Kamerbrief inzake beantwoording vragen van de leden Omtsigt en Ormel over het aanhoudend en systematisch geweld tegen christenen in Bagdad

Geachte Voorzitter,

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Omtzigt en Ormel over het aanhoudend en systematisch geweld tegen christenen in Bagdad. Deze vragen werden ingezonden op 15 november 2010 met kenmerk 2010Z16730.


De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. U. Rosenthal

Antwoorden van de heer Rosenthal, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Omtzigt en Ormel (CDA) over het aanhoudend en systematisch geweld tegen christenen in Bagdad.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het aanhoudend en systematisch geweld tegen christenen in Bagdad de afgelopen weken, waarbij zelfs de familieleden van slachtoffers van de gijzeling in de kathedraal het gerichte doelwit waren van aanslagen? Hoe beoordeelt de regering en haar 26 partners uit de Europese Unie (EU) de huidige situatie in Bagdad? 1)

Antwoord

Ik veroordeel ten zeerste de gewelddadige incidenten die de afgelopen weken in Irak hebben plaatsgevonden en die de Irakese bevolking, waaronder de Irakese christenen, hebben getroffen. De veiligheidssituatie in en rond Bagdad is instabiel, zoals ook beschreven in het ambtsbericht Irak van 29 oktober 2010. Er is sprake van gericht en ongericht geweld.

Vraag 2
Deelt u de mening van de aartsbisschop van Bagdad, Athanase Matti Shaba Matoka, dat deze aanvallen een systematische poging zijn om alle christenen uit Irak te verdrijven?

Antwoord

Nee.

Vraag 3
Bent u bereid om het initiatief te nemen voor een ontmoeting van de EU en de Arabische Liga over vrijheid van religie en rechten van (religieuze) minderheden?

Antwoord

Godsdienstvrijheid is reeds een belangrijk thema in gesprekken tussen de leden van de Arabische Liga en de EU. Een aparte bijeenkomst is op dit moment niet nodig.

Vraag 4
Welke stappen zijn volgens u noodzakelijk zodat het geweld in Irak tussen etnische en religieuze groepen ophoudt en hoe gaat u eraan bijdragen dat die stappen ondernomen worden?

Antwoord

Het is aan de nieuwe Irakese regering om de orde en veiligheid in Irak te herstellen. Cruciaal onderdeel is minderheden beschermen en etnische en religieuze spanningen wegnemen. Daartoe zullen onder andere politieke vraagstukken zoals de kwestie van de betwiste gebieden in Noord-Irak en de integratie van de strijdkrachten moeten worden aangepakt.

Zoals reeds aangegeven in antwoord op eerdere vragen zullen Nederland en de Europese Unie bij de Iraakse regering aandacht blijven vragen voor de noodzaak om kwetsbare groepen als etnische en religieuze minderheden maximale mogelijke bescherming te bieden. Door deelname aan de NAVO Trainingsmissie in Irak en de EU-missie EUJUST LEX, die tot doel heeft de Iraakse veiligheids- en justitiële sector te versterken, draagt Nederland bij aan de versterking van de Iraakse rechtsstaat. Via EIDHR (European Instrument for Democracy and Human Rights) steunt de EU een project ter bevordering van de dialoog met en tussen geestelijk leiders in Irak.

1) Nos.nl ‘Nieuwe aanslagen op christenen in Irak’, 11 november 2010