Kamerbrief inzake geannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 november 2010
Geachte Voorzitter,
Graag bieden wij u hierbij aan de geannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 november 2010.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. U. Rosenthal
De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
Dr. B. Knapen
G eannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 november 2010
Strategische partners
De Europese Raad (ER) van 16 september besloot om betere invulling te geven aan de relaties van de EU met haar strategische partners (onder meer de VS, Rusland, China, Brazilië, Japan, India). De Hoge Vertegenwoordiger (HV) zal de Raad informeren over de stand van de werkzaamheden en over de elementen die in haar rapportage aan de ER van december aan de orde zullen komen. Er is geen uitgebreide discussie voorzien. Die volgt in december.
Om daadwerkelijke invulling te geven aan de opdracht van de ER, moet de EU in haar relaties met strategische partners komen tot een heldere definitie van de Europese strategische belangen. Dat vereist discipline van de lidstaten (die zich aan de EU-positie moeten conformeren, ook in hun bilaterale betrekkingen met de strategische partners) en een sterkere mate van centrale coördinatie -- ook binnen de Europese Commissie. Want onze relaties met de strategische partners zijn breder dan de ‘klassieke’ buitenlandpolitieke thema’s, zoals veiligheid en mensenrechten. Ook handelspolitiek (met ondermeer China, India, Brazilië), financieel-monetair beleid (China, VS), privacy-zaken (VS), intellectueel eigendom (China, India), klimaat/energie (Rusland, China), ontwikkelingssamenwerking (VS, China) spelen een toenemende rol in onze relaties met deze partners. De HV zal in de coördinatie met de lidstaten en binnen de Commissie een sleutelrol moeten vervullen.
Sinds een aantal maanden worden de toppen met strategische partners voorbereid door zowel de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) als de ER. Nederland is groot voorstander van voortzetting van deze meer politieke voorbereidingsmethodiek. Deze stelt de EU in staat een betere afweging te maken tussen haar verschillende belangen.
Mediterrane Unie
De Raad zal spreken over de Unie voor de Mediterrane Regio (UMR). Nadruk zal liggen op de toekomst van de UMR en de invulling van het co-voorzitterschap. Op 12 november werd bekend dat, mede als gevolg van het gebrek aan voortgang in het Midden-Oosten Vredesproces (MOVP), de UMR-top die op 21 november was gepland tot nadere order is uitgesteld. Zichtbare resultaten van de in 2008 gelanceerde UMR werden de laatste twee jaar al deels belemmerd door gebrek aan voortgang in het MOVP. Het kabinet betreurt dit.
Het kabinet is van mening dat concrete projecten in het kader van de UMR juist kunnen bijdragen aan verbetering van de betrekkingen tussen de deelnemende landen en ook kunnen bijdragen aan verbeterde samenwerking tussen de mediterrane partners onderling. Nederland organiseerde daarom in 2009 in Cairo een conferentie over watervoorziening. Tevens heeft Nederland onlangs (november 2010) een groep magistraten en beleidsmedewerkers uit de zuidelijke landen van de UMR ontvangen ter bevordering van de samenwerking op het gebied van criminaliteitbestrijding. Conform de beginselen in het regeerakkoord is Nederland daarnaast van mening dat de UMR een platform biedt om partnerlanden aan te spreken over vraagstukken als mensenrechten (waaronder het bestrijden van straffeloosheid), vrijhandel en bestrijding van illegale migratie. Het kabinet wil deze punten inbrengen in de discussie over de toekomst van de UMR.
De UMR kent een sui generisinstitutionele structuur. Sinds juli 2008 bekleedt Frankrijk, namens de EU, het co-voorzitterschap van de UMR. Egypte vertegenwoordigt de mediterrane partners. HV Ashton heeft voorgesteld dat uiterlijk per 1 januari 2012 de institutionele structuur in lijn moet worden gebracht met het Verdrag van Lissabon, waarbij de HV het Europese co-voorzitterschap vervult. Nederland deelt de opvatting van de HV. Tussen nu en 1 januari 2012 zal volgens het voorstel van de HV een overgangsregime gelden waarbij -- na Frankrijk -- een door de Raad aan te wijzen lidstaat het Europese co-voorzitterschap zal bekleden. De Raad zal het voorstel van de HV bespreken.
