Uitbreiding rechten slachtoffers in strafproces vanaf 1 januari
De rechten van slachtoffers in het strafproces worden vanaf 1 januari uitgebreid. De Wet Versterking positie slachtoffers in het strafproces treedt dan namelijk in werking. De nieuwe wet geeft slachtoffers in het strafproces een zelfstandige positie met eigen rechten en bevoegdheden.
Betere informatieverstrekking slachtoffers
Door de wet wordt de informatieverstrekking aan slachtoffers verbeterd. Als de politie afziet van de opsporing van de dader moeten slachtoffers hiervan voortaan schriftelijk op de hoogte worden gebracht. Ook als het proces-verbaal naar het openbaar ministerie wordt gestuurd, krijgen slachtoffers hierover schriftelijk bericht.
Verder krijgen slachtoffers het recht om de processtukken in te zien. Ook kunnen ze de officier van justitie vragen om stukken aan het dossier toe te voegen. Als de officier inzage of toevoeging van stukken weigert, kunnen slachtoffers in beroep gaan bij de rechter.
Ook worden meer slachtoffers geïnformeerd als de veroordeelde weer vrij komt. Nu krijgen slachtoffers deze informatie vooral als de dader is veroordeeld tot TBS, jeugddetentie of de PIJ-maatregel. Na 1 januari gebeurt dit ook in geval van gevangenisstraffen.
Voorschotregeling
Nieuw in de wet is ook de voorschotregeling. Slachtoffers aan wie een schadevergoeding is toegewezen, krijgen straks het hele schadebedrag uitgekeerd, uiterlijk acht maanden na het onherroepelijk worden van het vonnis. Als de dader de schadevergoeding binnen die termijn niet (volledig) kan betalen, keert de staat het (resterende) bedrag uit aan het slachtoffer. Het Centraal Justitieel Incassobureau verhaalt het bedrag vervolgens op de dader. De regeling geldt voorlopig alleen voor slachtoffers van geweld- en zedendelicten.
Slachtoffers kunnen zelf bepalen van welke rechten en diensten zij gebruik maken en krijgen daarbij ondersteuning (op juridisch, praktisch en sociaal-psychologisch terrein) van Slachtofferhulp Nederland.