminente kandidaat en een uitstekende bestuurder. Zeker ook gezien zijn kennis van constitutioneel recht en wetgeving in het algemeen. Het kabinet is niet over één nacht ijs gegaan. Het is een functie die hoge eisen stelt aan kennis, politiek-bestuurlijke ervaring en zoals ik al zei aan juridische expertise. Minister Opstelten heeft een zorgvuldige afweging gemaakt, na diverse gesprekken en consultaties. Zo heeft de Raad van State laten weten met de benoeming in te stemmen. Dat alles heeft geleid tot deze voordracht.
We beseffen dat het vertrek van Donner natuurlijk een gat achterlaat in het kabinet. Deze moeilijke tijden vragen om daadkracht. En daarom is het ook van belang dat snel deze vacature wordt opgevuld. Er liggen grote dossiers te wachten en daarom ben ik ook blij dat er vaart is gemaakt met het zoeken naar een opvolger en dat vandaag al de opvolger is beëdigd, namelijk Liesbeth Spies. Thans nog, of inmiddels niet meer, thans minister van Binnenlandse Zaken, maar tot heel kort vanochtend nog gedeputeerde in Zuid-Holland. Ik heb vanmorgen met haar het formele gesprek gevoerd, zoals ik dat ook in de formatie voer met kandidaat-bewindslieden, en alle vragen gesteld die aan kandidaat-bewindslieden moeten worden gesteld, en die zijn meer dan naar tevredenheid beantwoord. En inmiddels is zij ook beëdigd door de Koningin. Zij heeft veel ervaring in Den Haag, ze is goed op de hoogte met de dossiers die spelen. Iemand die goed is ingevoerd in het binnenlands bestuur, en in die zin ook iemand die echt vanaf dag één uitstekend beslagen ten ijs zal komen.
Er is wel besloten, in goed overleg, tot een herschikking van de portefeuille. De portefeuille van de minister van BZK was inmiddels wel heel groot geworden na de departementale herindeling. We zijn natuurlijk met het kabinet kleiner geworden, terug naar twaalf ministers en dat was vooral ten koste gegaan, in positieve zin, van deze post, die was wel heel zwaar geworden. De beleidsdomeinen Wonen waren erbij gekomen, Integratie erbij gekomen, dat was natuurlijk wel een hele zware portefeuille. Er is besloten om kijkend naar die breedte, maar ook naar de portefeuille van Gerd Leers, thans nog minister voor Immigratie en Asiel, is besloten om de portefeuille Integratie, dat onderdeel ook toe te voegen aan het werkterrein van Gerd Leers. Dat is ook een logische keuze omdat daarmee de toelating zelf en het toekomstperspectief van mensen in Nederland bij één minister is ondergebracht.
Dan de Decemberraming. We hebben vorige week kennisgenomen natuurlijk van de cijfers van het Centraal Planbureau. Die zijn vanochtend ook besproken in de vierhoek van de meest betrokken ministers. We hebben ons daar door directeur Teulings van het CPB laten bijpraten over die cijfers. Ook de president van De Nederlandsche Bank was daarbij, de heer Knot. Als we kijken dan zien we dus dat die Nederlandse economie ook heel nauw samenhangt met de verdere ontwikkeling van de Europese schuldencrisis. In februari presenteert het Centraal Planbureau zijn ramingen voor de komende jaren. Dan zal ook moeten blijken of we wel of niet blijven binnen de afgesproken zogenaamde signaalmarges. Of er dus extra bezuinigd moet worden of niet, extra hervormd moet worden of niet, dat zal blijken in februari.
