Intrekking machtiging begeleid verlof Cevdet Y. onterecht
De beroepscommissie uit de Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming (RSJ) heeft op 12 juli 2010 uitspraak gedaan op het beroep van Cevdet Y. tegen de beslissing van de Staatssecretaris van Justitie van 27 november 2009 tot intrekking van de machtiging tot begeleid verlof. De beroepscommissie heeft het beroep gegrond verklaard en de beslissing van de Staatssecretaris vernietigd.
Cevdet Y. is op 14 oktober 1984 door het Gerechtshof te Den Haag veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor het doodschieten van zes mensen in café ‘Het Koetsiertje’ te Delft. Op 31 augustus 2001 is Cevdet Y. op verzoek van de Minister van Justitie overgeplaatst van een gevangenis naar een tbs-inrichting voor het ondergaan van een klinische behandeling. Het verlenen van verlof is een vast onderdeel van de behandeling. In het kader van deze behandeling heeft de Minister van Justitie op 13 september 2002 een machtiging verleend voor begeleid verlof. Op 27 november 2009 heeft de Staatssecretaris van Justitie de machtiging ingetrokken op grond van de bevindingen van het slachtofferonderzoek van 16 oktober 2009. Het misdrijf uit 1983 blijkt nog steeds hevige emotionele reacties bij de slachtoffers en nabestaanden op te roepen.
Intrekking van de verlofmachtiging is mogelijk indien feiten en omstandigheden bekend worden waardoor, indien deze ten tijde van het verlenen van de machtiging bekend waren geweest, de machtiging niet of niet in deze vorm zou zijn verleend.
De beroepscommissie meent dat het de Minister ook in 2001 bekend moet kunnen zijn geweest dat het verlenen van verlof aan Cevdet Y. tot hevige reacties van de slachtoffers en nabestaanden zou kunnen leiden. De beroepscommissie leidt dit af uit een verslag van 9 juli 2001 van een overleg tussen vertegenwoordigers van het ministerie van Justitie, tbs-kliniek Dr. Henri van der Hoevenkliniek en de advocaat van Cevdet Y. De beroepscommissie acht tevens van belang dat het sindsdien door Cevdet Y. genoten begeleid verlof zonder enig incident is verlopen en van een ongewenste confrontatie met de slachtoffers en nabestaanden op geen enkele wijze sprake is geweest.
De uitspraak van de beroepscommissie heeft tot gevolg dat de Dr. Henri van der Hoevenkliniek door mag gaan met het toekennen van begeleide verloven als onderdeel van de klinische behandeling van Cevdet Y.