Nederland verlengt deelname NAVO-missie Libië
Nederland verlengt deelname aan de NAVO-operatie in Libië. Dat maakten ministers Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken en Hans Hillen van Defensie vandaag in een artikel 100-brief bekend. De
Nederlandse bijdrage blijft bestaan uit een Nederlandse mijnenjager, 6 F-16’s (waarvan 2 als reserve) en stafcapaciteit. Nederland levert sinds eind maart een bijdrage aan de missie.
Aanleiding is de beslissing van de Noord Atlantische Raad (NAR) vanmiddag om operatie Unified Protector (OUP) in Libië met 90 dagen te verlengen. De missie richt zich op de bescherming van de bevolking, het handhaven van de no-fly zone boven Libië en het toezicht houden op de naleving van het wapenembargo.
Hoewel het regime van Khadaffi politiek gezien ten einde is, is de veiligheidssituatie nog onvoldoende stabiel om de missie te kunnen beëindigen. Khadaffi’s strijdkrachten hebben de wapens nog niet
neergelegd en op sommige plaatsen wordt nog felle tegenstand geboden. Militaire inzet blijft nodig ter bescherming van de burgerbevolking. Periodiek wordt bekeken of de operatie eerder kan worden beëindigd.
Naast de inzet van F-16’s en een mijnenjager, blijft Nederland actief in de staven van diverse hoofdkwartieren. Ook maken Nederlandse militairen deel uit van de bemanningen van de AWACS-vliegtuigen (Airborne Warning And Control System) van de NAVO. In totaal nemen ongeveer 170 Nederlandse militairen deel aan Operatie Unified Protector.