Dan, ik ben dinsdag naar Afghanistan gegaan met het plan om daar eergisteravond van terug te komen, dat is niet gelukt, het is uiteindelijk gisteravond geworden. Als het bewolkt is, kun je niet wegvliegen uit Kunduz. Het was een buitengewoon inspirerend bezoek. Ik heb daar gekeken hoe de Nederlandse militaire marechaussee, maar zeker ook de politiemensen bezig zijn met het opleiden van de Afghaanse politie. En opnieuw weer diep onder de indruk geraakt van de Nederlandse krijgsmacht, van het marechausseedeel ook weer daarbinnen die Nederlandse krijgsmacht, maar ook de overige militairen en van de politietrainers die daar aan het werk zijn. Er wordt ontzettend hard gewerkt. Afghanistan, we hebben natuurlijk eerder een fase gehad waarin we moesten knokken om op te kunnen bouwen in Uruzgan. Dit is echt een trainingsmissie in Kunduz, in Noord-Afghanistan. Past ook in de hele NAVO-strategie om het land over te dragen aan de Afghanen zelf. En ik denk als je kijkt naar wat we eraan het doen zijn, dat een kleine uitbreiding mogelijk is. Maar dan moeten we zeker weten dat die uitbreiding ook voldoet aan alle eisen dat het een politietrainingsmissie moet zijn en geen militaire missie. Dat is de afspraak die we met de Kamer gemaakt hebben. Er liggen twee mogelijke terreinen van uitbreiding. Namelijk het trainen van politiemensen buiten Kunduz, in de regio. En het trainen van de grenspolitie in het Noorden van Afghanistan, dat grenst aan de noordkant. Dat zijn we aan het uitzoeken. Absolute voorwaarde is dat het dus niet militair is maar dat die taken van die grenspolitie inderdaad zoveel mogelijk lijken op wat de gewone politie doet. Daarover gaan we binnenkort rapporteren aan de Kamer, en dan gaan we die discussie aan. Maar het zou mooi zijn als het kan, want dan kunnen we nog meer gebruikmaken van de goede mensen die daar zitten. Ik heb mijn lof uitgesproken tegenover de militairen, tegenover de politie die daar aan het werk is, en gezegd: er is altijd debat in Nederland over uitzendingen, dat is onvermijdelijk, maar er is geen enkel debat in Nederland dat dit land als één man staat achter onze mannen en vrouwen die in moeilijke situaties belangrijk werk doen.
Tot slot hebben we vandaag natuurlijk ook stilgestaan bij de vreselijke gebeurtenissen in Luik. Ik heb gisteren na terugkeer uit Afghanistan onmiddellijk condoleanceberichten verstuurd aan mijn collega's van Wallonië en van België. Het is natuurlijk verschrikkelijk wat daar gebeurd is. Ik heb namens het Nederlandse kabinet ons medeleven betuigd, we hebben er vanmorgen in de ministerraad ook bij stilgestaan. Verschrikkelijk wat daar is gebeurd. En dat vervult ons allemaal met grote droefheid.
WESTER (RTL):
Meener Rutte, was het een verrassing voor u dat meener Donner als beste kandidaat uit de procedure rolde?
RUTTE:
Ik ben blij dat er een goede kandidaat uit de procedure rolde. Er zijn natuurlijk maar heel weinig mensen in Nederland die voor dit soort dingen in aanmerking komen. Ik ben heel blij dat die procedure goed gelopen is, en dat we een goede kandidaat hebben.
WESTER:
Maar ik vroeg u of het voor u een verrassing was dat hij het was?
RUTTE:
Nou, ik wist het inmiddels sinds ik denk de tweede helft november - dat had hij wel tegen mij gezegd - dat hij mogelijk ging solliciteren. Dus in die zin wist ik dat hij kandidaat zou zijn. Ja, we moeten kijken natuurlijk wie de andere kandidaten waren en waar Ivo Opstelten mee zou komen.
WESTER:
Zegt u dan eigenlijk dat er destijds bij de formatie geen afspraken zijn gemaakt over de vervulling van die post?
RUTTE:
Nee.
WESTER:
Absoluut niet?
RUTTE:
Absoluut niet.
WESTER:
En toen was het voor u gewoon na de zomer afwachten wie er ging solliciteren?
RUTTE:
Zo is het, ja.
WESTER:
En toen zei u, toen u het lijstje had gezien met sollicitanten, toen dacht u met elkaar: dan moet het toch maar Donner worden?
RUTTE:
Nee, ik heb geen lijstjes gezien. De heer Opstelten heeft lijstjes gezien, die heeft besloten met wie hij wel of geen gesprekken zou voeren. Hij heeft uiteindelijk een aantal gesprekken gevoerd. En hij heeft toen zijn voordracht gedaan.
WESTER:
Maar toen de heer Donner niet langer de procedure deed maar de heer Opstelten, toen was toch al duidelijk dat hij zou solliciteren en hij het ook eigenlijk zou worden?
RUTTE:
Nee.
WESTER:
Waarom heeft hij dan zelf die procedure niet gedaan?
RUTTE:
Wie? Oh, Donner. Omdat in het kabinet er één persoon is die vanwege de leeftijd en het feit dat hij ook de vervanger is op deze portefeuille van de heer Donner, het meest in aanmerking kwam om deze procedure te doen, en dat is de heer Opstelen. Hij heeft inmiddels een gezegende leeftijd van 67 of 68 bereikt, nog piepjong overigens maar te oud voor de Raad van State want je mag niet ouder dan 70 zijn. En het leek verstandig om ervoor te zorgen dat er in het kabinet geen beletselen zouden zijn om te solliciteren.
