Minister Rosenthal spreekt VN-Mensenrechtenraad toe
Uit de jongste ontwikkelingen in de Arabische wereld spreekt hoop en optimisme. Maar ze geven ook aanleiding tot grote zorg. Dat zei minister Rosenthal in zijn toespraak voor de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties in Geneve.
Rosenthal benadrukte de noodzaak van sancties tegen Libië: een verbod op wapenexport, bevriezing van tegoeden en een visaban. Hij herhaalde de Nederlandse oproep tot opschorting van het lidmaatschap van Libië van de Mensenrechtenraad. Hierover wordt op 1 maart in New York besloten door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties.
Minister Rosenthal zei te hopen dat de veranderingen in de Arabische wereld ook openingen zullen bieden voor het vredesproces in het Midden-Oosten. De Mensenrechtenraad zou het aantal op Israel gerichte resoluties moeten terugbrengen en een meer evenwichtige benadering moeten kiezen.
Minister Rosenthal ontmoette in Geneve de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties mevrouw Pillay. Met haar sprak hij over actuele mensenrechtenkwesties en de situatie in Libië en de Arabische wereld.
Rosenthal had ook een werklunch met vertegenwoordigers van verschillende mensenrechtenorganisaties. Zij spraken onder meer over mensenrechten en de vooruitzichten voor democratie in Egypte en Tunesië.
Met Directeur-Generaal Somavia van de Internationale Arbeidsorganisatie ILO sprak Rosenthal over het belang van fundamentele arbeidsnormen, in het bijzonder de uitbanning van kinderarbeid.