Wijziging Wet voorkeursrecht gemeenten en nieuw Besluit voorkeursrecht gemeenten per 1 juli in werking
De Wet tot wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten is aangenomen en het Besluit voorkeursrecht gemeenten 2010 is gereed en bekendgemaakt. Bij Koninklijk Besluit dat op 30 juni in de Staatscourant is verschenen wordt nu in de inwerkingtreding voorzien. Belangrijke verbeteringen van wet en besluit treden per 1 juli 2010 in werking.
De Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) geeft gemeenten, provincies en het Rijk bij het uitvoeren van hun ruimtelijk beleid een betere uitgangspositie op de grondmarkt. Deze overheden kunnen dan als eerste reageren op een aanbod tot verkoop van gronden.
De modernisering en vereenvoudiging van de uit 1981 stammende Wet voorkeursrecht gemeenten vond in twee stappen plaats. In de Invoeringswet Wro, die op 1 juli 2008 in werking trad, werd de Wvg aangepast aan de planvormen uit de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro). Daarnaast hebben het Rijk en de provincies eveneens de voorkeursrechtbevoegdheid gekregen. Ook is de procedure tot aanwijzing van gronden voor een voorkeursrecht sterk vereenvoudigd. Dat heeft geleid tot een aanzienlijke lastenverlichting voor gemeenten.
In de Wet tot wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Stb 2010, 155) waarmee de beide kamers dit voorjaar instemden zijn de resterende verbeteringen en vereenvoudigingen opgenomen die op 1 juli in werking treden:
- Een vereenvoudiging van de aanbiedingsprocedure en rechterlijke procedures. Dit leidt tot snellere procedures en meer procesregie voor de rechter;
- De ontheffingbevoegdheid van Gedeputeerde Staten is vervangen door een ontheffingsbevoegdheid voor het College van Burgemeester en Wethouders. Dit sluit beter aan bij de praktijk;
- Overige wijzigingen die de werking van de wet in de praktijk zullen verbeteren;
- Aanpassing aan de wetswijziging en opschoning door middel van een nieuw Besluit voorkeursrecht gemeenten 2010.
De vernieuwde regeling van bekendmaking en inwerkingtreding van voorkeursrechten die ook onderdeel uitmaakt van de wetswijziging treedt later in werking. Eerst zullen, de uitkomsten van de hiermee samenhangende evaluatie van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken worden afgewacht. De minister van VROM heeft dit toegezegd aan de Tweede Kamer. Die evaluatie kan aanleiding geven deze regeling nog verder te verbeteren. Daarmee kan de kenbaarheid van geldende voorkeursrechten worden geoptimaliseerd en de lasten voor notariaat en gemeenten verder worden verlicht.