Kabinetsreactie op SER-advies ‘Tijden van de samenleving’
De ministerraad heeft er op voorstel van minister Van Bijsterveldt van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mee ingestemd om vanaf volgend jaar in enkele gemeenten te starten met een proef met zogenaamde sluitende dagarrangementen voor 4- tot 12-jarigen.
In deze gemeenten gaan scholen en buitenschoolse opvang intensiever samenwerken om een meer sluitend aanbod voor werkende ouders met kinderen aan te kunnen bieden.
Dat staat in de kabinetsreactie op het advies 'Tijden van de Samenleving' dat de Sociaal Economische Raad eerder dit jaar uitbracht. Een betere aansluiting van onderwijs, opvang en vrijetijdsvoorzieningen moet de balans tussen arbeid en zorg voor ouders vereenvoudigen, de opbrengsten van scholen verhogen en een positieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen.
Op dit moment werken drie van de vier Nederlandse vrouwen in deeltijd. Hun gemiddelde arbeidsduur ligt met 25 uur aanmerkelijk onder het Europese gemiddelde van 34 uur. Onderzoek wijst uit dat een groot deel van de vrouwen bereid is meer uren te gaan werken of weer aan het werk gaat als arbeid en zorg beter te combineren zijn. Het advies van de SER gaat in op de verschillende manieren om tijd en plaats van arbeid en dienstverlening slimmer te organiseren, door het vergroten van de flexibiliteit in tijd en plaats van arbeid en het beter afstemmen van maatschappelijke voorzieningen op werkenden. Voor het laatste ziet de SER vooral een rol weggelegd voor het onderwijs en de kinderopvang, de gezondheidszorg en gemeenten.
De pilotgemeenten worden begin 2012 bekendgemaakt. Om scholen op lokaal niveau te ondersteunen, heeft de ministerraad ingestemd met het voorstel om de subsidie voor het eerder opgerichte Landelijk Steunpunt Brede Scholen met drie jaar te verlengen. Het steunpunt fungeert als centraal kenniscentrum op het gebied van brede scholen en stimuleert en ondersteunt scholen, kinderopvangorganisaties, gemeenten en andere partners bij de ontwikkeling van brede scholen.