WESTER:
Toch is er heel veel kritiek op de procedure, vooral van de oppositie. Een klap in het gezicht van de Raad van State, dat soort termen, schijnheiligheid wordt u verweten. Wat vindt u van die kritiek? U heeft de reacties waarschijnlijk wel gezien.
RUTTE:
Ja, ik heb ze gezien en ik deel die kritiek niet.
WESTER:
Maar vindt u wel dat de procedure in de toekomst anders moet?
RUTTE:
Nee. De procedure is prima, er is een wet op de Raad van State, die is in 2009 aangenomen, Ter Horst, artikel 2 van de wet van de Raad van State schrijft voor dat er een open sollicitatieprocedure is voor dit type functie, dat hebben we gedaan. Daar hebben verschillende mensen op gereflecteerd, ja en luister, uiteindelijk, als u en ik ons kwaad maken kunnen we misschien vijf à tien mensen verzinnen die zo'n zware baan in Nederland kunnen doen. Dat zijn er niet zoveel, dus dat daar mensen zoals Donner op reflecteren is natuurlijk niet zo gek.
WESTER:
Klopt het verhaal dat u voor de zomer samen met vicepremier Verhagen even vergeten was dat er nog een schriftelijke sollicitatieronde moest komen?
RUTTE:
Nee, niet vergeten, ook niet dat we het wel wisten. Het was de heer Donner die uiteindelijk bij het verlaten van de ministerraad daar u opmerkzaam op heeft gemaakt. En terecht, want dat is inderdaad artikel 2 van de wet op de Raad van State. Dus hij wist dat wel. Ik was toen zelf nog niet zo met die procedure bezig dat ik precies tot in dat detail wist wat er moest gebeuren. Hij was er toen ook nog verantwoordelijk voor en hij heeft toen ook u [onverstaanbaar, red] gedaan van dat feit.
VAN BEEK (BNR):
Toch nog even over hetzelfde onderwerp, want de nieuwe vicepresident van de Raad van State wordt in 2018 70 dus hij kan maar voor één termijn benoemd worden. Dan krijg je weer de hele discussie over de procedure. Moet die voor de volgende keer veranderd worden, vindt u?
RUTTE:
Nee.
VAN BEEK:
Wat is daar dit keer goed gegaan?
RUTTE:
Alles.
VAN BEEK:
Want u en dit kabinet is een kabinet wat zich laat voorstaan op openheid en transparantie, op geen achterkamertjespolitiek, dus wat gaan we daar bij de volgende procedure van merken?
RUTTE:
Hetzelfde als deze keer, geen achterkamertjespolitiek, volledige transparantie en het handhaven van alle procedures.
VAN BEEK:
Over transparantie gesproken, de heer Cohen is gepolst voor deze functie. Wat maakte hem volgens u geschikt?
RUTTE:
Ik doe geen mededelingen over wie er mogelijk in alle geruchtencircuits kandidaat zijn.
VAN BEEK:
Geen geruchtencircuits, hij heeft het zelf vanmiddag toegegeven dat hij gepolst is. In het kader van de transparantie die u nu zelf bepleit vraag ik u dus, wat maakte hem dan geschikt?
RUTTE:
Ja, maar daar hoort ook bij volledige zuiverheid in de procedure. En grote zorgvuldigheid. En ik zal nooit van mijn kant namen noemen die in het geruchtencircuit gaan, die bevestigen of ontkennen, dat past niet in mijn rol.
VAN BEEK:
Hij zegt het zelf dus het staat u vrij om daar nu op te reageren.
RUTTE:
Hij mag zeggen wat hij wil zeggen, maar ik ga niets bevestigen of ontkennen. Mijn taak is om ervoor te zorgen dat het zo zuiver mogelijk gebeurt, en er worden nooit door mij namen bevestigd of ontkend. Uiteindelijk is er een voordracht, daar ben ik erg blij mee. En die procedure is zorgvuldig gelopen, geheel in lijn met de wetsartikelen die daar voor liggen. En zo hoort het ook te gaan.
VAN BEEK:
Hoe kijkt u terug op deze procedure.
RUTTE:
Positief.
VAN BEEK:
Heeft hij langer geduurd dan nodig was?
RUTTE:
Nee.
BREEDVELD (Radio 1):
Ik wil nog even terug met u, als u het goed vindt, naar het moment waarop u besloot dat niet Donner maar Opstelten de procedure ging leiden. Waarom was dat?
RUTTE:
Omdat in het kabinet hij de enige is die gezien zijn leeftijd echt niet in aanmerking komt voor die baan. En bovendien de eerste vervanger is van degeen die normaal gesproken de procedure zou hanteren, zou uitvoeren, namelijk Piet Hein Donner.
