Aanvullend onderzoek Politie Gelderland-Midden, Eindrapport commissie-Havermans
In het najaar van 2006 mandateerde de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) de Commissaris van de Koningin in Gelderland, de heer Cornielje, om een onderzoek te doen naar een aantal vermoede integriteitschendingen in het politiekorps Gelderland-Midden. De aanleiding tot deze vraag was het onderzoek van de onafhankelijke onderzoekscommissie ‘Klachtenafhandeling Gelderland-Midden’ onder leiding van mevrouw Tragter-Schubert (verder te noemen de commissie-Tragter).
Gezien de ernst van de aantijgingen in het eindrapport van deze commissie vroeg de Regionale Beheersdriehoek van het politiekorps Gelderland-Midden de minister van BZK opdracht te geven een vervolgonderzoek te laten uitvoeren. De minister gaf daaraan gevolg. Naar aanleiding van dit verzoek is de commissie-Cornielje geformeerd die in het voorjaar van 2007 haar eindrapport presenteerde.
De centrale aanleiding voor bijgaand onderzoek wordt gevormd door de vraag van de minister aan de commissie-Havermans. De vraag van de minister aan de commissie-Havermans luidt als volgt:
'Geeft de informatie uit het niet-openbare NPB-rapport naar de werkwijze van de commissie-Cornielje die het eindrapport „Feitelijk-heden' heeft opgeleverd, aanleiding de hierin gestelde conclusies te heroverwegen?'
Bijlagen
-
Politie Gelderland-Midden nam destijds verkeerde beslissingen over huisvesting
Over de onderwerpen waarover Cornielje in 2007 rapporteerde, trekt de commissie-Havermans geen andere conclusies dan Cornielje....
-
Brief aan de Tweede Kamer over eindrapport van de commissie Havermans over het korps Gelderland-Midden
In september 2009 verzocht de vaste kamercommissie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, kenmerk 2009Z16623/D44504, te...