Opening van het vernieuwde Nationaal Baggermuseum

Toespraak | 17-05-2011

Meneer Struijk, dames en heren,

• De internationale luchthaven van Hong Kong.
• De stormbarrière van Sint Peterburg.
• De bescherming van koraaleilanden in de Malediven.
• De uitbreiding van de haven van Bremen.
• De nieuwe eilanden voor de kust van Dubai.
• De gaspijpleiding door de Straat van Magellan, in Argentinië.

Wat hebben al deze projecten gemeen?
Ze waren er zonder Nederlandse baggeraars niet geweest!

Ik ben er trots op dat we zulke bedrijven van wereldklasse in huis hebben.

Sliedrecht is de bakermat van veel van die bedrijven.
Hier klopt het hart van een Hollandse bedrijfstak die de hele aarde omspant.

Een omzet van 3,8 miljard euro per jaar.
Dat realiseren Nederlandse waterbouwers en aanverwante bedrijven in het buitenland.
En in Nederland nog eens zo’n 1,2 miljard extra.

Nederlandse baggeraars hebben een derde van de wereldmarkt in handen.
En er ligt meer in het verschiet. De waterbouw behoort tot de watersectoren met de hoogste groeikansen voor de toekomst.

Een roemrijk verleden.
Een sterk heden.
En een stralende toekomst.
Dat is de beeld van baggerend Nederland.

Dit museum geeft daarvan een overzicht.
Uniek in zijn soort.
Het enige baggermuseum ter wereld.
Een museum stevig geworteld in de tradities van deze gemeente.
Met 55 vrijwilligers die zich er met hart en ziel voor inzetten.
De meesten onder u komen uit de baggerwereld.
U geeft uw kennis en ervaring dóór.
Ik vind het fantastisch u vandaag te mogen ontmoeten.
U bent de steunpilaren van het Nationaal Baggermuseum.
Samen met de private sponsors.
Want dit museum drijft volledig op privaat geld. Een prestatie.

Ik denk dat weinig Nederlanders beseffen hoe essentieel baggeren is.
Ons land is voor een belangrijk deel gebouwd op modder, slib en zand.
Ik durf gerust te zeggen dat u medeverantwoordelijk bent voor het fundament van Nederland.

• Het fundament onder onze veiligheid. De veiligheid van onze kust en onze delta.
• Het fundament onder onze welvaart. De Merwede, de Nieuwe Waterweg, de Tweede Maasvlakte; we hebben ze aan ú te danken.
• Het fundament onder een schoon milieu. Vorige maand nog was staatssecretaris Atsma in Gouda om de sanering van de Hollandsche IJssel te vieren. Wat vroeger de vuilste rivier van Nederland was, is mede dankzij kleinschalig baggerwerk weer schoon.

De geschiedenis van het baggeren in Nederland is een verhaal van voortdurende innovatie.

Eerst ging het met de hand, met schepnetten.
Daarna met stoomkracht.
En tegenwoordig hebben we de meest geavanceerde sleephopperzuigers. Nederlandse bedrijven staan overal bekend om hun technisch vernuft en hun aandacht voor het milieu.

De watersector is een van de negen topsectoren waarvoor het kabinet grote kansen ziet op de wereldmarkt.
Dan gaat het om baggeren,  deltatechnologie en offshore, maar ook om drinkwater, afvalwater en de maritieme sector.
Boegbeeld van het Topteam Water is Koos van Oord. Een man die gepokt en gemazeld is in de baggerwereld.

Volgende maand komt het Topteam met zijn agenda voor de toekomst.
Ik kijk daar samen met u naar uit.

Er liggen zeker kansen om het samen nóg beter te doen.

Neem een concept als ‘bouwen met de natuur’.
Onze baggeraars spelen binnen ‘ecoshape’ een essentiële rol.
We werken hard aan de zandmotor voor de kust van Zuid-Holland.
Nergens ter wereld wordt op deze schaal de kracht van de natuur benut om land en mensen te beschermen tegen het water.
We kunnen internationaal de toon zetten als we het concept van bouwen met de natuur breder toepassen.

Een tweede punt: belangen bij elkaar brengen die bij elkaar horen.

Staatssecretaris Atsma was onlangs in Vietnam. Daar heeft hij gezien hoe belangrijk het is schijnbaar uiteenlopende belangen bijeen te brengen.

Zonder veiligheid voor het water durven bedrijven niet in een gebied te investeren. Zonder investeringen geen economische groei. Zonder groei geen ontwikkeling.
Zonder ontwikkeling geen goede infrastructuur voor riool en drinkwater. Zonder schoon drinkwater geen gezondheid.

Al die belangen grijpen in elkaar. Door verbindingen te leggen kunnen we ons internationaal nog sterker profileren.

Dan nog een derde punt. Er is enorm veel waterkennis beschikbaar. Maar die is wel behoorlijk versnipperd bij bedrijven, kennisorganisaties, waterschappen, gemeenten en rijk.

Laten we zorgen dat kennis zoveel mogelijk samenstroomt. Dat maakt onze gezamenlijke ‘waterkracht’ nog groter.

Dames en heren, ik ben er trots secretaris-generaal te zijn van het ministerie dat de Nederlandse watersector in binnen– en buitenland mag vertegenwoordigen.

Een sector die groot is geworden dankzij illustere namen als Volker, Van Oord en Bos.

Maar óók dankzij al die onbekende polderjongens, griendwerkers en dijkenbouwers uit Sliedrecht en omgeving die hun leven lang gezwoegd hebben om Nederland veilig te maken.

Dit museum is een eerbetoon aan hen allemaal.

De eerste verdieping is geheel vernieuwd en geeft een schitterend beeld van een innovatieve topsector.
Er zullen nog vele innovaties volgen – daar ben ik van overtuigd.

Baggeren is prachtig.
Gaat dat zien!