Eerste muntslag 50 jaar WNF Vijfje
Toespraak van minister De Jager bij de eerste muntslag van de herdenkingsmunt ter gelegenheid van vijftig jaar Wereld Natuur Fonds.
Dames en heren,
Er moet iets van optimisme in de lucht hebben gehangen in 1961. Het jaar waarin John F. Kennedy president van de VS werd. Joeri Gagarin als eerste mens een reis door de ruimte maakte. Geen Japanner maar onze ‘eigen’ Anton Geesink wereldkampioen judo werd. En Chubby Checker op de radio let’s twist again zong.
Een tijd, een tijdgeest die aanzette tot nieuwe, positieve initiatieven. Ook de vier Engelse natuurliefhebbers die aan de wieg stonden van het Wereld Natuur Fonds, voelden dat. Op 11 september richtten Sir Julian Huxley, Guy Mountfort, Max Nicholson en Peter Scott in Zwitserland The World Wildlife Fund op. Dat was toen nog een feestelijke in plaats van een beladen datum.
Ze vroegen safariliefhebber en olifantenfan Prins Bernhard als president. Een uitstekende en zeker zeer slimme keuze! Mede dankzij de rol en de inzet van Prins Bernhard groeide ook in Nederland snel het besef dat natuur een kostbaar en kwetsbaar goed is. Iets wat we moeten koesteren en beschermen.
Zoogdieren of zeeleven, bruinvissen of berggorilla’s, olifanten of oerwouden, het Wereld Natuur Fonds voert er onvermoeibaar actie voor. Wat mij vooral altijd opvalt is dat het Wereld Natuur Fonds er al vijftig jaar heel knap in slaagt om steeds een breed publiek te bereiken. Dat doen ze met veel jeugdige energie en zeker ook: met de energie van de jeugd. In de politiek zeggen we vaak en graag als het om natuur, klimaat en duurzaamheid gaat: we doen het voor onze kinderen en kleinkinderen. Het WNF laat die kinderen alvast een handje helpen. De Rangerclub van het WNF is immers al tientallen jaren dé kweekvijver voor levenslange dierenliefde. Toen ik nog op school zat, was het stoer om Ranger te worden. En nog steeds is er op familiefeestjes meestal wel een vasthoudend neefje of nichtje dat met een stapel foto’s van zeehondenbaby’s, gorillamoeders of tijgercubs een donatie voor het WNF weet los te peuteren. Want de Rangerclub is nog altijd springlevend, met 93.000 jonge leden wereldwijd!
Door deze werkwijze, door mensen van allerlei leeftijden in allerlei landen aan te spreken op hun liefde voor de natuur en hun verantwoordelijkheid voor later, geeft het WNF handen en voeten aan hun leuze: geef de aarde door.
Want om dat goed te doen, om de top te bereiken, moet je bij de wortels beginnen….
Daarom ben ik bijzonder onder de indruk van het ontwerp van deze herdenkingsmunt: een boom van wortel tot tak, van aarde tot hemel, van basis tot top. De munt is ontworpen door Willehad Eilers, in het kader van het project ‘Munt met een Missie’. Dit is een initiatief van het Ministerie van Financiën, de Koninklijke Nederlandse Munt en de Rijksacademie. Meer over het hoe en waarom van dit project hoort u straks van Els van Odijk.
Het project en het gekozen ontwerp bewijzen dat je een munt kunt zien, als de kleinst denkbare sculptuur met het grootst denkbare bereik. Een bereik dat voor een herdenkingsmunt jammer genoeg niet reikt tot in onze portemonnee. We rekenen er daarom op dat de verzamelaars de 350.000 munten die worden geslagen trots op het dressoir stallen. Dan staan er hopelijk nog meer kleine en grote Rangers op, om ons steeds opnieuw te wijzen op onze verantwoordelijkheid voor onze natuurlijke omgeving!