Accountantsdag Amsterdam
Toespraak minister De Jager tijdens de Accountantsdag.
Waarom zou iemand accountant willen worden? U weet – hoop ik - allemaal het antwoord. Maar laten we eerlijk zijn, als je aan een tienjarige vraagt wat hij of zij later wil worden dan is dat meestal dierenarts, brandweerman of treinmachinist. Waarom?
Omdat accountant helaas minder tot de verbeelding spreekt. Net als minister van Financiën trouwens…
Wij redden geen mensen uit brandende gebouwen, wij maken Flappie niet beter en wij zitten niet aan de knoppen van de Thalys tussen Amsterdam en Parijs.Maar wat mensen vaak vergeten is dat accountants wel degelijk helden kunnen zijn: u brengt brandende bedrijven in veiligheid, u maakt een zieke balans weer beter en zit – samen met bedrijven – aan de knoppen van de Nederlandse economie. Het enige wat nog ontbreekt is een film met George Clooney of Angelina Jolie als stoere accountant….
Tot die tijd moet u zelf aan uw imago werken. Of beter, moeten we samen aan uw imago werken.
Niet om een logische beroepskeuze te worden voor een tienjarige, maar om te garanderen dat u bent en blijft wat u moet zijn: professioneel, onafhankelijk en betrouwbaar.
Want in dat imago zijn helaas een paar deuken geslagen. Ik hoef maar wat namen te noemen: Enron, Ahold en Worldcom. En sinds het begin van de financiële crisis: Lehman Brothers, DSB en Dexia. U kent de verhalen achter deze namen vast nog beter dan ik.
En de vragen die er sindsdien gesteld worden: hoe kan het toch dat onder de jaarverslagen van deze financiële instellingen die in ernstige moeilijkheden kwamen wel keurig de handtekeningen van accountants stonden? Hadden zij deze rampspoed niet kunnen voorzien en hadden zij als 'hoeder van het economische verkeer' de buitenwereld niet eerder moeten waarschuwen?
En na deze vragen komt dan altijd de grote vraag. Hoe winnen we het vertrouwen terug dat uw beroepsgroep voor een deel is kwijtgeraakt? We, want als minister van Financiën ben ik tenslotte verantwoordelijk voor de Wet toezicht accountantsorganisaties, en, vooruitlopend op de nieuwe Wet op het Accountantsberoep, de Wet op de Registeraccountants en de Wet op de Accountants-administratieconsulenten.
Dat doen we door er samen over te praten en door samen een aantal maatregelen te nemen. Ik praat daarom veel en vaak met vertegenwoordigers van uw beroepsgroep en daarvan heb ik geleerd dat een goede accountant zijn een kwestie is van een goede balans. Letterlijk en figuurlijk.
Want u moet in de relatie met uw klanten niet alleen zorgen voor een kloppende financiële verslaggeving, maar ook voor een juiste balans tussen de vertrouwensband met uw controlecliënt en uw functie als ‘hoeder van het economische maatschappelijke verkeer’. Dit blijkt ook uit het onlangs gepubliceerde rapport van de AFM: ‘Prikkels voor kwaliteit accountantscontrole’. Daar staat in dat aan bestaande wet- en regelgeving wordt voldaan, maar dat er behoefte is aan meer eenduidige en restrictieve normen.
Normen die vooral ook goed toetsbaar moeten zijn door de AFM: de accountant moet niet alleen daadwerkelijk onafhankelijk zijn, maar moet ook de schijn vermijden dat hij niet onafhankelijk zou zijn.
Over die moeilijke rol van de controlerend accountant praten we niet alleen in eigen land. U kent allemaal de concept-voorstellen van Europees Commissaris Barnier om de kwaliteit en onafhankelijkheid van accountants beter te regelen. Die voorstellen zijn nog niet officieel, maar uit alles wat we tot nog toe hebben gehoord en gelezen over zijn plannen blijkt dat Barnier op geheel Franse wijze aan de accountancy wil dokteren. Als je in Frankrijk met een griepje naar de dokter gaat, is de kans groot dat je met een dokterstas aan medicijnen naar huis wordt gestuurd. Zijn plannen lijken dan ook erg op die overvolle dokterstas: ze zijn veelomvattend en nogal vergaand.
Daar moeten we mee uitkijken: het middel mag niet erger zijn dan de kwaal, of beter: nieuwe regelgeving moet in verhouding staan tot het doel dat we willen bereiken. En moet proportioneel zijn.
De voorstellen van Barnier lijken op twee gedachten te hinken. Aan de ene kant wil hij de kwaliteit van de accountantsfunctie verbeteren. De wettelijke controle van de financiële verslaggeving van ondernemingen levert immers een bijdrage aan de financiële stabiliteit. Aan de andere kant lijkt Barnier te worden gedreven door de wens om de markt voor accountantsdiensten open te breken.
Die zou nu te veel gedomineerd worden door de Grote Vier. Ik vind dat toezicht- en mededingingswetgeving niet door elkaar mogen lopen. Er zijn op dit moment immers geen aanwijzingendat er binnen de accountantsmarkt in Nederland sprake is van misbruik van marktmacht. Als dat al zo zou zijn dan kan de NMa hier als toezichthouder haar werk doen. Wel is het zo dat de markt voor accountantsdiensten, net als andere markten, de afgelopen jaren niet stil is blijven staan. Het bedrijfsleven is steeds internationaler geworden. Daardoor is er steeds meer vraag naar specifieke deskundigheid en brede dienstverlening. Dat heeft geleid tot schaalvergroting. Daar is op zich niks mis mee. Als de diensten van een accountantskantoor onder de maat zijn of de kosten te hoog, zijn er nog steeds genoeg andere kantoren waar een controlecliënt terecht kan.
