Terugplaatsing van levenslanggestrafte van PPC naar longstayvoorziening

In de Telegraaf van vandaag staat op de voorpagina het artikel “Seriekiller bevrijd van cel” naar aanleiding van een uitspraak van de schorsingsvoorzitter bij de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) van 15 april 2011, waarbij een schorsingsverzoek van Koos H. is toegewezen.

Achtergrond

Koos H. is op 21 december 1999 door de Minister van Justitie met toepassing van artikel 13 van het Wetboek van Strafrecht als levenslanggestrafte in de tbs-inrichting de Dr. S. van Mesdagkliniek geplaatst. Op 12 september 2005 heeft de selectiefunctionaris beslist klager over te plaatsen naar de beveiligde individuele behandelafdeling (BIBA) van de penitentiaire inrichtingen Haaglanden, welke overplaatsing op 26 september 2005 is gerealiseerd. Op 10 november 2005 heeft klager beroep ingesteld tegen de fictieve beslissing van de Minister van Justitie op grond van artikel 13 van het Wetboek van Strafrecht tot beëindiging van de plaatsing in de Van Mesdagkliniek. Op 29 mei 2006 heeft de beroepscommissie dit beroep gegrond verklaard op de grond dat de Minister ondanks herhaald rappel niet binnen de gegeven uiterste termijn de gevraagde stukken had toegezonden. Op 11 juli 2006 heeft de Minister opnieuw beslist tot terugplaatsing naar een penitentiaire inrichting. Bij uitspraak 06/1794/TR van 11 juni 2007 heeft de beroepscommissie het daartegen ingediende beroep gegrond verklaard en de bestreden beslissing vernietigd, onder meer omdat een, wettelijk vereist, onderbouwd advies van de kliniek tot terugplaatsing naar het gevangeniswezen ontbrak en externe deskundigen juist hebben geadviseerd tot een voortgezet verblijf in een gecontroleerd en beveiligd therapeutisch milieu.

Bij beslissing van 4 december 2008 heeft de Minister besloten Koos H. te plaatsen in een longstayvoorziening van Forensisch Psychiatrisch Centrum De Rooyse Wissel en bij beslissing van 2 juni 2009 is besloten hem vervolgens over te plaatsen naar een longstayvoorziening van de Pompestichting.

Op 9 juni 2010 heeft de Minister beslist tot overplaatsing naar het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) II te Vught. Deze overplaatsing is op 30 juni 2010 gerealiseerd. De beroepscommissie heeft het beroep tegen de plaatsing in het PPC gegrond verklaard bij uitspraak 10/1608/TB van 15 december 2010 en de beslissing tot plaatsing in het PPC vernietigd. Daarbij heeft de beroepscommissie overwogen dat Koos H. ten spoedigste in een longstayvoorziening zal moeten worden geplaatst.

Schorsingsuitspraak

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft ondanks bovengenoemde uitspraak van de beroepscommissie van 15 december 2010 op 29 maart 2011 besloten de plaatsing in het PPC te handhaven. Tegen die beslissing is beroep ingediend en tevens een verzoek om de beslissing van 29 maart 2011 te schorsen in afwachting van de uitspraak van de beroepscommissie op het beroep.

De schorsingsvoorzitter heeft dit verzoek bij uitspraak 11/1059/STB van 15 april 2011 onder verwijzing naar de uitspraak van de beroepscommissie van 15 december 2010 toegewezen wegens strijd met het recht. Daarbij heeft de schorsingsvoorzitter in aanmerking genomen dat in na de beslissing van 15 december 2010, op verzoek van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, uitgebrachte pro justitia rapportage van 15 en 16 februari 2011 is geconcludeerd dat de overplaatsing van Koos H. naar het PPC niet ten goede lijkt te komen aan zijn psychische stabiliteit en dat het risico voor verder afglijden in depressieve symptomatologie en dus onnodige detentieschade reëel aanwezig is. In deze pro justitia rapportage wordt geadviseerd tot terugplaatsing naar de longstayvoorziening van de Pompestichting als er geen voor hem geschikte afdelingen binnen het gevangeniswezen aanwezig zijn.

De adviescommissie Geestelijk Gestoorde Gedetineerden heeft op 25 februari 2011 geadviseerd Koos H. in een longstayvoorziening te plaatsen nu op dit moment voor hem geen plaats beschikbaar is die voldoet aan de eisen die in de multidisciplinaire rapportages zijn geformuleerd.

Het gevolg van deze schorsingsuitspraak is dat de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie in overeenstemming met de uitspraak van de beroepscommissie van 15 december 2010 alsnog Koos H. zal moeten terugplaatsen in een longstayvoorziening in afwachting van de behandeling van het beroep, waarbij verder inhoudelijk op de zaak zal worden ingegaan.

Het is op dit moment nog niet duidelijk wanneer het beroep zal worden behandeld. Hiervoor wordt onder meer gewacht op een nadere reactie van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie.