Kamerbrief inzake het amendement van Van der Staaij cs. (31 200V, nr.19) over humanitaire hulp in Irak
Onder verwijzing naar mijn brief van 29 februari 2008 (Kamerstuk 23432 nr. 248) betreffende de situatie in Irak en de uitvoering van moties en amendementen, informeer ik u graag nader over de uitvoering van het amendement Van der Staaij cs. (31 200 V, nr. 19). Conform het amendement zal met € 6 miljoen een impuls worden gegeven aan de noodzakelijke versterking van de humanitaire hulpverlening aan Irakese vluchtelingen in met name Noord-Irak. Besloten is € 4 miljoen bij te dragen aan het appeal van UNICEF, via het programma IMPACT, en om het appeal van WHO met € 2 miljoen te financieren.
Het CAP (Consolidated Appeal Process) is als uitgangspunt genomen om naar geschikte initiatieven te zoeken die ook op Noord-Irak van toepassing zijn. Het CAP bundelt alle afzonderlijke noodhulp-appeals van onder andere de VN-organisaties. De activiteiten van de diverse organisaties worden landelijk uitgevoerd. Het accent hiervan ligt echter op het zuiden aangezien daar de noden hoger zijn.
Gekozen is voor UNICEF en WHO die voor deze specifieke appeals respectievelijk 75% en 40% van hun budget besteden in Noord-Irak. De bijdrage aan UNICEF betreft activiteiten op het gebied van: gezondheid en voeding, water, sanitatie en hygiëne, onderwijs en bescherming van het kind.
De bijdrage aan WHO zal gaan naar psycho-sociale hulp voor weduwen en jonge meisjes.
Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Bert Koenders