Europese begroting moet op de schop
De uitgaven én de wijze van financiering van de Europese begroting moeten grondig hervormd worden. Tegelijkertijd dient de Europese begroting de komende jaren pas op de plaats te maken.
Het kabinet zet in op substantieel lagere afdrachten door Nederland. Dat schrijft het kabinet vandaag aan de Tweede Kamer in een brief over de Nederlandse inzet voor de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader voor de begroting van de Europese Unie.
De Nederlandse inzet kent drie hoofdlijnen:
- De EU-begroting zal zich sober moeten ontwikkelen. Minister-president Rutte heeft eerder in een brief met een aantal collega's dit signaal ook al afgegeven aan de Europese Commissie. Vanaf 2014 dient de begroting niet harder te groeien dan de inflatie.
- Binnen de Europese begroting zal meer ruimte moeten komen voor nieuwe prioriteiten gericht op groei, werkgelegenheid en innovatie. De ruimte hiervoor kan naar de mening van het kabinet worden gevonden door de Europese structuurfondsen voortaan te beperken tot de armste regio's in de armste landen en door het budget voor de Brusselse administratie te bevriezen en het landbouwbeleid te moderniseren.
- Het kabinet wil een grondige hervorming van de financiering van de EU-begroting. Het ingewikkelde systeem van eigen middelen moet vervangen worden door een financiering volledig gebaseerd op het Bruto Nationaal Inkomen. Het kabinet ziet niets in nieuwe Europese eigen middelen, zoals Europese belastingheffing.
Tegelijk met een sobere en moderne begroting, zet het kabinet in op substantieel lagere afdrachten door Nederland. Bij ongewijzigd beleid vervalt namelijk de nu bestaande afdrachtenkorting vanaf 2014.
Minister De Jager: "We kunnen niet uitleggen dat de Europese begroting hard groeit, als we in Nederland pijnlijke maatregelen moeten nemen om de overheidsuitgaven onder controle te brengen. Nederland houdt onverkort vast aan de noodzaak van een correctie op de Nederlandse afdrachten, zolang er te weinig hervormingen plaatsvinden aan de uitgaven- en inkomstenkant van de begroting en we de Europese uitgaven onvoldoende onder controle krijgen."
Staatssecretaris Knapen: "De Europese begroting zal de prioriteiten van vandaag en morgen beter moeten weerspiegelen. Die liggen met name op het terrein van een meer innoverende en concurrerende Unie. Met deze inzet laat het kabinet zien dat lagere afdrachten door Nederland en een Europese begroting die de Europese burger meer waar voor zijn geld geeft, prima samen gaan. Het wordt nu zaak daar ook anderen in Europa van te overtuigen."
Het kabinet zal de Nederlandse inzet de komende maanden actief uitdragen in de Europese Unie. Dinsdag 29 maart a.s. ontvangt staatssecretaris Knapen Europees Commissaris Lewandowski van Financiële Programmering en Begroting. De Europese Commissie zal in juni met een voorstel komen voor het nieuwe Meerjarig Financieel Kader. De onderhandelingen zullen bepalend zijn voor de omvang, financiering en besteding van Europese middelen vanaf 2014 en vermoedelijk afgerond worden in 2012.
Op 29 maart is ook de voorzitter van het Europees Parlement, de heer Buzek, in Den Haag. Hij spreekt omder andere met minister-president Rutte en staatssecretaris Knapen. Het Europees Parlement speelt een belangrijke rol in de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel kader.