Ook moeten we ervoor waken dat een toch al kwetsbare groep als het MKB wordt overladen met lastenverzwarende regelgeving. Op dit punt is er vanuit Brussel in ieder geval goed nieuws te melden. Er zijn onlangs voorstellen voor een nieuwe jaarrekeningenrichtlijn uitgekomen. Die houden onder meer in dat de drempels voor een verplichte accountantscontrole naar boven worden bijgesteld. Het kabinet is daar voor.
Ik zei het al: ook in eigen land zijn we druk bezig met de rol van de accountant. Zo is er de initiatiefnota van Ronald Plasterk: ‘De accountancy na de crisis’. U weet vast wat daar in staat, zeker na de aftrap van vandaag. Er zijn een aantal overeenkomsten tussen Plasterk en Barnier. In ieder geval als het gaat om de verplichte roulatie van accountantskantoren, de scheiding van advies- en controlewerkzaamhedenen de betrokkenheid van de toezichthouder bij het aanstellen van een accountant door banken en verzekeraars.
En nu wilt u vast weten wat ik daar allemaal van vind. Een paar dingen wil ik er wel over zeggen. Als het gaat om de scheiding van advies en controlewerkzaamheden ben ik absoluut een voorstander van een lijst met verboden diensten. Zo wordt voor iedereen duidelijk welke diensten samengaan met wettelijke controles zonder de onafhankelijkheid van accountants in gevaar te brengen. Daarnaast vind ik dat er een plafond moet worden ingesteld voor de omzet bij een en dezelfde controlecliënt die uit advieswerkzaamheden mag bestaan. Dat zou dan een maximum van 30% kunnen zijn .
Als het gaat om de verplichte kantorenroulatie – Barnier wil dat er iedere 9 jaar moet worden gewisseld en Plasterk zelfs elke 6 jaar - zie ik persoonlijk meer in een verplichte wisseling van de audit partner. Hiermee voorkom je de gevreesde bedrijfsblindheid, zonder de goedlopende relatie tussen een accountantskantoor en een controlecliënt abrupt te onderbreken.
Als het gaat om de betrokkenheid van de toezichthouder bij de aanstelling van een accountant heb ik onlangs in de Tweede Kamer de toezegging gedaan om deze mogelijkheid te bespreken met de AFM en DNB. Voor mij staat in ieder geval voorop dat een onderneming uiteindelijk zelf verantwoordelijk is voor het aanstellen van de controlerend accountant. Ik verwacht op dit punt eigenlijk vooral een meer doortastende rol van de raad van commissarissen. Een interessante vraag blijft hoe de raad van commissarissen hierbij geholpen zou kunnen worden door de toezichthouder. De AFM heeft immers als geen ander inzicht in de kwaliteit van de verschillende accountantskantoren. Het idee van Barnier om de individuele onderzoeksrapporten van de toezichthouder breder ter beschikking te stellen is dus een nadere studie waard.
Overigens is mijn reactie op de plannen van Barnier nog niet in beton gegoten. Sterker nog: u kunt binnenkort laten weten hoe u denkt over zaken als de verplichte roulatie en de scheiding van advies en controle. Binnenkort start ik namelijk in overleg met de NBA en de AFM een consultatie waarin we vragenover de onafhankelijkheid van de accountant, de informatievoorziening van de accountant en het Europees toezicht aan de orde stellen. Als u daar aan meedoet kunt ook u zelf uw invloed uitoefenen op de uiteindelijke besluitvorming in Brussel. Dus: reageer vooral. Want zo blijft u betrokken en geeft u, wat de NBA zo mooi noemt, invulling aan uw poortwachtersfunctie.
Over uw betrokkenheid heb ik overigens helemaal niets te klagen. U timmert zelf ook flink aan de weg om het vertrouwen te herstellen en de bestaande beroepspraktijk te verbeteren. Hoe ongemakkelijk het ook is om je eigen functioneren kritisch en publiekelijk onder de loep nemen, uw plan van aanpak ‘Lessen uit de kredietcrisis’ laat zien dat u dat toch kunt opbrengen. En wat u ook op kunt brengen is samenwerken: NIVRA en NovAA willen al een tijdje samen verder. Niet zo gek natuurlijk: in de praktijk werd er al veel samengewerkt en de beroepsregels voor AA’s en RA’s zijn bijna hetzelfde.
Door te fuseren wordt het fundament van het accountantsberoep verstevigd en dat is in deze turbulente tijden een goede zaak! Ook kunt u door de fusie uw kennis bundelen en uw professionaliteit vergroten, waarschijnlijk voor minder geld. Maar de fusie wordt pas juridisch een feit als de Wet op het accountantsberoep (WOA) door het parlement is aangenomen. Wat mij betreft is dat nog steeds op 1 juli 2012, al moet de Kamer daar wel aan meewerken!
Dames en heren,
Ik kan me voorstellen dat er onder u mensen zijn die weer terugverlangen naar de tijd waarin niemand zich bekommerde om het reilen en zeilen van uw beroepsgroep, zolang de jaarcijfers maar werden goedgekeurd. En er is ook nauwelijks iets mis met wat aandacht. Zolang die positief is. De harde realiteit is echter anders. Uw beroepsgroep zal het vertrouwen van de samenleving op de een of andere manier weer moeten terugwinnen. En dat gaat maar op een manier: treed naar buiten en laat zien waar u mee bezig bent. Niet alleen om zelf weer trots te zijn op uw vak, maar ook om het beroep van accountant aantrekkelijk te houden voor de toekomst. Deze accountantsdag draagt hier absoluut aan bij.