Nieuw instrument internationale bescherming trekvogels
Tijdens een internationaal symposium ter gelegenheid van de vijftiende verjaardag van de African-Eurasian Migratory Waterbird Agreement (AEWA) in Den Haag is een nieuw instrument gepresenteerd om trekvogels beter te kunnen monitoren en beschermen, het Critical Site Network (CSN).
Tevens is een verklaring aangenomen met de prioriteiten voor de komende jaren. Eén van de speerpunten is het ongedaan maken van het verlies aan geschikt leefgebied voor watervogels langs hun trekroutes van Siberië naar Afrika. Dit kan alleen in combinatie met bestrijding van armoede en honger succesvol worden aangepakt. Een efficiënte landbouw kan een belangrijke bijdrage leveren aan met verminderen van de jacht op migrerende vogels, in delen van Afrika soms een noodzakelijk onderdeel van het dieet. Daarnaast blijft het van belang leefgebieden van vogels te beschermen, in Nederland en elders langs de trekroutes.
Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) was gastheer van de jubileumbijeenkomst AEWA die plaatshad op 14 en 15 juni in Den Haag. De internationale VN-verdragsorganisatie is vijftien jaar geleden opgericht, mede op initiatief van de Nederlandse overheid, 62 landen zijn hierbij aangesloten. Veel niet-gouvernementele organisaties werken mee om de ambities van AEWA te verwezenlijken.
Bescherming van trekvogels is een internationaal probleem. Broed- en overwinterplaatsen zijn vaak over diverse landen (en continenten) verspreid. "Onze broedvogels genieten gastvrijheid in Afrika, maar wij bieden zelf weer gastvrijheid aan vogels tot uit Siberië. En ook binnen al deze regio's verplaatsen vogels zich zonder hun continent te verlaten. En het mooie van AEWA is dat dit alles door het verdrag gedekt wordt", aldus de Secretaris- Generaal van LNV André van der Zande tijdens de opening van de jubileumbijeenkomst.
Het Critical Site Network (CSN) is een nieuwe database waarin (tot nu verbrokkelde) informatie over broed- en pleisterplaatsen, trekroutes en populaties is verzameld. Tweehonderd experts uit honderd landen werkten aan het CSN. Op dit moment bevat de database informatie over 294 soorten trekvogels en 3020 locaties die van belang zijn voor deze vogels. Hiermee kunnen experts beter vaststellen welke gebieden en soorten meer bescherming nodig hebben.