Werknemers onvoldoende beschermd tegen vervuilde grond
Bedrijven die werken in verontreinigde grond, nemen onvoldoende maatregelen om hun medewerkers te beschermen tegen giftige stoffen en asbest.
Dat blijkt uit steekproeven van de Arbeidsinspectie in 2010. Bij 53 van de 61 inspecties waren zaken niet in orde; 22 keer werd het werk stilgelegd, waarvan 11 keer met een boete. Met het oog op deze resultaten houdt de Arbeidsinspectie vanaf 1 april meer controles. Daarbij letten de inspecteurs ook op de risico’s om te verdrinken of bedolven te raken. Ieder jaar vallen hierdoor een of meer doden.
De inspecties zijn gehouden op saneringslocaties waar verontreinigde grond wordt opgeruimd of afgedekt en bij bedrijven die verontreinigde grond en verontreinigd baggerslib reinigen. Bedrijven kennen de richtlijn voor veiligheid bij deze werkzaamheden meestal wel, maar leven die slecht na. Vaak letten ze alleen op de milieuregels en verliezen de veiligheid en gezondheid van medewerkers uit het oog.
De Arbeidsinspectie controleert binnenkort opnieuw op saneringslocaties en daarnaast bij baggerwerk, het leggen van kabels en leidingen en reconstructies van wegen. Ook daar kunnen werknemers immers stuiten op verontreinigde grond en asbest. In totaal gaat het om 125 inspecties. Bovendien houdt de Arbeidsinspectie controles bij de opdrachtgever als blijkt dat die vooraf de risico’s niet goed heeft onderzocht. Dat was bij een kwart van de proefinspecties het geval.
Aanvullend controleren de inspecteurs bij graafwerk of er goed wordt gestut, zodat werknemers niet bedolven kunnen raken. Bij werk op en bij het water kijken ze of er genoeg is gedaan om te voorkomen dat werknemers verdrinken.