Symposium (NIDV) Samen Innovatiever en Veiliger
Toespraak van minister Opstelten van Veiligheid en Justitie tijdens het symposium Samen Innovatiever en Veiliger van de stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid, op 1 december in Rotterdam.
Dames en heren,
Goed om u allen hier te zien, in een bomvol Ahoy in Rotterdam! Ik ben zojuist al even op de beursvloer rondgeleid en ik moet zeggen: het ziet er allemaal indrukwekkend uit. Drie hallen, waar in totaal 125 bedrijven hun nieuwste producten, systemen en technische snufjes op het gebied van veiligheid presenteren. Ik heb al een aantal zeer interessante toepassingen gezien. Het is mij dan ook een groot genoegen om hier vandaag dit NIDV-symposium 2011 te mogen toespreken. Dat is overigens niet voor het eerst. In november 2008, een paar weken voor mijn afscheid als burgemeester van deze mooie en bedrijvige stad, had ik eveneens de eer. Maar kijk: nu sta ik hier opnieuw - ditmaal als Minister van Veiligheid en Justitie.
En dat is niet voor niks. De NIDV – de Stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid – heeft vier jaar geleden haar taakveld verbreed. Dat bevat nu het gehele terrein van de nationale veiligheid. Als je dan op zoek bent naar een spreker die dat veld goed kan overzien, kom je al snel uit bij de bewindspersoon die – sinds de afgelopen kabinetsformatie - eveneens zijn taakveld aanzienlijk heeft verbreed, de Minister van Veiligheid en Justitie! Ik ga dan weliswaar niet over Defensie, maar wèl over nagenoeg alle andere partners in het veiligheidsdomein. Daar komt nog bij dat de samenwerking tussen de civiele autoriteiten en Defensie steeds intensiever wordt.
Dames en heren, zoals u ongetwijfeld weet staat het veiligheidsdomein aan de vooravond van grote uitdagingen. Er is een groeiende vraag naar veiligheid. Dat betekent dat we moeten investeren in goede maatregelen en voorzieningen op dit terrein. Maar tegelijkertijd – en ook dat zal u niet zijn ontgaan – moet de overheid bezuinigen. Zo zien wij ons nu geplaatst voor een dubbele – en ook dubbel zo moeilijke - opgave: Nederland veiliger maken en tegelijkertijd de kosten voor veiligheid terugdringen. Wij moeten dus op zoek naar innovatieve oplossingen om effectiever en efficiënter te kunnen opereren. En daar hebben wij u, vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, hard bij nodig!
De vorming van de Nationale Politie ligt in het verlengde van dit streven. Wij zijn ervan overtuigd dat één Nationale Politie-organisatie zal leiden tot méér slagkracht voor de politie, versterking van het lokale gezag – en daardoor ook een betere aansluiting op de lokale prioriteiten - méér plezier in het werk en méér ruimte voor de professionals. Dit alles met minder bureaucratie, betere informatievoorziening en ondersteund door betrouwbare ICT. Kortom: een efficiënter en effectiever opererende politie, die in staat is beter invulling te geven aan de eisen die de maatschappij stelt.
Bezoekers die vorig jaar ook op dit symposium van de partij waren, herinneren zich ongetwijfeld de bijdrage van Jozias van Aartsen, burgemeester van Den Haag en voorzitter van het Korpsbeheerdersberaad. Hij hield toen een warm pleidooi voor de vorming van één Nationale Politie. Inmiddels zijn we een jaar verder en Van Aartsens toekomstvisie is al zo goed als uitgekomen!
Want, dames en heren, de vorming van de Nationale Politie ligt op schema. U hebt het allemaal kunnen zien of lezen: begin deze week zijn de wetsvoorstellen die betrekking hebben op de Nationale Politie in de Tweede Kamer behandeld. De afgelopen maanden is er door de kwartiermakersorganisatie en mijn departement dan ook keihard gewerkt aan de voorbereidingen. Daarbij hebben we voortdurend ook alle andere belanghebbende partijen nauw betrokken, zoals het Openbaar Ministerie, de burgemeesters en de vakbonden. Want het is van het cruciaal belang dat het proces om te komen tot de Nationale Politie uiterst zorgvuldig gebeurt en in nauwe samenwerking met alle betrokken partners!