Birma/Myanmar
De Raad zal spreken over de situatie in Birma na de verkiezingen van 7 november jl. De verkiezingen waren niet vrij, eerlijk of transparant, onder meer wegens zeer restrictieve kieswetgeving. De verkiezingen zijn over het algemeen rustig verlopen, met als grootste incident een bestorming in Myawaddy, vlakbij de grens met Thailand, van een aantal strategische regeringslocaties door een afsplitsing van de Democratic Karen Buddhist Army(DKBA). Naar aanleiding van dit incident hebben gevechten plaatsgevonden tussen het Birmese leger en de rebellen, waarbij volgens de Thaise autoriteiten 15.000 Birmezen over de grens naar Thailand zijn gevlucht. Een deel van de vluchtelingen is inmiddels vrijwillig teruggekeerd. Volgens hulporganisaties ter plekke, waaronder de UNHCR, het IOM en ECHO, worden de vluchtelingen in Thailand adequaat geholpen en is er geen sprake van gedwongen terugkeer.
Het kabinet betreurt het ondemocratische karakter van de verkiezingen en heeft grote zorgen over de mensenrechtensituatie in Birma, met name de situatie van de politieke gevangenen. Het EU-sanctieregime tegen Birma dient te worden gehandhaafd, totdat fundamentele vooruitgang is geboekt op deze gebieden. Tegelijkertijd is het kabinet van mening dat de EU moet blijven inzetten op een dialoog met Birma en moet zoeken naar mogelijkheden voor engagement met het nieuwe regime. Hierdoor kan de EU ook direct aandringen op de noodzaak tot verbetering van onder andere het respect voor mensenrechten en democratische beginselen. Nederland wil tijdens de Raad het belang benadrukken van blijvende aandacht van de EU voor de situatie in de grensgebieden en mogelijke etnische conflicten.
Op 13 november jl. is oppositieleider Aung San Suu Kyi (ASSK) vrijgelaten, na een groot deel van de afgelopen twintig jaar in (huis)arrest te hebben doorgebracht. Zij kondigde aan zich te zullen inzetten voor nationale verzoening en democratisering, en hiertoe in dialoog te willen gaan met het Birmese regime. Het kabinet verwelkomt de vrijlating van ASSK en de mogelijke positieve invloed die hiervan uit kan gaan op het democratiseringsproces in Birma. Nederland zal de noodzaak van vrijlating van alle politieke gevangenen blijven onderstrepen
Voorbereiding toppen EU-Afrika, EU-India en EU-Rusland
De Raad zal spreken over de voorbereiding van de topbijeenkomsten van de EU met Afrika (29-30 november as.), Rusland (7 december as.) en India (10 december as.). De top met Afrika zal worden bijgewoond door regeringsleiders en staatshoofden van de deelnemende landen, alsmede door voorzitter van de Europese Raad Van Rompuy, voorzitter van de Europese Commissie Barroso en HV Ashton. Tijdens de twee andere toppen zal de EU vertegenwoordigd worden door ER-voorzitter Van Rompuy, Commissie-voorzitter Barroso en HV Ashton. Commissaris voor Handel de Gucht zal tijdens de top met Rusland ook aanwezig zijn.
Het centrale thema van de EU- Afrika top is “Investeringen, Economische Groei en Werkgelegenheid”. Doel is om het accent van het strategische partnerschap tussen EU en Afrika te verschuiven naar het versterken van productieve capaciteiten (infrastructuur, duurzame energie, landbouw, bijvoorbeeld). Nederland steunt dit centrale thema. Naast solidariteit horen zelfredzaamheid en wederzijds belang kernbegrippen te zijn in de relatie tussen de EU en Afrika. Conform het regeerakkoord zal Nederland aandacht vragen voor mensenrechten (inclusief het bestrijden van straffeloosheid) en het belang van gezamenlijke maatregelen in de strijd tegen illegale migratie (waaronder de samenwerking op het gebied van Terug- en Overname van illegale migranten).