BREEDVELD:
En daardoor kreeg dus iedereen, namelijk ook Donner, want de rest kon dat natuurlijk al, de mogelijkheid om te solliciteren. Wist u op dat moment dat hij mogelijk geïnteresseerd was in deze functie?
RUTTE:
Hij heeft mij dat niet laten weten. Ik heb voor mezelf nooit uitgesloten, als je kijkt in Nederland, wat ik net ook tegen de heer Wester zei, en je zou in je hoofd een lijstje maken van mensen die dat kunnen, dan kom je op vijf à tien namen en daar staat natuurlijk Donner op. Ik bedoel, gezien zijn hele vooropleiding, althans zijn carrière tot nu toe. Een beetje oneerbiedig om dat een opleiding te noemen, maar zijn hele CV tot nu toe, ligt dat zo voor de hand dat hij die interesse zou kunnen hebben. Maar volgens mij, dat moet u maar eens aan hem vragen, heeft hij er ook zelf lang over nagedacht, want hij heeft het ook ontzettend naar zijn zin als minister. En tot het laatste toe. De Koninkrijksconferentie nog deze week, die man is echt rennend het gebouw uitgegaan, maar in positieve zin [gelach in zaal, red]. Ik bedoel, rennend, haha, dat is een wat onhandige, ik bedoel hij was nog volop bezig. Dit zou een verkeerde indruk kunnen wekken.
BREEDVELD:
Hij heeft misschien ook op een andere manier het pand verlaten om misschien wat pers te ontwijken, maar u wist dus echt niet dat hij mogelijk geïnteresseerd was?
RUTTE:
Oh nee maar, ik sloot dat niet uit voor mezelf, ik had in mijn hoofd wel bedacht dat als je moet gaan kijken van… Op dat moment niet, hij heeft dat besluit echt pas later genomen.
BREEDVELD:
Heeft een ander hem misschien aangedragen van hij zou mogelijk geïnteresseerd zijn?
RUTTE:
Maar luister, die procedure werkt zo dat mensen moeten solliciteren. Hij heeft gewoon een sollicitatiebrief moeten sturen aan Ivo Opstelten. En hij heeft op een gegeven moment besloten om dat te gaan doen. En ik vond, in mijn hoofd heb ik altijd gedacht ja als je dat lijstje maakt, is hij iemand die daar natuurlijk heel goed op zou kunnen staan. Want hij heeft er al in gezeten, hij is eminent jurist, uitstekend bestuurder. Ik geloof ook niet dat er nou heel veel discussie is over het feit dat hij op dat kleine lijstje zou voorkomen.
BREEDVELD:
Dan begrijp ik ook veel meer uw beslissing van destijds om minister Opstelten voor die procedure verantwoordelijk te maken.
RUTTE:
Dat heeft daar niets mee te maken. Dat heeft daar niets mee te maken. Dat heeft ermee te maken dat ik vond dat alle leden van het kabinet in principe in aanmerking moesten kunnen komen, en dus ook de heer Donner.
BREEDVELD:
Is het dan een verrassing dat uitgerekend degeen die u met die beslissing de mogelijkheid gaf om ook te solliciteren, dat hij het dan geworden is en ook gesolliciteerd is. Is dat dan een verrassing?
RUTTE:
Luister, dat is allemaal vragen naar mijn gevoelens, en ik ben geen sportman die vertelt hoe hij de wedstrijd vond na afloop. Ik heb te maken met het zorgen dat er goede benoemingen plaatsvinden in Nederland. Ik denk dat we de beste Nederlander nu die je daarvoor kunt bedenken, hebben benoemd tot de vicepresident van de Raad van State. Dat is mijn taak, om ervoor te zorgen dat los van allerlei partijpolitieke kleuren en voorkeuren en afkeuren, en weet ik veel wat, dat je de beste mensen op de beste posities krijgt. Dat doen we met dit kabinet consequent, daar past ook de benoeming van Liesbeth Spies weer in, en daar past ook deze benoeming van Donner in.
BREEDVELD:
Onze indruk is dat er wel degelijk een voorkeur was voor hem, in ieder geval bij het CDA-smaldeel, bent u niet bang dat door die voorkeur andere geschikte kandidaten op dat kleine lijstje wat u noemt niet gesolliciteerd hebben?
