Helft gecontroleerde dierenartsen werkt niet veilig
In dierenartsenpraktijken is te weinig aandacht voor de arbeidsomstandigheden. De risico’s zijn lichamelijk zwaar werk, blootstelling aan gevaarlijke stoffen, besmettelijke ziektes en straling. Bij controles van de Arbeidsinspectie in 260 dierenartspraktijken bleek in de helft van de gevallen iets aan de hand te zijn.
Een derde van de praktijken is te weinig alert op bescherming tegen gevaarlijke stoffen. Ze gaan onzorgvuldig om met desinfectie- en schoonmaakmiddelen. Er wordt te weinig van tevoren beoordeeld of werknemers worden blootgesteld aan sommige narcosegassen. Her en der ontbrak een goede afzuiging in de operatiekamers. Dierenartspraktijken gebruiken lang niet altijd de folders van de branche over schoonmaakprotocollen. In vier van de vijf praktijken hebben artsen of assistenten bovendien te maken met lichamelijk zwaar werk.
Stralingsrisico’s
Zestig praktijken zijn apart gecontroleerd op de voorschriften voor het werken met röntgentoestellen. Veertig hiervan hielden zich niet aan de regels. De stralingsrisico’s waren niet goed in kaart gebracht of het onderhoud van de apparatuur was niet in orde. Verder droegen de werknemers niet altijd de voorgeschreven persoonlijke badges om te meten aan hoeveel röntgenstraling ze zijn blootgesteld.
Dierenartsen en assistentes zijn meestal goed op de hoogte van de risico’s van röntgenstraling voor hun eigen gezondheid. Toch is gebleken dat ze in de praktijk niet zorgvuldig genoeg omgaan met persoonlijke beschermingsmiddelen. Dit geldt vooral bij mobiele röntgenapparatuur, bijvoorbeeld om opnamen van ledematen van paarden te maken. De kans op blootstelling aan straling is hier veel groter dan in een vaste röntgenopstelling.