De Europese Commissie heeft op 10 november een korte mededeling uitgebracht over de relaties tussen de EU en Afrika(“1,5 miljard mensen; 80 landen; twee continenten; een toekomst”). In deze mededeling staat het partnerschap tussen de EU en Afrika centraal, waarbij bijzondere nadruk wordt gelegd op duurzame economische groei. Conform ook de Nederlandse inzet, besteedt de Commissie ook veel aandacht aan gezamenlijke verantwoordelijkheid voor vrede/veiligheid, mensenrechten, klimaat, migratievraagstukken en goed bestuur.
De discussie tijdens de top met Rusland zal zich onder meer richten op de mondiale economische situatie, klimaatverandering, de samenwerking op energieterrein en regionale en internationale onderwerpen, waaronder Georgië. Verder zal naar verwachting worden gesproken over het tijdens de vorige EU-Rusland top overeengekomen Partnership for Modernisation. Het kabinet is van mening dat de EU de top moet aangrijpen om bij Rusland aan te dringen op spoedige toetreding tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Het kabinet verwacht ook dat, evenals bij voorgaande toppen, de mensenrechtensituatie in Rusland wordt besproken, waaronder specifiek de situatie van mensenrechtenverdedigers en journalisten.
Prioritaire onderwerpen op de agenda van de top met India zijn de onderhandelingen over het beoogde EU-India vrijhandelsakkoord en veiligheidsgerelateerde onderwerpen als terrorismebestrijding en piraterijbestrijding. Ook zal met India van gedachten worden gewisseld over regionale kwesties als Afghanistan en Pakistan en over de uitkomsten van de VN klimaatconferentie in Cancún, die dan net achter de rug is. De top met India moet worden benut om de politieke samenwerking tussen de EU en India te versterken met als doel India ertoe te bewegen een actievere en verantwoordelijkere rol te spelen in mondiale kwesties. Nederland zal nadrukkelijk wijzen op de noodzaak van spoedige afronding van een ambitieus vrijhandelsakkoord tussen de EU en India, gezien de grote Nederlandse handelsbelangen die hiermee gemoeid zijn. Conform staand EU-beleid zullen politieke clausules aangaande onder meer mensenrechten en non-proliferatie van massavernietigingswapens in de relatie met India een plek moeten krijgen.
(eventueel) Pakistan
Mogelijk zal ook de situatie in Pakistan aan de orde komen, die is ontstaan na de zware overstromingen eerder dit jaar. Op 14 en 15 november vindt in Islamabad het Pakistan Development Forumplaats, waar de Pakistaanse regering een overzicht van de lopende hulpverlening zal presenteren en een voorschot zal geven op de (herstel)plannen voor economische stabilisatie. Deze plannen zullen in de komende periode nader worden uitgewerkt. Gezien de omvang van de schade is steun van de internationale gemeenschap voor de wederopbouw onontbeerlijk. De ER bevestigde op 16 september jl. de bereidheid van de EU om de handelsvoorwaarden voor Pakistan te verbeteren, bijvoorbeeld door een in de tijd beperkte reductie van importtarieven voor een aantal voor Pakistan belangrijke producten, in overeenstemming met de daarvoor geldende WTO-regels. Mogelijk zullen de ministers tijdens deze Raadsbijeenkomst spreken over de vorm en inhoud van de maatregelen op basis van een voorstel van de Commissie.
Het kabinet geeft de voorkeur aan een ruimhartig pakket van handelspolitieke maatregelen ten gunste van Pakistan, maar benadrukt eveneens dat de Pakistaanse regering serieus werk moet maken van (economische) hervormingen. De EU kan Pakistan hierbij met technische assistentie steunen. Economisch herstel zal bijdragen aan het stabiliteit van het land.
