Kamerbrief inzake Nederlandse bijdrage aan de militaire operatie van de EU in Tsjaad en de Centraal Afrikaanse Republiek (EUFOR Tchad/RCA)

In vervolg op het AO van 25 maart jl. over het besluit van de regering deel te nemen voor 10 maanden aan de militaire operatie van de EU in Tsjaad en de Centraal Afrikaanse Republiek (EUFOR Tchad/RCA) informeert de regering u als volgt nader.

Onpartijdigheid van de missie

Wij zijn ons ervan bewust dat de onpartijdigheid van EUFOR essentieel is voor het welslagen van deze missie. Dit betekent dat de missie onpartijdig dient te zijn en zo moet worden gezien door alle partijen in de conflicten in Tsjaad en de CAR en juist ook als zodanig door de bevolking moet worden ervaren. Daarom zal EUFOR een duidelijk onderscheid handhaven met de Franse bilaterale militaire aanwezigheid in beide landen.

Tijdens het Algemeen Overleg merkten wij op dat de minister van Buitenlandse Zaken bij diverse gelegenheden aandacht heeft gevraagd voor deze kwestie, bilateraal zowel als in de RAZEB. Daarbij is gebleken dat Frankrijk zich ten zeerste bewust is van het belang van de noodzaak het onpartijdige, multinationale en onafhankelijke karakter van deze missie te waarborgen. Het feit dat Frankrijk 1850 manschappen levert voor EUFOR en zich onderwerpt aan EU-commandostructuren is naar ons oordeel een goede illustratie van dit bewustzijn. Daarnaast nemen nog 13 andere EU-landen deel aan de missie die onder leiding staat van een Ierse commandant.

De regering zal zich ook na de ontplooiing van EUFOR ten volle bewust blijven van de noodzaak de onpartijdigheid te handhaven. In de RAZEB zal de regering daarvoor telkens de aandacht blijven vragen, zoals de regering dat tot op heden ook heeft gedaan. Ook in bilaterale contacten met Frankrijk zal Nederland dit punt met klem blijven uitdragen. Daarbij zal de regering aandacht geven aan de wijze waarop EU-lidstaten communiceren over de missie en de noodzaak daarbij eenduidig het mandaat en de onpartijdigheid uit te dragen.

Tijdens de duur van de EUFOR-missie zal Frankrijk de sinds 1986 lopende operatie Epervier voortzetten. Hierbij bestaat geen risico op verwarring of vermenging met EUFOR, en als op enige manier blijkt dat dat toch het geval is, zullen adequate maatregelen worden genomen. Zowel uniformen als voertuigen van EUFOR zullen zich kenmerkend onderscheiden van die van Epervier. Deze operatie speelt zich bovendien af op vele honderden kilometers afstand van het operatiegebied van EUFOR. Ook heeft Epervier geen operationele opdracht in het operatiegebied van EUFOR.

Tot slot zal de onpartijdigheid van de missie in een informatiecampagne onder de bevolking worden benadrukt. Via deze campagne zal het informatiebereik vergroot worden, zullen geruchten worden tegengegaan en zal de bekendheid van de doelstelling van de missie bij de bevolking en de vluchtelingen worden vergroot. Naast de informatiecampagne zullen de acties van EUFOR bepalend zijn voor de perceptie van onpartijdigheid.

Mandaat

Een ander belangrijk aspect van onpartijdigheid betreft de rol van EUFOR vis- à-vis de gewapende groeperingen en de strijdkrachten van Tsjaad en de CAR. EUFOR heeft een duidelijk omschreven mandaat: bescherming van vluchtelingen, hulpverleners en VN-personeel. EUFOR zal dit mandaat nauwgezet moeten handhaven. Op grond van haar mandaat en de Rules of Engagement zal EUFOR niet aarzelen in voorkomend geval proportioneel geweld toe te passen om vluchtelingen, ontheemden, burgers, VN-medewerkers en humanitaire hulporganisaties die worden aangevallen te beschermen. Het valt niet binnen het mandaat van EUFOR om zich te mengen in het conflict tussen de regering van Tsjaad en de rebellen. Op basis van de kwaliteit van de strijdkrachten en de ter beschikking staande inlichtingen afkomstig van de EU en haar lidstaten, zal het onderscheid gemaakt kunnen worden dat bepalend is voor de wijze van optreden, zodat adequaat gereageerd kan worden op alle situaties, inclusief eventuele provocaties. De regering is zich ervan bewust dat er een risico is dat EUFOR betrokken raakt bij het conflict en zet zich er dan ook voor in om dit te voorkomen. De onafhankelijkheid van de inlichtingen is daarbij belangrijk. Juist de inzet van Nederlandse verkenners kan aan de onafhankelijke vergaring van inlichtingen een bijdrage leveren.

Politiek proces

EUFOR Tchad/RCA is de grootste militaire operatie van de EU tot nu toe. Een besluit van de EU tot een operatie als deze schept de verantwoordelijkheid voor lidstaten om hieraan een bijdrage te leveren. Het kabinet acht dergelijke bijdragen nodig voor de verdere ontwikkeling van een Europees Veiligheids en Defensiebeleid en om de Europese Unie ook op dit terrein met één stem te laten spreken.

Vanzelfsprekend is het van belang om vanuit de EU ten aanzien van Tsjaad een geïntegreerd (3-D) beleid te voeren. Dat wil zeggen dat naast de humanitaire inspanningen en de inzet van EUFOR er nadrukkelijk aandacht besteed moet worden aan het politieke proces. Alleen zo kan een structurele oplossing voor de problemen in Tsjaad gevonden worden.

