Kabinet wil cassatierechtspraak versterken
De Hoge Raad gaat cassatieberoepen sneller afdoen als blijkt dat ze geen kans van slagen hebben of van een te gering belang zijn om een nieuwe behandeling in cassatie te rechtvaardigen. Ook komen er kwaliteitseisen voor advocaten die als procesvertegenwoordiger optreden bij de Hoge Raad. De ministerraad heeft ingestemd met een daartoe strekkend wetsvoorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie.
De maatregelen zijn nodig omdat de Hoge Raad de afgelopen jaren te maken kreeg met een stijging van het aantal cassatieberoepen waardoor de kerntaken onder druk kwamen te staan. Soms liep de kwaliteit van de cassatieberoepen terug en leenden deze zich niet voor een beoordeling in cassatie of voldeden niet aan de daaraan gestelde wettelijke eisen. Het wetsvoorstel versterkt de cassatierechtspraak en stelt de Hoge Raad beter in staat zich te concentreren op zijn kerntaken als hoogste nationale rechter in civiele zaken, strafzaken en belastingzaken.
Het voordeel van een vroege selectie van cassatieberoepen is dat partijen in zaken waarin de Hoge Raad een niet-ontvankelijkheid uitspreekt, veel sneller dan nu het geval is, tegen veel lagere kosten een einduitspraak in hun geschil hebben. Ook kan een partij zijn wederpartij in een verder cassatie-technisch kansloze zaak niet langer op hoge kosten jagen doordat deze - tegen beter weten in - blijft procederen.
De Nederlandse Orde van Advocaten stelt de regels van vakbekwaamheid op voor advocaten die willen procederen bij de Hoge Raad. Deze eisen gelden voor alle in Nederland ingeschreven advocaten, ongeacht de plaats waar zij kantoor houden. Dit betekent dat niet langer in civiele zaken uitsluitend advocaten in het arrondissement Den Haag mogen procederen bij de Hoge Raad. Kwaliteitseisen bevorderen dat enkel kwalitatief goed voorbereide zaken worden voorgelegd. Kansloze zaken worden er door de advocatuur zelf al uitgezeefd.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.