Rapport omgangsvormen Defensieopleidingen aangeboden

Het onderzoek naar omgangsvormen op opleidingsinstituten van Defensie, dat minister van Defensie Eimert van Middelkoop op verzoek van de Tweede Kamer heeft laten doen, is afgerond. Het uitkomen van het rapport valt samen met recente berichtgeving over incidenten op de Nederlandse Defensie Academie. De minister heeft bij het aanbieden van het rapport aan de Kamer ook een reactie gegeven op deze incidenten.

Het onderzoek van bureau Blauw Research is uitgevoerd op de Wachtmeesteropleiding van het Landelijk Opleidingscentrum van de Koninklijke Marechaussee, het Opleidingscentrum Initiële Opleidingen en de Koninklijke Militaire School van de Koninklijke Landmacht, de Koninklijke Militaire Academie en het Koninklijk Instituut voor de Marine van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA) en de Eerste Maritiem Militaire Vorming van de Koninklijke Marine.

Bevindingen

Het rapport stelt vast dat de omgangsvormen en de sfeer bij de onderzochte opleidingsinstituten in algemene zin overwegend positief zijn. Het onderzoek wijst echter ook uit dat de specifieke kenmerken en de cultuur ongewenst gedrag in de hand kunnen werken, in het bijzonder bij de initiële officiersopleidingen van de NLDA.

Minister Van Middelkoop vindt de bevindingen op dit punt aanleiding om nadere, gerichte maatregelen te nemen. De omstandigheden die ongewenst gedrag op de opleidingsinstituten van Defensie in de hand werken, worden aangepakt, en de regels die Defensie aan gedrag stelt, zullen daar beter worden gehandhaafd. De minister noemt de maatregelen een investering in de leerlingen en de opleidingen, die zich in de toekomst zal terugbetalen wanneer leerlingen zelf leidinggevenden zijn.

Alert

Minister Van Middelkoop benadrukt dat de incidenten op de NLDA die recent in het nieuws zijn geweest de noodzaak onderstrepen om op alle niveaus in de defensieorganisatie alert te blijven op ongewenst gedrag en integriteitschendingen. Hij constateert dat leidinggevenden hebben opgetreden bij die incidenten waarbij aan Defensie is gemeld om wie het gaat. Dat gebeurde conform de interne klachtenprocedure over ongewenst gedrag of, in geval van een aangifte, in samenwerking met de Koninklijke Marechaussee.

Preventie

Tegelijkertijd constateert de minister dat het in deze gevallen heeft ontbroken aan aandacht voor de gevolgen van ongewenst gedrag voor het verdere functioneren van het slachtoffer in zijn werkomgeving en loopbaan. Juist in de wetenschap dat ongewenst gedrag niet volledig is uit te sluiten, zal de aandacht nadrukkelijker moeten worden gericht op de preventie van ongewenst gedrag en op de wijze waarop de opleidingen daarmee in voorkomend geval omgaan. Slachtoffers van ongewenst gedrag moeten zich gesteund weten door de organisatie waarvan zij deel uitmaken.