De EU heeft sinds de verkiezingen van 2006 al een belangrijke rol gespeeld bij het tot stand komen van de dialoog tussen regering en oppositie. Laatstelijk heeft de EU op 18 februari 2008 opgeroepen tot een politieke dialoog tussen de partijen. Ook heeft de EU sinds de presidentsverkiezingen van 2006 verscheidene malen een EU-trojka missie naar Tsjaad gestuurd om het politieke proces in Tsjaad te ondersteunen. Daarnaast zijn de Hoge Vertegenwoordiger van de EU Solana en zijn gezant Brylle in constante dialoog met de Tsjadische autoriteiten. Verder vindt onder het Verdrag van Cotonou een politieke dialoog plaats tussen Tsjaad en de EU. Door al deze inspanningen is de mogelijkheid voor het opstarten van een politiek proces groter.

De EU heeft het afgelopen jaar een belangrijke rol gespeeld bij het tot stand komen van het politieke akkoord tussen president Déby en de oppositie op 13 augustus 2007. Dit akkoord ziet toe op het politieke proces in de aanloop naar de verkiezingen van 2009. De EU ondersteunt de nationale dialoog met de oppositie en onderhoudt met name via haar lokale vertegenwoordigingen, inclusief de delegatie van de Europese Commissie, veelvuldig contact met regering en president om druk uit te oefenen op vreedzame oplossingen voor het conflict. Juist omdat de EU-lidstaten, behoudens Frankrijk en Duitsland, slechts beperkte bilaterale mogelijkheden hebben in Tsjaad en de CAR, is voor een inzet door de EU gekozen en niet zozeer voor een extra nationale bilaterale inzet.

Naast de militaire inzet via EUFOR en de EU-diplomatieke inzet in het binnenlandse politieke proces, zal de EU-inzet tevens plaatsvinden op het ‘ Development’ deel van de 3-D benadering. Onder het tiende Europese Ontwikkelingsfonds (2008-2013) is een bedrag van €311 mln. beschikbaar voor Tsjaad en €142,8 mln. voor de CAR. Nederland zal hieraan bijdragen met 15 mln. euro voor Tsjaad en ca. 7 mln. euro voor de CAR. Op deze wijze ondersteunt Nederland via de EU een geïntegreerde benadering van het politieke proces.

Gevangenen

Het is noch verwachtbaar, noch het oogmerk dat de Nederlandse mariniers, die verkenningstaken uitvoeren, te maken zullen krijgen met gevangennemingen. Dat ligt anders voor EUFOR in het algemeen. De regering wil dat er een goede regeling voor de behandeling en overdracht van gevangenen tot stand komt, vergelijkbaar met de bestaande afspraken in het kader van de Nederlandse ISAF bijdrage. Wij zullen hierover spoedig afspraken maken met Ierland en de overige EU-partners binnen EUFOR, met de regering van Tsjaad. De regering zal conform de toezegging gedaan tijdens het Algemeen Overleg de Kamer informeren over de te maken afspraken over gevangennemingen en overdracht van gevangenen aan de Tsjadische regering.

Solidariteit

In NAVO en EU geldt dat met meer succes een beroep op solidariteit van partners gedaan kan worden door Nederland, als Nederland solidariteit jegens de partners toont. Als lid van de NAVO en de EU kan Nederland met meer recht een beroep doen op partners en bondgenoten wanneer het zelf ook zijn aandeel levert aan de crisisbeheersingsmissies van beide organisaties. De Nederlandse bijdrage aan de NAVO-inzet in Afghanistan en de EU operatie in Tsjaad-CAR moet mede in die context worden gezien. Met zijn bijdrage aan beide missies voegt Nederland de daad bij het woord wat betreft deze solidariteit. Andere partners en bondgenoten doen dat ook. Gisteren, 26 maart, heeft de Franse president in Londen bijvoorbeeld toegezegd dat Frankrijk meer troepen zal inzetten in Afghanistan.

Luchttransport

Momenteel kan de veldcommandant van EUFOR Tchad/RCA over zeven transporthelikopters en twee transportvliegtuigen beschikken. Deze capaciteit wordt gedurende de operatie voor kortere perioden aangevuld met C-130 transportvliegtuigen van verschillende landen, waaronder Nederland. De operatiecommandant heeft laten weten met deze capaciteit de missie te kunnen ontplooien. Hoewel kan worden geconstateerd dat ten behoeve van de ontplooiingsfase afdoende is voorzien in luchttransport, blijft de EU zich inzetten om ook in de resterende behoefte aan transporthelikopters te voorzien. Hoewel geen garantie kan worden gegeven, vertrouwen wij erop dat de huidige eventuele aanvullende wensen worden ingevuld, bijvoorbeeld uit Rusland. Na de ontplooiing zal de behoefte aan luchttransport voor de Nederlandse verkenningseenheid beperkt zijn.

Luchtsteun

Voor luchtsteun beschikt de EU-operatie permanent over twee gevechtsvliegtuigen en twee gevechtshelikopters. Dit wordt door de operationele commandant afdoende geacht om de grondtroepen van EUFOR Tchad/RCA bij te staan. In het onwaarschijnlijke geval dat meerdere eenheden gelijktijdig een beroep doen op luchtsteun en de veldcommandant hier met de beschikbare capaciteit niet in kan voorzien, kan een beroep worden gedaan op additionele in Tsjaad aanwezige Mirages van Frankrijk.

De Minister van Buitenlandse ZakenDe Minister van Defensie

…………………………

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking

…….