Hulpmiddelen voor blinden en slechtzienden vallen onder Wtcg
De ministerraad heeft er op voorstel van minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport mee ingestemd om levenslange hulpmiddelen onder de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) te laten vallen.
Dit betekent dat ook hulpmiddelen voor blinden en slechtzienden voor financiële tegemoetkoming in aanmerking komen. Verder is besloten de bedragen voor Wtcg niet aan de inflatie aan te passen.
Blinden en slechtzienden vielen niet onder de Wtcg omdat het gebruik van levenslange hulpmiddelen geen zelfstandig afbakeningscriterium vormde om voor de tegemoetkoming in aanmerking te komen. Met dit het besluit is deze omissie weggenomen.
Verder is besloten het criterium om vanwege fysiotherapie en oefentherapie in aanmerking te komen voor Wtcg aan te scherpen. Reden hiervoor is dat beide therapieën op zich geen goede indicatie zijn voor het hebben van meerkosten als gevolg van een chronische ziekte of handicap. Ze zijn voor een deel namelijk ook gericht op het verhelpen van de aandoening waardoor deze dus niet ‘chronisch’ is. Door het te ruime karakter van dit criterium kwam de financiële tegemoetkoming terecht bij mensen voor wie de Wtcg niet is bedoeld. De aanscherping van dit criterium draagt bij aan de financiële houdbaarheid van de Wtcg.
Ten slotte heeft de ministerraad besloten de bedragen voor Wtcg niet aan de inflatie aan te passen. Deze maatregel wordt genomen in het licht van dreigende financiële overschrijdingen op het terrein van de Wtcg.
Voor alle maatregelen geldt dat ze ingaan in ‘tegemoetkomingsjaar’ 2012. De uitbetaling daarvan vindt plaats in 2013. In de uitkeringen die in 2012 plaatsvinden zijn deze wijzigingen dus niet verwerkt.
De Wtcg is geen tegemoetkoming in zorgkosten, maar in meerkosten die veroorzaakt worden door een ziekte of handicap. Voorbeelden hiervan zijn extra stookkosten of speciale kleding. In oktober van dit jaar was al besloten om de tegemoetkoming inkomensafhankelijk te maken.