Douane: Tariefindeling scootmobielen niet aan Hoge Raad voorgelegd
De staatssecretaris licht toe waarom hij zijn cassatieberoep tegen de tariefindeling van de scootmobielen intrekt. Indeling moet volgens het hof plaatsvinden in post 8713 en niet in post 8703, zoals de inspecteur voorstond.X Corp, gevestigd in de VS, dient een aanvraag in voor een bindende tariefindeling (BTI) voor 25 verschillende scootmobielen. Het betreft nieuwe voertuigen met drie of vier wielen, vervaardigd uit een stalen frame, die een 24-volt permanente magneet-motor bevatten, gevoed door twee 12-volt batterijen. De maximale snelheid varieert van 6,5 tot 13 km per uur. X verzoekt om indeling in post 8713 90 00. Alle voertuigen worden door de inspecteur echter ingedeeld in post 8703 10 18. In geschil is in welke van genoemde posten de scootmobielen moeten worden ingedeeld.
Hof Amsterdam oordeelt, anders dan de rechtbank, dat de scootmobielen in post 8713 moeten worden ingedeeld. Uit de omschrijving en het algemeen taalgebruik volgt dat de scootmobielen de objectieve eigenschap hebben om speciaal te worden gebruikt door invaliden. De term 'invalidenwagens' wordt niet in post 8703 gebruikt, maar komt wél met zoveel woorden voor in de aanhef van post 8713. Dit woordgebruik van deze post is wettelijk bepalend. Toelichtingen en indelingsadviezen zijn volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie, de Hoge Raad en de Douanekamer waardevolle hulpmiddelen, zij kunnen echter de bewoordingen van een post niet terzijde stellen.
De minister heeft zijn beroep in cassatie ingetrokken en geeft een toelichting, zie onderstaande doorklik
Intrekking cassatieberoep staatssecretaris van 8 juli 2008, nr. DGB 2008-2954, n.a.v. uitspraak Hof Amsterdam van 18 april 2008, 2006/00079, Cdw 4 en Vo 2658/87