Voordracht Staatssecretaris Teeven tijdens conferentie Stichting Herstelling
Voordracht van staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie tijdens een conferentie van de Stichting Herstelling op 20 januari 2010
Dames en heren,
Allereerst mijn dank aan de Stichting voor de uitnodiging om u hier toe te spreken. Ter voorbereiding van mijn inleiding heb ik onder meer uw jaarverslag over 2009 doorgenomen. Ik las daarin dat sommige mensen denken dat de Herstelling een project is voor criminele jongeren. “En zo’n boodschap verkoopt natuurlijk slecht”, stond erbij.
Tja, dan helpt ‘t niet als u de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie vraagt te komen. Sterker, dat maakt u extra verdacht, om het maar eens in justitietaal te zeggen.
Natuurlijk werken er bij stichting Herstelling ook criminele jongeren. Veel zelfs. Maar het wil er bij mij niet in dat die boodschap slecht verkoopt. Integendeel, ik denk dat het in het voordeel van de Herstelling heeft gewerkt dat zij de realiteit onder ogen ziet
En die realiteit is dat te veel jongeren het opgeven in het onderwijs en op de arbeidsmarkt. Dat vergroot de kans dat ze afglijden naar ongewenst en crimineel gedrag. Dat is inmiddels wel bewezen.
Het vorige kabinet heeft al stevig ingezet op het voorkomen van uitval. Die lijn houden wij aan. In het onderwijs spannen we ons in om ook de meest kwetsbare jongeren gediplomeerd te krijgen en de kans op afhaken te minimaliseren. Daarvoor zijn maatregelen genomen als: de aanval op schooluitval, de aanpak schoolverzuim, het passend onderwijs en de ontwikkeling van werkscholen. Ook zijn er projecten opgestart voor kwetsbare jongeren. Naast de zogeheten campuspilots (ik kom daar straks op terug) zijn er nu wijkscholen, plusvoorzieningen en dergelijke. Speciaal voor de zogenaamde «kwetsbare jongeren» kent de Wet Investeren in Jongeren (de WIJ) de mogelijkheid van een zorgaanbod, met daaraan gekoppeld een inkomensvoorziening. De Wajong is aangepast en richt zich nu meer op participatie, om afhankelijkheid van een uitkering te verminderen. En ook het Actieplan bestrijding jeugdwerkloosheid investeert in jongeren met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Daarnaast zijn er drangmiddelen zoals het stoppen van een uitkering of - voor ouders - het korten op de kinderbijslag. We zullen nooit helemaal kunnen voorkomen dat kinderen en jongeren tussen wal en schip vallen, maar we zullen alles uit de kast halen om dat risico zo klein mogelijk te maken.
Als overheid moeten we uiterst alert zijn op beginnend onmaatschappelijk en crimineel gedrag, en meteen in actie komen. Niet alleen gemeenten en provincies, ook de landelijke overheid. Bij de Herstelling zagen ze vanaf het begin in hoe belangrijk het is om tijdig in te grijpen, juist bij jongeren die nog niet helemaal verloren zijn. Ze begrepen ook dat jeugdige criminelen ná hun straf nog steeds jong zijn en in de samenleving alsnog hun draai moeten zien te vinden. Resocialisatie tijdens de detentie moet een vervolg krijgen in de vorm van de juiste nazorg, en het zijn de gemeenten die dat stokje moeten overpakken. Doen ze dat niet, dan is alle moeite van Justitie voor niets geweest.
Voor de Stichting Herstelling gaat het erom de afstand tot de arbeidsmarkt zo klein mogelijk te maken. Dat is waar ze op mikt. Daarmee is de kans op succes als het ware ingebakken, omdat ze direct een alternatief biedt bij uitval uit onderwijs en arbeidsmarkt.
Ik wil even stilstaan bij een onderdeel van de Herstelling en dat is het Schoolfort. Het Schoolfort werd enkele jaren geleden aangewezen als pilot binnen het project Campussen. Ik noemde ze al even. Bij dit project was ook het Ministerie van Justitie betrokken, en de toenmalige minister Hirsch Ballin was medeondertekenaar van de voortgangsberichten hierover aan de Tweede Kamer. Inmiddels is er een eindrapport waaruit blijkt dat de meeste campusachtige voorzieningen het wel goed doen, ook het Schhoolfort. Dat is nog eens bevestigd in een aantal benchmarkrapporten, die campussen onderling vergelijken, ook op het punt van strafbare gedragingen. Ik moet ik er wel bij zeggen dat de doelgroep van het Schoolfort iets lichter was dan voor de campuspilots oorspronkelijk was beoogd: de meeste deelnemers waren nog niet uitgevallen uit het onderwijs maar dreigden af te haken. Ik zie dat overigens niet als een tekortkoming van het project maar als een extra bewijs dat je er niet vroeg genoeg bij kunt zijn als het gaat om afglijdende jongeren.
In april 2009 was een delegatie van de vaste Kamercommissie van Justitie bij u te gast. Ik hoorde daar ook bij. Centraal thema van het werkbezoek was ‘het sluiten van de keten’ waarmee de samenwerking bedoeld werd van Herstelling met de ‘Ketenpartners’ justitie, politie, reclassering, jeugdzorg etc. Wij vonden de combinatie van cultureel erfgoed en re-integratie heel origineel en bijzonder.
Vandaag ben ik hier niet voor een kijkje in de keuken als Kamerlid. Ik ben als Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie te gast op een bijzondere conferentie, met een bijzondere aanleiding: een boek over de methodiek van Stichting Herstelling.
Het doet me deugd dat u zoveel waarde hecht aan een goede methodiek. Vanuit de rijksoverheid propageren wij zoals u weet evidence based beleid. Een goede theoretische onderbouwing en het gebruik van een eenduidige, schriftelijk vastgelegde methodiek, passen daarbij.
Niet alleen qua missie heeft stichting Herstelling dus een goede keus gemaakt maar ook de aandacht voor een professionele manier van werken is een schot in de roos.
Ik verwacht dat het nieuwe methodiekboek zijn vruchten zal afwerpen. Dat steeds meer jongeren dankzij deelname aan een van uw projecten goed terecht komen. Ik neem aan dat u gaat bijhouden in hoeverre dat het geval is, ook waar het strafbare gedragingen betreft. Zo kan stichting Herstelling op den duur misschien een voorbeeld vormen voor andere gemeenten, regio’s en provincies.
Maar ook voor de rijksoverheid en meer in het bijzonder voor Veiligheid en Justitie zie ik mogelijkheden, zeker voor jongeren en adolescenten die met de strafrechter in aanraking zijn gekomen. Voor hen is drang niet meer genoeg, maar wordt het dwang.
Het kabinet is momenteel bezig met een wetsvoorstel inzake het adolescentenstrafrecht. Zoals u wellicht weet denk ik erover om voorwaardelijke straffen te koppelen aan het verplicht volgen van een opleiding. TBO, terbeschikkingstelling van het onderwijs, zoals de heer Marcouch dat heeft genoemd. Gemeentelijke projecten, net als die van stichting Herstelling, lijken daarvoor bij uitstek geschikt. Ook daarom juich ik toe dat u vandaag bijeen bent om aandacht te vragen voor een consistente manier van werken en om ieders rol en aandeel in de ketenaanpak nog eens duidelijk te belichten.
Tot slot wens ik u allen veel succes met de workshops en ook in uw dagelijks werk. Ik had hier graag langer willen blijven maar wegens verplichtingen in het buitenland moet ik - helaas - straks weg. Maar neemt u van mij aan dat u niet gemist kunt worden!
Dank u wel.