Nederland doet tijdens het Development Forumgeen nieuwe financiële toezeggingen. De regering heeft 14,6 miljoen euro bijgedragen aan humanitaire (nood)hulp. Daarnaast hebben de Samenwerkende Hulporganisaties 27,4 miljoen euro ingezameld voor hulpverlening. Het Nederlandse ontwikkelingssamenwerkingsprogramma voor Pakistan bedraagt ongeveer 30 miljoen euro per jaar, waarbij de nadruk ligt op goed bestuur, water/milieu en onderwijs.
(eventueel) Iran
De ministers zullen mogelijk over Iran spreken, waarbij de nadruk naar verwachting zal liggen op de stand van de onderhandelingen over het Iraanse nucleaire programma en de mensenrechtensituatie.
De HV en de E 3+3 (de vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad en Duitsland) proberen de gesprekken met Iran over het Iraanse nucleaire programma weer op te starten. Iran heeft verschillende signalen afgegeven, maar lijkt in beginsel bereid de onderhandelingen te hervatten. Over de exacte data en de inhoud van de agenda zijn nog geen afspraken gemaakt. Nederland steunt de inspanningen van HV Ashton en de E3+3 om de dialoog met Iran over zijn nucleaire programma weer aan te gaan. Het is aan Iran om de zorgen van de internationale gemeenschap over de nucleaire ambities weg te nemen, en te voldoen aan de relevante VNVR- en IAEA-verplichtingen.
Het kabinet blijft ernstig bezorgd over de mensenrechtensituatie in Iran. Bij zijn kennismakingsbezoek aan HV Ashton op 9 november jl. heeft Minister Rosenthal gezegd dat het kabinet ernaar streeft dat de EU Iraniërs die zich schuldig maken aan grove mensenrechtenschendingen op een Europese zwarte lijst plaatst. Personen op deze lijst zou de toegang tot de Unie ontzegd moeten worden. Ook zouden de tegoeden van deze personen bevroren moeten worden. HV Ashton zegde toe de mogelijkheden hiertoe nader te onderzoeken. Het kabinet zal ook bij andere lidstaten steun zoeken voor de opstelling van een dergelijke lijst door de Europese Unie.
(eventueel) Midden-Oosten Vredesproces
De ministers zullen, afhankelijk van de ontwikkelingen in de regio, mogelijk spreken over de stand van zaken in het Midden-Oosten Vredesproces (MOVP). De aandacht zal naar verwachting uitgaan naar de Amerikaanse inspanningen om de onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen te doen hervatten en naar de rol die de EU hierbij kan spelen.
De ontwikkelingen in de regio bemoeilijken een spoedige hervatting van de directe onderhandelingen. In dit verband hebben de VS en de EU, evenals Nederland, teleurgesteld gereageerd op de Israëlische bekendmaking dat het nieuwe bouwprojecten in Oost-Jeruzalem en op de Westelijke Jordaanoever tot uitvoering wil brengen. Zij hebben aangedrongen op hervatting van de bouwstop in de nederzettingen, inclusief in Oost-Jeruzalem, en riepen partijen op een situatie te creëren die bijdraagt aan spoedige hervatting van de rechtstreekse besprekingen.
Het kabinet steunt de inzet van de VS en pleit ervoor dat de EU nauw samenwerkt met de VS om de partijen weer aan tafel te krijgen. Partijen moeten zich onthouden van eenzijdig optreden waarmee zij vooruitlopen op de uitkomsten van onderhandelingen en de besprekingen in gevaar brengen. Dat geldt ook voor de Palestijnen, bijvoorbeeld als het gaat om het eenzijdig uitroepen van een onafhankelijke staat. Alleen onderhandelingen zullen leiden tot het gewenste resultaat: een tweestatenoplossing, gebaseerd op de grenzen van 1967, met een veilig Israël en een onafhankelijke Palestijnse staat die in vrede naast elkaar bestaan.