RUTTE:
In uw vraag zitten allemaal aannames die ik niet kan, waarvan ik niet weet of ze kloppen, en voor een deel ook moet ontkennen want ze kloppen niet. En voor een deel weet ik niet of ze kloppen, want dan gaat het over de interne gevoelens bij het CDA en daar weet ik altijd maar zeer ten dele van wat er precies speelt. Ik zou echt op dit punt willen zeggen: het ging erom dat je de beste man of vrouw vindt, en volgens mij hebben we die gevonden.
BREEDVELD:
Laat ik de vraag dan anders stellen, heeft u het gevoel dat alle mogelijke geschikte, en ook geïnteresseerde kandidaten ook zich vrij hebben gevoeld om te solliciteren op die functie?
RUTTE:
Dat is wel een vraag die ik natuurlijk niet kan beantwoorden. Want hoe zou ik dat moeten weten? Want dan moet ik dus weten wat er in het hoofd van allerlei andere mensen die zichzelf geschikt vonden omging op het moment dat er allerlei geruchten gingen over de benoeming van dezen of geenn. Dat kan ik niet bepalen. Volgens mij is de procedure volledig open geweest. U kent Ivo Opstelten ook als iemand die niet met een boodschap wordt weggestuurd van wil je even zorgen dat die of die het wordt. Die man heeft een staat van dienst die volgens mij garant staat voor een objectieve aanpak. Hij heeft sollicitatiegesprekken gevoerd met kandidaten en deze is eruit gekomen.
HENDRICKX: (AD)
U vertelde dat Donner in november heeft gezegd dat hij wellicht zou solliciteren. Wat zou u zeggen tegen mensen die het toch enigszins curieus vinden dat iemand die nog ruim een jaar eerder met zijn volle verstand een ministerschap heeft aanvaard, dan alweer weg wil? Is het ministerschap ook niet een opstapje naar een volgende baan?
RUTTE:
Nou, we hebben nu een kabinet van twintig leden en we zijn nu veertien maanden bezig en er gaat er nu één naar een zeer prestigieuze zware functie. Het is niet zo dat er nou op grote schaal in- en uitvliegen is van ministers en staatssecretarissen. En dat dat gebeurt voor zo'n zware baan dat vind ik heel verdedigbaar.
HENDRICKX:
Had hij zich niet eerder moeten realiseren dat hij daarvoor wilde solliciteren, dat hij dan misschien niet het ministerschap had moeten aanvaarden?
RUTTE:
Nee.
SLEUTJES: (GPD)
Ik wou nog even wat vragen over de herschikking van de portefeuilles. U zei dat de portefeuille van de heer Donner nogal zwaar was geworden. Maar waarom is niet al eerder besloten om integratie weer over te hevelen?
RUTTE:
Ja kijk, je bent bezig het kabinet in te krimpen. Dat hebben we gedaan vorig jaar naar twintig leden. En dan schuif je ook met een deel van de portefeuilles om weer zo goed mogelijk pakketten te maken. Zo logisch mogelijk. Maar als er dan een wisseling is in zo'n kabinet zoals dat nu zich voordoet, dan is het ook logisch dat we kijken hebben we nou precies de lijntjes goed getrokken. En als we dan zeggen het is toch wel iets te groot geworden die portefeuille, dan is dit wel het moment om dat aan te passen. Maar het was ook niet zo'n urgent probleem dat als Donner niet naar de Raad van State was gegaan dat we dit dan onmiddellijk hadden moeten oplossen.
SLEUTJES:
Maar nou kent de geschiedenis van het integratiebeleid nogal wat geschuif hè, met de integratieportefeuille. Komt dat het beleid nou ten goede? Dat dat steeds heen en weer wordt geschoven, dan weer bij immigratie, dan weer los ervan?
RUTTE
Nou ja, ik heb nieuws voor u, er zitten constant nieuwe bewindslieden op de portefeuille, dat heet democratie. Er zijn verkiezingen en dan krijg je vaak nieuwe kabinetten en nieuwe bewindslieden.
SLEUTJES
Maar bij departementen is dat niet altijd en de ambtenaren die er achter zitten wisselen niet altijd.
RUTTE
Ministers wel, dus dat is heel normaal in Nederland. Dat is volgens mij geen probleem.
JANSEN (Telegraaf)
Even op het laatste aanhakend, ik meen me toch te herinneren bij de presentatie van het kabinet, dat de dossiers immigratie en asiel eenrzijds en inburgering juist elkaar zijn gehaald, omdat aan het eerste dossier een negatieve toon hangt, de regels werden zwaar aangescherpt, terwijl de inburgering, dat moment een positief imago houden en dat het daarom werd losgekoppeld. Het verbaast mij nu een beetje dat het nu weer zo lichtelijk gemakzuchtig samen wordt gevoegd.
