Ministerraad brengt duidelijkheid over NAVO-verzoek

De ministerraad heeft de onduidelijkheid besproken die in de media is ontstaan over de aanleiding van het verzoek van de NAVO aan Nederland betreffende een andere, nieuwe missie in Uruzgan.

Er is vastgesteld dat gedurende met name de laatste vier maanden intensief en veelvuldig overleg heeft plaatsgevonden over Afghanistan tussen de zes meest betrokken bewindslieden waarbij is gesproken over opties en mogelijkheden voor een eventuele Nederlandse bijdrage in Afghanistan na afloop van de huidige missie in Uruzgan. De gesprekken waren inventariserend en onderzoekend van aard. Daarbij is geen enkele commitering aangegaan of vooruitgelopen op een Nederlands kabinetsbesluit.

Op basis van deze besprekingen is contact onderhouden met de NAVO teneinde een beeld te krijgen van de prioriteiten en posterioriteiten van de NAVO stabilisatiemissie ISAF, en van de mate waarin eventueel door Nederland te stellen randvoorwaarden voor bepaalde opties zouden kunnen worden vervuld. Minister Verhagen (Buitenlandse Zaken) heeft in goed overleg met de betrokken bewindslieden contact onderhouden met de Secretaris-Generaal. Deze heeft in het licht van die contacten het inmiddels bekendgemaakte verzoek aan Nederland gericht.

Zoals in de kennisgevingsbrief van 9 februari vermeld, onderzoekt de regering thans de mogelijkheid en wenselijkheid van de door de NAVO verzochte missie in Uruzgan, evenals die van andere opties.