Om de Nationale Politie met succes te laten opereren, is óók innovatie op het gebied van informatievoorzieningen van groot belang. Er is wel een belangrijk verschil met vroeger: verzoeken voor vernieuwing en vernieuwende ideeën komen vanaf nu binnen via één loket: het Innovatieplatform. Nieuwe systemen of applicaties zullen we telkens testen in lokale pilots. Als zo’n pilot bewezen succesvol is, zullen de systemen of applicaties landelijk worden uitgerold.
Een andere belangrijke uitdaging waar we de komende tijd voor staan ligt op het terrein van cyber security.
U kent allemaal het cruciale belang van digitale informatie-uitwisseling voor het goed functioneren van onze samenleving. Dat geldt zowel voor het economische verkeer, als voor het functioneren van de overheid. Inbreuken op de veiligheid van het internet raken ons direct. Denk maar aan de gebeurtenissen rond DigiNotar, in september, maar ook de recente incidenten rondom Lektober.
Als coördinerend minister op het terrein van cybersecurity, maar ook als bewindspersoon verantwoordelijk voor de crisisbeheersing, is een van mijn belangrijkste taken het werken aan een sterke en weerbare ICT-infrastructuur. Daartoe is het essentieel dat de juiste kennis en expertise beschikbaar zijn. Kennis en expertise die we - zowel in de voorbereiding op een incident, als op het moment dat er iets gebeurt - direct moeten kunnen inzetten. Dat is dan ook de kern van de maatregelen die voortvloeien uit de Nationale Cyber Security Strategie – en die we inmiddels in gang hebben gezet. Twee nieuwe organisaties spelen hierin een belangrijke rol: de Cyber Security Raad en het Nationaal Cyber Security Centrum.
De Cyber Security Raad, die in juni is geïnstalleerd, is samengesteld uit vertegenwoordigers van de publieke, private en wetenschappelijke sectoren. De Raad vervult op strategisch niveau de governance functie. Dat houdt onder meer in dat ze vertegenwoordigers van alle relevante partijen, op strategisch niveau, bij elkaar brengt en heldere afspraken maakt over de uitvoering en uitwerking van de Nationale Cyber Security Strategie.
Het Nationaal Cyber Security Centrum, dat in januari van start gaat, moet uitgroeien tot het expertisecentrum op het gebied van cyberveiligheid en de beheersing van incidenten op dit terrein. Het NCSC vervult een stimulerende en coördinerende rol waar het gaat om samenwerking tussen alle relevante publieke en private partijen, de wetenschap en kennisinstituten.
Met de Nationale Cyber Security Strategie hebben we de lijnen uitgezet voor de integrale aanpak van cyber security. Publiek-private, civiel-militaire en internationale samenwerking krijgen daarbinnen op innovatieve wijze vorm.
Ik kan u verzekeren dat wij op het terrein van cybersecurity een hoge kwaliteit kennis en kunde in huis hebben! Uiteraard is verdere verbetering altijd mogelijk, maar er ligt een uitstekende basis. Samen met onze partners, gaan we Nederland digitaal veiliger maken!
Wij gaan op zoek naar slimme oplossingen voor veiligheidsproblemen. Een eerste oplossing ligt mijns inziens op het terrein van een betere informatievoorziening. Informatie is in het veiligheidsdomein één belangrijke sleutel tot succes. Het hebben en delen van informatie is dan ook cruciaal. Steeds vaker zie je dat de slagvaardigheid van de operationele veiligheidsdiensten in hoge mate wordt bepaald door informatiegestuurd optreden. Dat is dan ook de reden dat we bezig zijn in de veiligheidsregio’s het netcentrisch werken te implementeren – een concept dat er op neerkomt dat de juiste informatie, op de juiste wijze en op het juiste tijdstip terechtkomt bij de juiste mensen. Zo kunnen partners in de crisis- en rampenbestrijding werken vanuit een gemeenschappelijk totaalbeeld. Dat stelt hen in staat een incident effectiever te bestrijden. Meerdere regio’s passen deze werkwijze al met succes toe.
