Verslag jaarvergadering IMF
de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA ’s Gravenhage
Datum 2 november 2010
Betreft Verslag jaarvergadering 2010
Ons kenmerk BFB010-1253M
Geachte voorzitter,
Mede namens de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, zend ik u hierbij het verslag van de vergaderingen van het International Monetary and Financial Committee (IMFC) en het Development Committee (DC), alsmede het verslag van het kiesgroepoverleg. De vergaderingen vonden plaats op 8 en 9 oktober 2010. De schriftelijke interventies die Nederland heeft ingebracht in de vergaderingen zijn bijgevoegd, alsook de communiqués.
In het verslag valt te lezen dat er tijdens de jaarvergadering geen beslissingen zijn gevallen met betrekking tot de IMF governance. Afgelopen weekend (23 oktober) hebben de G20 ministers van Financiën en Centrale Bankdirecteuren wel een akkoord bereikt over een pakket aan governance hervormingen. Deze hervormingen zullen nog worden voorgelegd aan de IMF-leden. In deze brief wil ik u alvast informeren over de belangrijkste uitkomsten van de G20-bijeenkomst op het gebied van IMF governance.
Er is een akkoord bereikt over een verschuiving in quota van meer dan 6% naar ‘dynamic EMDCs’ en ondervertegenwoordigde landen, waarbij het stemrecht van de armste landen beschermd wordt. Deze verschuiving moet effectief worden voor de jaarvergadering in 2012. Bovendien zal de quotaformule vóór januari 2013 herzien worden en de volgende quotaherziening voor januari 2014 plaatsvinden. Nederland komt uit op een quota-aandeel van 1,83%. Alle oververtegenwoordigde landen dragen aan de verschuiving bij en Nederland mag met een quota-uitkomst rond het berekende quota tevreden zijn. Hiermee komt Nederland – als 16e economie van de wereld – uit op de 15de positie in het IMF. Het nieuwe quota-aandeel doet recht aan het economisch gewicht van Nederland in de wereld.
Er is afgesproken de quotamiddelen van het IMF te verdubbelen. Landen dragen daar naar rato van hun nieuwe quotagewicht aan bij. Voor Nederland zal dit betekenen dat het ongeveer SDR 3,5 miljard extra beschikbaar moet hebben via De Nederlandsche Bank voor het IMF. Daar staat echter tegenover dat als deze quotaverhoging effectief wordt het noodfonds van het IMF (dat beschikbaar is voor het geval dat de quotamiddelen niet toereikend zijn) naar beneden wordt gebracht.
De Europese Unie heeft bij de jaarvergadering aangeboden twee zetels in te leveren ten gunste van opkomende landen. In Korea is bevestigd dat twee zetels zullen worden ingeleverd, overigens door geheel Europa. Dit is in lijn met de gewijzigde verhoudingen in de wereldeconomie, waarbij snel groeiende economieën als China, India en Brazilië, maar ook bijvoorbeeld Turkije en Mexico, een grotere stem in het IMF krijgen. Dat is goed voor de legitimiteit van het IMF als mondiale instelling.
Er zijn geen concrete afspraken gemaakt over hoe Europa de zetelreductie zal realiseren. Dat is een Europese zaak en daar zal in de komende tijd binnen Europa over worden gesproken. De nieuwe samenstelling van de Board zal effectief worden als de quotahervorming geratificeerd is. De ervaring leert dat ratificatie door de nationale parlementen van de lidstaten zo’n twee jaar zal vergen.
Wat de consequenties voor de Nederlandse kiesgroep zullen zijn, hangt af van deze nadere besprekingen. Het is belangrijk dat veranderende wereldverhoudingen tot uiting komen in het IMF en Nederland zal daarin ook haar verantwoordelijkheid nemen. Nederland zal echter als 16e economie en vooraanstaand financier van het IMF adequaat vertegenwoordigd moeten blijven. Dit is niet alleen in het belang van Nederland maar ook van het IMF zelf, dat immers afhankelijk is van de steun van haar lidstaten, groot en klein.
Gekoppeld aan de verandering in de samenstelling, zijn er nog een aantal aanpassingen afgesproken in het kader van de kiesgroepvorming. Het wordt mogelijk voor kiesgroepen die uit meerdere landen bestaan om een tweede plaatsvervangende bewindvoerder aan te stellen. Bovendien worden op termijn de ‘appointed chairs’ - de regel dat de vijf landen met het hoogste quota een bewindvoerder benoemen en geen kiesgroep kunnen vormen - afgeschaft. Tot slot is afgesproken elke 8 jaar een evaluatie en eventuele herziening van de samenstelling van de board uit te voeren.
Hoogachtend,
de minister van Financiën,
Mr. drs. J.C. de Jager