RUTTE
Die opvattingen over die twee verschillende kleuringen van die twee portefeuilles gingen ook samen met het feit dat het op Justitie vroeger was ondergebracht. En je had daar ook een minister voor Integratie en Immigratie, op Justitie. En dan krijg je al gauw dat het in de problematiserende hoek zit, met de overdracht van de hele portefeuille naar Binnenlandse Zaken is daar natuurlijk een stuk verzakelijking opgetreden dat het eigenlijk heel goed mogelijk is om Integratie en Asiel samen te voegen met Integratie. En dan heb je ook een logische combi, je mag naar Nederland komen en wie er dan in Nederland, die moet er dan ook wel een succes van maken, Integratie.
JANSEN
Wil je dit betitelen als voortschrijdend inzicht dan?
RUTTE
Ja, ik zou het willen betitelen als, je probeert een kabinet zo goed mogelijk vorm te geven ook in de verdeling van portefeuilles. We hebben natuurlijk een hele forse inkrimping gedaan, we zijn van, ja wat was het, op een gegeven moment hadden we dertig bewindslieden tien jaar geleden, naar twintig nu en dan probeer je zo goed mogelijk de portefeuilles te verkavelen. En hier moet je gewoon vaststellen dat ie wel heel groot is geworden en dan is het, het was geen urgent probleem, dus we hebben het niet eerder aangepakt, maar nu zich een kans voordoet is het wel, dan moet je ook wel die kans grijpen om te zeggen: dit was wel een heel groot pakket. En het ligt ook meer voor de hand om dat bij Leers onder te brengen vanwege zijn Asielportefeuille, laten we dat dan nu ook doen.
JANSEN
Nog even over de procedure, u zegt u bent tevreden over de procedure, u vindt eigenlijk dat alles is goed gegaan. Dat zou ik ook roepen als ik u was geweest na zo'n moeilijke bevalling. U deelt de kritiek van de oppositie niet (…) maar even los van of u die kritiek deelde, het feit dat die er is, is dat schadelijk voor het instituut Raad van State voor de aantredende vicepresident?
RUTTE
Nee, dat is over een paar maanden weer weg.
JANSEN
Dus dat is voor u ook geen aanleiding om toch misschien de procedure, hoe briljant die ook is gevolgd, om misschien de volgende keer toch wat aan te passen?
RUTTE
Nee, nee, nee.
STAPS (NRC)
Minister Spies heeft vanmiddag gezegd dat de vicepremier een indringend beroep op haar heeft gedaan en ze heeft ook gezegd dat u als premier haar van harte heeft aangemoedigd. Ik ben wel benieuwd waarom dat eigenlijk nodig was, waarom zei ze niet meteen ja?
RUTTE
Ja, maar dat is bij alle bewindslieden hoor, want het is nogal wat wat je iemand vraagt, het wordt iets verlicht, maar het is nog steeds een van de zwaarste portefeuilles in het kabinet. Het hele binnenlands bestuur, de hele samenvoeging van de Rijksdienstonderdelen die moeten worden samengevoegd, de hele volkshuisvesting, de Nederlandse, de Caribische eilanden, de Koninkrijksrelaties. Het is echt een enorme portefeuille, ik vind het wel prettig als iemand daar even, dat gegeven paard even twee keer in de bek kijkt, dat vind ik wel heel gezond.
STAPS
Maar zij benadrukte, ze maakte daar een duidelijk punt van, dat er een dringend verzoek en uw aanmoediging nodig was..
RUTTE
Zo werkt dat bij mij, als ik eenmaal besloten heb wie ik wil, dan doe ik er ook alles voor om te zorgen dat die het doet.
STAPS
En hoe werkt het dan tussen minister Spies en u? Wat is daar dan gewisseld?
RUTTE
Hoe bedoelt u?
STAPS
Vanwaar haar twijfel?
RUTTE
Ja, wat ik u zeg, ik denk dat iedereen die zo'n zware functie aangeboden krijgt daar even heel goed naar kijkt. En ze heeft het volgens mij ontzettend naar haar zin, tot vanochtend, als gedeputeerde in Zuid-Holland. Heel bijzonder college met de SP, CDA en VVD en D66, een zetel meerderheid, waar hebben we dat nog meer? Dus dat is, ja hele spannende baan, heeft ze het erg naar haar zin. Ze krijgt een enorme nieuwe kans. Ik ben heel blij dat mensen niet onmiddellijk opspringen en zeggen: ik doe het. Maar als ik eenmaal bedacht heb, Verhagen en ik, Maxime Verhagen draagt haar aan, ik was meteen vreselijk enthousiast, ja dat zou een geweldige nieuwe minister van Binnenlandse Zaken zijn, ja, dan laat ik ook niet gauw los.