Maar… De uitdagingen waar we voor staan zijn groot en complex. Als overheid kunnen we die niet alleen aan. Initiatieven om te komen tot publiek-private samenwerking op het gebied van innovatie zijn dan ook zeer gewenst. Hiervan bestaat al een mooi voorbeeld! U kent ongetwijfeld de Maatschappelijke Innovatie Agenda Veiligheid waarmee wij in 2008 zijn gestart - samen met het Ministerie van Defensie en het toenmalige Ministerie van Economische Zaken. Binnen die Agenda maken we goed gebruik van kennis, innovatie en ondernemerschap, om belangrijke veiligheidsvraagstukken op te lossen. Er lopen momenteel tal van innovatieve veiligheidsprojecten, waarbij bedrijven – groot en klein – voorop gaan! Dat zijn uiteenlopende projecten, op terreinen als opleiding, training en simulatie, fysieke bescherming en het opereren in ketens en netwerken.
Dames en heren, met het succes van de Maatschappelijke Innovatie Agenda in het achterhoofd, zie ik mooie kansen voor het bedrijfsleven. En wel binnen het nieuwe bedrijfslevenbeleid dat het kabinet dit jaar heeft ingezet, met het formuleren van “Topsectoren”. De grote kracht van dit beleid zit ‘m in de koppeling van economische kansen aan maatschappelijke uitdagingen. Kort maar krachtig: de maatschappelijke uitdagingen van vandaag zijn de groeimarkten van morgen!
Het veiligheidsdomein vergt een ragfijn samenspel tussen meerdere hoogtechnologische sectoren: ICT, simulatie, nieuwe materialen voor kleding en bescherming, sensortechnologie, communicatiemiddelen. Niet voor niets is dit domein één van de aanjagers van de kenniseconomie. Het Topsectorenbeleid nodigt het bedrijfsleven nadrukkelijk uit om innovaties in gang te zetten. Innovaties die uiteraard goed moeten aansluiten bij de behoeften van de overheid. Als Ministerie van Veiligheid en Justitie werken ook wij hard aan het inzichtelijk maken van onze operationele wensen en behoeften, zodat er een goede verbinding ontstaat tussen kennis en praktijk. Ik daag u allen uit om mee te denken en te komen met innovatieve oplossingen, die ons helpen Nederland veiliger te maken!
Daar komt nog een belangrijke component bij: Europa. De EU hanteert een eigen Research & Development programma, het Zevende Kaderprogramma. Dit programma, dat loopt tot en met 2013, versterkt nog eens het belang van een goede afstemming en stroomlijning van onze behoeften. Ook hier zijn kennis, innovatie en ondernemerschap de belangrijkste ingrediënten. Ik zal mij ervoor inzetten dat ook het nieuwe Framework Programma, Horizon 2020, kennis en innovatieontwikkelingen zal bevatten die aansluiten bij onze vraag en praktijk – onder andere op de terreinen cyber security, informatie-uitwisseling, crisismanagement, alsmede opsporing en handhaving.
Dames en heren, ik kom tot een afronding. Het mooie aan symposia als deze vind ik altijd dat ze overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen een prachtig platform bieden voor afstemming en publiek-private samenwerking. Want samenwerken moet. Samen kunnen we zoveel méér – ook, of misschien wel zeker, waar het gaat om innovaties die het veiligheidsdomein ten goede komen!
Drie jaar geleden, toen nog als burgemeester van Rotterdam, heb ik op dit symposium gesteld dat er een einde moet komen aan de hokjesgeest! Op zijn Rotterdams: “hand in hand voor veiligheid”. Als minister van Veiligheid en Justitie wil ik dit gedachtegoed verder uitdragen. Een symposium als dit kan hieraan een belangrijke bijdrage leveren. Daarvoor ben ik de NIDV zeer erkentelijk. Ik wens u allen een mooie, inspirerende dag – een dag waarop u elkaar weet te vinden en waarop u samen concrete stappen kunt zetten op weg naar nieuwe, slimme oplossingen voor veiligheidsproblemen!
Bij dezen verklaar ik het NIDV-symposium 2011 voor geopend!