Naar duurzaam wegverkeer in 2050
Het is mogelijk om met bekende technieken de CO2-uitstoot en luchtvervuiling door het wegverkeer in 2050 sterk te verminderen en het wegverkeer veel minder afhankelijk te maken van olie. Dit gaat niet vanzelf: er is overheidsbetrokkenheid nodig. Het gaat vooral om alternatieve voertuigen, zoals elektrische en brandstofcelauto’s, en emissiearme energiedragers, zoals elektriciteit en waterstof. De kosten hiervan moeten sterk omlaag en er moet concurrentie mogelijk zijn met de (goedkopere) vervuilende technieken. Overheidsbeleid kan zich het beste richten op lage uitstoot in het algemeen en marktpartijen vrij laten in hun techniekkeuze, omdat nog niet duidelijk is welke technieken zich qua kosten en maatschappelijk draagvlak het beste zullen ontwikkelen.
Deze conclusies trekt het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) in een studie naar de mogelijkheden om het wegverkeer minder CO2 en luchtvervuilende stoffen te laten uitstoten en minder afhankelijk te laten zijn van olie. Naast alternatieve voertuigen en energiedragers kan volgens het KiM beperking van de mobiliteit een bijdrage leveren, bijvoorbeeld door een hogere kilometerprijs, meer thuis werken en een verschuiving van wegverkeer naar andere vervoermiddelen. Dit bevordert tegelijk de doorstroming van het wegverkeer en de verkeersveiligheid.