Soedan
De Raad zal spreken over de situatie in Soedan, waarbij de nadruk naar verwachting zal liggen op de voorbereidingen op de zelfbeschikkingsreferenda in Zuid-Soedan en de provincie Abyei, alsmede over de popular consultationsin Blue Nile en Zuid-Kordofan.
De EU bereidt zich voor op de verschillende scenario’s die zich kunnen ontvouwen na het referendum in Zuid-Soedan. Vanwege de aanzienlijke kans op afscheiding van Zuid-Soedan richt de EU zich mede op het mogelijk maken van goed nabuurschap en op het creëren van een omgeving waarin een ‘peaceful Sudanese divorce’ zou kunnen plaatsvinden. Een goede afronding van het Comprehensive Peace Agreementdoor concrete afspraken over uitstaande knelpunten -- zoals grensafbakening, welvaartsdeling en controle over natuurlijke hulpbronnen -- is hiervoor cruciaal.De EU levert op verzoek van de Referendum Commissie voor Zuid-Soedan 30 korte- en 30 lange termijn waarnemers die zowel het registratieproces als het referendum zullen waarnemen. Een kernteam van 14 waarnemers is reeds gearriveerd in Soedan. Er is nog geen verzoek om het Abyei referendum waar te nemen, aangezien er nog geen referendumcommissie is benoemd. Nederland levert ook waarnemers aan het EU-team. In een Memorandum of Understandingtussen de Soedanese autoriteiten, de VN en de EU zijn veiligheidsregelingen getroffen teneinde de veiligheid van de waarnemers te waarborgen.
Het kabinet meent dat de EU zich moet blijven inspannen om eraan bij te dragen dat de referenda tijdig, ordelijk en goed georganiseerd kunnen plaatsvinden. Het kabinet zal vragen om een krachtige boodschap van de EU aan de strijdende partijen in Darfur om het voortdurende geweld te stoppen, de humanitaire toegang voor VN en NGO’s te verbeteren en de gedwongen terugkeer tegen te gaan van Darfuri ontheemden naar door de Soedanese regering aangewezen locaties in Darfur. Het kabinet heeft de HV gevraagd haar zorg uit te spreken over de arrestaties van journalisten van radiostation Dabanga, dat vanuit Nederland uitzendingen verzorgt over Darfur en mede door Nederland wordt gefinancierd. De regering zal, met de EU, blijven volgen hoe de Soedanese regering met deze journalisten omgaat.
Irak
De ministers zullen spreken over de politieke situatie in Irak. Mede op initiatief van Nederland zal specifiek stilgestaan worden bij de situatie van christenen in Irak. Dit is mede ingegeven door de aanslag op de Syrisch-Katholieke kerk in Bagdad op 31 oktober jl.
Na maandenlange coalitiebesprekingen is onlangs overeenstemming bereikt over de vorming van een nieuwe regering. Demissionair premier Nuri Al-Maliki zal met steun van een deel van de Iraqhya partij van voormalig premier Allawi, met soennieten en met Koerdische partijen wederom een coalitie gaan leiden. Nederland is verheugd met de vorming van de nieuwe regering in Irak, zodat de nog steeds bijzonder grote problemen waar het land mee kampt, aangepakt kunnen worden. Onder andere voor het beteugelen van het oplaaiende sektarisme is de vorming van de nieuwe regering van groot belang.
Eén van de problemen betreft het explosief toenemende geweld tegen christenen in de laatste weken. De EU veroordeelde in scherpe bewoordingen de onaanvaardbare aanslag op de Syrisch-Katholieke kerk in Bagdad, evenals andere aanslagen. Het kabinet bepleit dat de EU zich blijft inzetten voor het waarborgen van de rechten van religieuze minderheden, waaronder christenen, en voor verbetering van de veiligheidssituatie in Irak.