(ONBEKEND, red.)
Wanneer is voor het eerst ter sprake gekomen dat Liesbeth Spies mogelijk de nieuwe minister zou worden?
RUTTE
Dat weet ik echt niet precies. Maar dat gaat ook over de interne procedures, daar geef ik in principe ook geen antwoord op. Ik zou het ook overigens nu niet paraat hebben, maar zou ik het paraat hebben, dan zou ik het niet beantwoorden.
(ONBEKEND, red.)
Spreken we over weken normaal gesproken?
RUTTE
Dat is echt intern kabinet.
(ONBEKEND, red.)
En wanneer is het definitief rondgekomen?
RUTTE
Ja, ook dat doe ik geen mededelingen over.
BROEKHUIZEN (FD)
De verschuiving van de portefeuille naar Leers, heeft u daarvoor toestemming moeten vragen bij Wilders?
RUTTE
Nee, toestemming niet, maar het is zo dat Geert Wilders altijd wordt geraadpleegd, dat is de afspraak bij de formatie. Heeft hij erbij gezeten toen Verhagen en ik de afspraak maakten over wie we voor het kabinet zouden gaan vragen. En uiteraard, ook zo'n portefeuilleherverdeling is een zaak die hem bekend is. Ik hoef niet zozeer om toestemming te vragen, maar ik vind ten minste dat hij zijn vinger moet kunnen opsteken als hij het er echt mee oneens zou zijn en dat is ook de manier waarop we samenwerken. Het kabinet is niet van de PVV, de samenwerking is van de PVV en CDA en VVD, het kabinet is van CDA en VVD, maar belangen, ook van de PVV, worden door ministers behartigd en zeker op die terreinen waar in het gedoogakkoord specifieke afspraken over zijn gemaakt en dit is natuurlijk van een aangelegen terrein.
BROEKHUIZEN
Maar neemt u zo'n beslissing dan in overleg met hem of na overleg met hem?
RUTTE
Nou, daar hebben we geen afspraken over gemaakt hoe we dat precies, we hebben er geen juridische teksten over opgesteld, maar het is normaal dat we dat, we zitten regelmatig bij elkaar, dat dan dit soort dingen besproken worden van, we zijn dit van plan en dan zou hij op dat moment de gelegenheid moeten hebben om te zeggen…
BROEKHUIZEN
Maar als hij inderdaad zijn vinger opsteekt?
RUTTE
Ja, wat er dan precies dan verder intern gebeurt ga ik terug naar de vorige vraag, daar ga ik dan niet op in. Maar in algemeen zin wil ik de vraag wel beantwoorden dat de PVV natuurlijk ook geïnvolveerd is in dit soort besluiten, zonder dat ze daar nou ja of nee tegen hoeven te zeggen.
MEIJER (Volkskrant)
U spreekt vol lof over meener Donner, zou u zo'n zwaargewicht dan niet liever in uw kabinet hebben gehouden, wetende dat er een andere kandidaat, Rinnooy Kan, ook een zwaargewicht, beschikbaar was voor de Raad van State?
RUTTE
Ja, u noemt opnieuw een naam, u weet dus dat ik geen namen noem, dat past niet bij mijn positie, ik vind dat ik de procedure zorgvuldig moet doen en dat betekent dat ik alleen praat over degeen die het geworden is. Uw eerste vraag: vindt u het jammer dat de heer Donner weggaat: ja zeer. Ik ben zeer op hem gesteld, ik vind het een hele goede minister, enorme ervaring, we hebben heel veel aan hem te danken. Tegelijkertijd, het aantal mensen dat deze baan kan doen bij de Raad van State is op de vingers van twee handen te tellen en als zo'n man daar ambitie voor heeft en ook nog in de gesprekken als beste naar voren komt en ook een positief advies krijgt van de Raad van State zelf, ja, dan zwijg ik.
MEIJER
Op welk moment hebt u de Koningin gepolst of zij met deze voordracht zou kunnen instemmen?
RUTTE
Over de contacten met het staatshoofd doe ik nooit mededelingen.
ANDRINGA (Radio1)
Er waren ook wat vragen over het feit dat de heer Donner in zijn nieuwe functie moet oordelen, uit hoofde van die nieuwe functie, over plannen, wetgeving, waar hij als minister ook aan heeft meegewerkt. Die dubbele pet, of die overlapping daarvan, hoe kijkt u daar tegenaan, vindt u dat een bezwaar dat we ook over twee maanden vergeten zijn en niet meer over praten?
