Nederland wil transparantie in zuivelsector
De Europese ministers van landbouw vergaderden op maandag 28 september over de teelt genetisch gemodificeerde landbouwgewassen in de lidstaten en over plannen voor het verbeteren en stabiliseren van de melkmarkt.
De voorzitter van de Europese landbouwministerraad (België) heeft conclusies getrokken uit de voorstellen van de werkgroep die zich het afgelopen jaar heeft gebogen over de zuivelmarkt. De werkgroep stelt onder andere voor dat producenten en verwerkers contracten kunnen sluiten over afzet en prijs, dat groepen producenten zich mogen verenigen om afspraken te maken met verwerkers. Tenslotte stelt de werkgroep een beperkt vangnet voor als de prijs van de melk weer heel erg laag wordt en dat er meer transparantie komt in de melksector.
Nederland steunt zuivelplannen, maar wil meer quota en geen verruiming van mededingingsregels
De voorzitter vindt dat verdergaand onderzoek naar een aparte positie van de zuivelsector in het mededingingsrecht nodig is. Nederland vindt dat Europa moet streven naar een vrije marktwerking ter bescherming van de consument tegen prijsafspraken door producenten. Daarbij hoort dat er zo min mogelijk uitzonderingen moeten zijn voor verschillende sectoren. Er zijn volgens Nederland mogelijkheden genoeg om binnen de bestaande regels een goede zuivelsector op te bouwen met stabielere prijzen.
Daarnaast heeft Nederland nog steeds behoefte aan een groter melkquotum. Nederlandse boeren doen het goed en er is een stijgende vraag naar melk. Nederland vraagt al enige tijd om verruiming van het quotum zodat Nederland geen boete krijgt voor boven het quotum geproduceerde melk. Dat gegeven stond niet in de conclusies die de Raad van Europese Landbouwministers trekt, en Nederland is het daarmee niet eens. Het zou Nederlandse melkboeren veel geld opleveren als ze meer mogen melken.
In november of december komt de Europese Commissie met voorstellen voor wetgeving op het gebied van zuivel.
Toelating teelt van genetisch gemodificeerde gewassen
De ministers hebben uitgebreid gediscussieerd over de toelating van teelt van genetisch gemodificeerde gewassen in de lidstaten van de Europese Unie. Op dit moment is het zo dat lidstaten producten van gengewassen én de teelt van gengewassen moeten toestaan als de Europese Voedsel en Warenautoriteit (EFSA) ze heeft goedgekeurd en dus veilig zijn voor mens, dier en milieu.
Op voorstel van Nederland heeft de Europese Commissie een voorstel geschreven waarin dit in twee delen wordt gesplitst. Als de EFSA een gengewas goedkeurt, mag het product worden gebruikt in alle lidstaten. Lidstaten mogen echter zelf beslissen of de teelt van die gewassen op hun grondgebied is toegestaan. De discussie tussen de ministers ging vooral over de voorwaarden waaronder de teelt dan mag geschieden en welke argumenten lidstaten mogen gebruiken om de teelt al dan niet toe te laten.
Minister Verburg erkende dat de voorstellen niet bij alle lidstaten met gejuich zijn ontvangen, maar heeft goede hoop dat het voorstel uiteindelijk wel wordt goedgekeurd. Ook vindt ze het goed dat de juridische dienst van de Europese Commissie alle juridische haken en ogen goed gaat gekijken. De Milieuraad in oktober zal ook over dit onderwerp praten. Daarna zal de Europese Commissie het voorstel aanpassen en opnieuw bij de ministers voorleggen.