Iedereen mag meepraten over nieuwe Natuurwet

Maatschappelijke organisaties en burgers kunnen vanaf 6 oktober 2011 meepraten over de nieuwe Wet natuur. De conceptwet is  verzonden naar alle belangenorganisaties, die met het natuurbeleid te maken hebben. Ook start er een internetconsultatie waarop iedereen kan reageren.

De nieuwe Wet natuur moet de opvolger worden van 3 bestaande natuurwetten: de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet en de Boswet. De consultatieronde duurt 6 weken. De opmerkingen zullen worden verwerkt zodat het wetsvoorstel in het voorjaar van 2012 bij de Tweede Kamer kan worden ingediend.

Opzet nieuwe wet eenvoudiger

De bestaande wetgeving is vooral gebaseerd op nationale natuurbescherming, maar is in de loop der tijd stukje bij beetje aangepast aan de internationale verplich­tingen die Nederland is aangegaan. Dat heeft de wetgeving gecompliceerd en ontoegankelijk gemaakt en is vaak ook onnodig belastend voor burgers en ondernemers. De opzet van de nieuwe wet is eenvoudiger en sluit beter en herkenbaarder aan bij de internationale verplichtingen.

Meer evenwicht in ecologie en economie

Staatssecretaris Henk Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wil dat de nieuwe Natuurwet meer evenwicht brengt in ecologie en economie: “Mensen moeten natuur niet als probleem gaan zien maar er een prettig gevoel bij hebben. Zonder de natuur te kort te doen denk ik dat er veel verbeteringen mogelijk zijn om economische en maatschappelijke ontwikkelingen ruimer baan te geven. Ik wil overbodige regels schrappen, het aantal vergunningen en onderzoeksverplichtingen verminderen en meer verantwoordelijkheid geven aan mensen en bedrijven. Een natuurbeleid dat beter begrepen wordt, is effectiever.”

Verantwoordelijkheden Rijk en provincies

De provincies zijn nu al voor het grootste deel verantwoordelijk voor het natuurbeleid, hun bevoegdheden worden in de nieuwe wet nog meer toegespitst op het uitvoeren van natuurtaken. Zo gaan ze ook de beheerplannen vaststellen voor de Natura-2000 gebieden van Staatsbosbeheer, ze bepalen in hoeverre economische activiteiten de natuur belasten, vergoeden schade door dieren in het wild uit het faunafonds, stellen regels op voor de houtkap en zorgen voor de instandhouding van de biodiversiteit op hun grondgebied.

Het Rijk blijft verantwoordelijk voor het nakomen van internationale verplichtingen, weegt ruimtelijke en natuurbelangen af en bepaalt op welke diersoorten mag worden gejaagd. Daarnaast moet de Rijksoverheid een zogeheten ‘natuurvisie’ vaststellen met hoofdlijnen voor een duurzaam beheer van de biodiversiteit.

Natura 2000

Door de focus meer te leggen op internationale verdragen, ontstaat een groter evenwicht tussen ecologie en economie. De nationale doelen in Natura 2000-gebieden worden vervangen door het EU-beschermingsregime. Er zijn alleen nog vergunningen nodig voor projecten met duidelijk negatieve gevolgen voor het betreffende Natura 2000-gebied.

Soortenbescherming

Ook bij de soortenbescherming wordt beter aangesloten bij Europese richtlijnen en internationale verdragen. De strikte bescherming gaat alleen gelden voor de dier- en plantensoorten zoals die genoemd staan in de Vogelrichtlijn, de Habitatrichtlijn, het Verdrag van Bern en het Verdrag van Bonn. Dat komt neer op de bescherming van alle vogels en ongeveer honderd andere dier- of plantensoorten. Zoogdieren, reptielen en amfibieën die niet in deze verdragen voorkomen, worden beschermd door een verbod op het opzettelijk doden. Verder blijft de algemene zorgplicht bestaan zoals die nu ook in de Flora- en faunawet staat.

Jacht, beheer en bestrijding

Er mag op meer diersoorten gejaagd worden. De wilde eend, houtduif, fazant, konijn en haas blijven bejaagbare soorten, daar komen nu bij de grauwe gans, kolgans, smient, damhert, edelhert, ree en wild zwijn. Deze diersoorten komen in Nederland in groten getale voor, zodat ze door de jacht niet zullen uitsterven. De jacht op deze nieuwe groep dieren zal eerder het planmatige beheer van de soorten ondersteunen en de schade voorkomen die de dieren kunnen aanrichten.

Voor dit planmatige beheer wordt de positie van de wild- en beheereenheden versterkt. Zij worden wettelijk verantwoordelijk voor het opstellen van afschotplannen en kunnen in de praktijk samenhang brengen in het kader van de jacht, schadebestrijding en beheer.

Bossen

Het kabinet vindt het behoud en duurzaam gebruik van bossen belangrijk, daarom wordt de inhoud van de Boswet grotendeels overgebracht naar het de nieuwe Wet natuur omdat het een grote bijdrage levert aan het behoud van de hoeveelheid bossen in Nederland.

De meldplicht voor het kappen van bomen en de herplantplicht gaat ook gelden voor de Italiaanse populier, de linde, de paardenkastanje en de treurwilg. Bij houtkap voor natuurontwikkeling wordt de meld- en herplantplicht afgeschaft, zodat natuurontwikkelingsorganisaties een grotere armslag krijgen bij hun werkzaamheden.

Voortgang

In juni 2011 zijn maatschappelijke organisaties al informeel geconsulteerd over een ambtelijk ontwerp van het wetsvoorstel. Staatssecretaris Bleker heeft de reacties beoordeeld en het wetsvoorstel gewijzigd. Op 6 oktober 2011 is het wetsvoorstel verzonden naar maatschappelijke organisaties voor formele consultatie. Ook wordt het wetsvoorstel gepubliceerd op www.internetconsultatie.nl/wetnatuur waarop elke burger kan reageren. Na 6 weken, op vrijdag 18 november 2011, sluit de reactietijd. De planning is vervolgens dat de opmerkingen worden verwerkt in het definitieve wetsvoorstel dat in het voorjaar van 2012 bij de Tweede Kamer wordt ingediend.