RUTTE
Dat vind ik geen bezwaar en daar komt bij: zo'n probleem sterft uit, want op een gegeven moment zijn er geen voorstellen meer waar hij nog betrokkenheid bij had en bovendien is het zo dat we in een orgaan als de Raad van State natuurlijk intern daar goed over gesproken kan worden, daar komen ze wel uit onderling.
ANDRINGA
Maar de afgelopen tijd hebben we wel vaker voorstellen gezien van het kabinet waar de Raad van State dan afwijkend over oordeelt of waarvan het kabinet dan heeft gezegd; nou oké, maar wij denken er het onze over. Je kan je voorstellen dat nu bij vragen die aan de Raad van State gesteld worden vanuit het kabinet wat gevoelig ligt en ze zouden dan nu bijvoorbeeld ja zeggen, akkoord gaan, dat je dan de kritiek krijgt; ja, geen wonder, Donner zat vroeger in het kabinet en nu….
RUTTE
A: denk ik dat ze daar binnen de Raad van State zelf wel een oplossing voor vinden en B: dan onderschat je toch echt de ander leden van de Raad van State, dat zijn natuurlijk niet bepaald mensen die je met dat soort argumenten makkelijk om krijgt, die hebben echt een opvatting, daar zitten uitstekende mannen vrouwen, dus daar ben ik niet bezorgd over.
(ONBEKEND, red.)
Vanochtend heeft u gesproken met Knot en Teulings, zei u, ik heb daar twee vragen over, bent u geschrokken van de decemberraming van afgelopen week?
RUTTE
Nogmaals, vragen over: wat ging er door je heen en schrik je ergens van, daar kan ik helemaal niks mee. We wisten, ik ben geen sportman, we wisten dat de economie natuurlijk in zwaarder weer…
(ONBEKEND, red.)
Viel het u tegen?
RUTTE
We wisten natuurlijk dat de economie in wat zwaarder weer verkeert, dus je houdt rekening met verslechterende cijfers, dus in die zin hou je daar natuurlijk rekening meer. Maar in hoeverre dat nou precies binnen of buiten de bandbreedtes valt is niet zo interessant, de cijfers liggen er zoals ze er liggen en daar moeten we mee (onverstaanbaar, red.)
(ONBEKEND, red.)
Tweede vraag, het CPB heeft eerder deze week aangegeven in ieder geval te adviseren niet op stel en sprong extra te gaan bezuinigen, is dat beroep ook vanochtend op u gedaan?
RUTTE
Over de inhoud van de gesprekken doe ik geen mededeling. Ik heb natuurlijk ook kennisgenomen van wat het Centraal Planbureau hierover zei en het goede nieuws is dat wij niet op stel en sprong gaan bezuinigen. In tegendeel, we pompen op dit moment iets van zes miljard extra de economie in, door de automatische stabilisatoren te laten werken. De vraag of er extra bezuinigd of omgebogen moet worden kunnen we pas in februari bezien, als we weten wat de ramingen zijn voor '13 en '14.
VAN BEEK (BNR)
Heeft u meneer Teulings ook gevraagd hoe het komt dat zij zo een totaal andere prognose hebben van het begrotingstekort in 2012, bij De Nederlandsche Bank zit het binnen uw signaalmarge en bij het Centraal Planbureau juist daarbuiten, heeft u daar een verklaring voor gevraagd?
RUTTE
Nogmaals, ik ga niet het hele gesprek naspelen dat we hier vanochtend hebben gevoerd. In algemene zin kun je vaststellen dat er vaker verschillen zijn in ramingen, dat heeft ook te maken met de precieze systematiek die de beide organisaties volgen, DNB enerzijds en CPB anderzijds, dat is niet ongebruikelijk.
VISCHJAGER
Ik wou aan u vragen, toen u hier binnenkwam, keek u niet naar het plafond of er een lampje boven uw hoofd hing. Nu is het in de Tweede Kamer kennelijk veel gevaarlijker dan bij de persconferentie, ik zou graag willen weten, er wordt gezegd: vermoedelijk is het geen aanslag, maar een ogenluk of pech, nu wordt het woord 'vermoedelijk' hier gebruikt, dat gebruikt u ook nog weleens en dan vooral als er andere problemen zijn, laten we zeggen: de ouderen van dagen die hard hebben gewerkt, die worden ineens hun baan kwijt, daar kan u misschien niks aan doen, maar het woord vermoedelijk, vindt u dat belangrijk in de politiek.
RUTTE
(Schrijft iets op aantekeningen Vischjager, red.) Even kijken hoor, ik heb opgeschreven: vermoedelijk past bij gemoedelijk, dat is een mooi woord.