Kamerbrief inzake Wetgevings- en werkprogramma van de Europese Commissie 2009
Het doet mij genoegen u hierbij aan te kunnen bieden de kabinetsreactie op het wetgevings- en werkprogramma 2009 van de Europese Commissie.
In de kabinetsreactie en de bijbehorende annex wordt als vorig jaar een appreciatie gegeven van de strategische oriëntatie van het wetgevings- en werkprogramma van de Commissie.
De geselecteerde initiatieven zijn onderverdeeld in twee lijsten: een Lijst A met een twaalftal initiatieven, die voor Nederland mogelijk van groot belang zullen zijn (vanwege bijvoorbeeld politieke en/of maatschappelijk belang, relatief grote financiële gevolgen, complexiteit van implementatie) en een Lijst B met een dertiental initiatieven die thans weliswaar niet tot absolute prioriteit bestempeld worden, maar die niettemin om verschillende redenen speciale aandacht verdienen. Op deze lijsten zijn ook (lopende) initiatieven opgenomen, die niet zijn genoemd in het Commissie programma voor 2009, maar door het kabinet voor Nederland wel van belang worden geacht.
Onderstreept dient te worden dat het om een eerste appreciatie en selectie gaat, merendeels gebaseerd op vrij summiere informatie van de Commissie. De afzonderlijke appreciaties van de initiatieven van zowel Lijst A als Lijst B, waarbij overigens waar relevant en mogelijk, ook maatschappelijke actoren betrokken zijn geweest, hebben een voorlopig karakter. In de loop van 2009 zullen de contouren van de te verwachten Commissievoorstellen scherper worden en zullen de eerste oordelen aangevuld of gewijzigd kunnen worden. Voorts kan opgemerkt worden dat de aangekondigde initiatieven die niet werden geselecteerd voor opname in deze appreciatie, uiteraard niet uit het vizier van het kabinet verdwijnen. Nederland zal ook bij de verdere vormgeving en uiteindelijke bespreking van deze initiatieven een actieve rol wensen te spelen.
Het kabinet ziet uit naar het notaoverleg op 15 december aanstaande om met uw Kamer van gedachten te wisselen over het wetgevings- en werkprogramma van de Europese Commissie en de kabinetsreactie.
De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
F.C.G.M. Timmermans