Kamerbrief inzake bijeenkomst van de Europese Raad te Brussel, 15-16 oktober 2008
Graag bieden wij u hierbij, mede namens de minister-president en de minister van Financiën, het verslag aan van de bijeenkomst van de Europese Raad die op 15 en 16 oktober 2008 te Brussel plaatsvond.
De minister van Buitenlandse Zaken, De staatssecretaris voor Europese Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen Drs. F.C.G.M. Timmermans
Verslag van de bijeenkomst van de Europese Raad op 15 en 16 oktober 2008 te Brussel
Inleiding
Deze bijeenkomst van de Europese Raad stond in het teken van de economische en financiële crisis.Voorzitter Sarkozy zette daarnaast twee andere voor de economie belangrijke onderwerpen op de agenda: het klimaat- en energiepakket en de energiezekerheid. Het laatste onderwerp was op zijn beurt verbonden, aldus het voorzitterschap, met het onderwerp Rusland en het vervolg op de besluiten die de Europese Raad in zijn buitengewone zitting op 1 september jl. had genomen.
Verslag
De Europese Raad begon met het gebruikelijke overleg met de voorzitter van het Europese Parlement, de heer Hans-Gert Pöttering. Zijn toespraak treft u als bijlage bij deze brief aan.
Economische en financiële situatie
In het bijzijn van de president van de Europese Centrale Bank, de heer Jean-Claude Trichet, besprak de Europese Raad de economische en financiële situatie. Minister van Financiën Bos woonde dit deel van de vergadering bij.
Voorzitter president Sarkozy verwees naar de uitkomsten van de bijeenkomst van de Eurogroep op zondag 11 oktober jl. (zie brief van de minister-president en de minister van Financiën aan Uw kamer van 12 oktober jl.). Hij vroeg of de leden van de Europese Raad de gecoördineerde aanpak van Parijs konden onderschrijven. Voorts wees hij op de noodzaak om ook buiten het Europese verband op mondiaal niveau over de kredietcrisis te overleggen.
Er bestond onder de regeringsleiders veel steun en waardering voor het Franse initiatief om de bijeenkomst van regeringsleiders van de Eurolanden te beleggen en voor de uitkomsten van dat overleg.
Minister-president Balkenende complimenteerde voorzitter Sarkozy met het sterke Franse optreden. Ook prees de minister-president de (voorzitter van) de Europese Centrale Bank voor de rol die hij gespeeld heeft. Hij wees er –met andere regeringsleiders- op dat bij alle ingrepen in de financiële markten en het bankwezen het noodzakelijk is de regels van de interne markt (en in het bijzonder die voor staatssteun) en van het Stabiliteits- en Groeipact te respecteren. De minister-president pleitte ervoor voor om in de voorzitterschapsconclusies een beroep op te nemen op de verantwoordelijken in de financiële sector om –naast de overheden- verantwoordelijk te handelen. Voorts wees hij op het belang van een versterking van het toezicht op Europees niveau en op de noodzaak om de Europese regelgeving voor de zogenaamde ‘credit rating agencies’ te verbeteren.
De Europese Raad onderschreef de gecoördineerde aanpak die de zondag tevoren was overeengekomen door de staatshoofden en regeringleiders van de landen in de Eurozone. Er wordt, zo concludeerde de voorzitter van de Europese Raad, een informeel waarschuwings- en informatie-uitwisselingsmechanisme opgezet dat het EU-voorzitterschap, de Commissie, de ECB en de voorzitter van de Eurogroep met elkaar in verbinding stelt. Lidstaten die in moeilijkheden komen kunnen via dit systeem relevante informatie uitwisselen met de instellingen en de andere lidstaten opdat de onderlinge coördinatie wordt verbeterd. In de conclusies wordt het belang onderstreept om bij alle maatregelen om de financiële sector te ondersteunen ook de bescherming van de belastingbetalers en de eigen verantwoordelijkheid van bankmanagers en –aandeelhouders in aanmerking te nemen. Voorts is afgesproken dat de Unie zal toewerken naar versterkt toezicht op de financiële sector. Om te beginnen zullen de nationale toezichthouders tenminste eenmaal per maand bijeenkomen.
Klimaat- en energiepakket
Het klimaat- en energiepakket leverde in de Raad een stevige discussie op. Een aantal lidstaten bleek forse bedenkingen te hebben tegen verschillende onderdelen van de wetgevingsvoorstellen van de Commissie en sprak de vrees uit dat de lasten voor verschillende economische sectoren te hoog zullen uitvallen. Een aantal andere lidstaten stelde daartegenover de noodzaak om de ambitie en het tempo in de onderhandelingen te handhaven. Minister-President Balkenende heeft aangegeven dat besluitvorming in 2008 cruciaal is voor het Europese leiderschap in de aanloop naar de klimaatconferentie in Kopenhagen. Het pakket is over het geheel genomen evenwichtig en fair. Het spreekt vanzelf dat terdege moet worden rekening gehouden met de belangen van de internationaal concurrerende industrie. Daarvoor zijn onderbouwde, op maat gesneden oplossingen mogelijk binnen het kader van het Commissievoorstel. De Minister-President heeft tenslotte aandacht gevraagd voor een voorstel van het Europees Parlement voor de financiering van de demonstratieprojecten voor afvang en opslag van CO2, een technologie die cruciaal is voor het welslagen van het pakket.
De Europese Raad heeft in zijn conclusies bevestigd dat zij het ambitieniveau – zoals uitgesproken door de Voorjaarsraden van 2007 en 2008 – wil handhaven. Voorzitterschap en Commissie zijn gevraagd in de komende weken te zoeken naar oplossingen voor de gesignaleerde economische knelpunten, met het doel te besluiten in december van dit jaar. Daarbij zal een strenge toets op kosteneffectiviteit worden gehanteerd en rekening worden gehouden met de specifieke situatie van ieder van de lidstaten.
Energiezekerheid
Het voorzitterschap presenteerde over het thema energievoorzieningszekerheid een eigen rapport. De Europese Raad onderstreepte onder meer het belang van energie-efficiëntie, diversificatie van energiebronnen en de versterking van vitale infrastructuur, in het bijzonder de trans-Europese netwerken. Tijdens de Voorjaarsraad zal een diepgaander discussie over dit thema plaatsvinden op basis van de dan beschikbare tweede Strategic Energy Review.
Verdrag van Lissabon
In het bijzijn van de voorzitter van het Europees Parlement werd de stand van zaken rond de parlementaire goedkeuring en bekrachtiging van het Verdrag van Lissabon besproken. Minister-president Cowen verklaarde dat vier onderwerpen tijdens de referendumcampagne voorafgaand aan het Ierse ‘nee’ een rol hebben gespeeld: de eigen Commissaris, defensie en de traditie van neutraliteit, sociaal/ethische zaken en belasting. Hij beloofde in december te komen met de elementen voor een oplossing die Ierland denkt nodig te hebben, rekening houdend met het feit dat de lidstaten het verdrag niet willen heronderhandelen.
Voorzitter president Sarkozy verzocht de juridische dienst van de Raad te helpen bij het formuleren van zulk een oplossing en besloot dat de Europese Raad van december een routekaart zal vaststellen voor het verdere verloop van het parlementaire goedkeuringsproces. Dan zal tevens een besluit worden genomen over de vraag of de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni 2009 onder het regime van Nice of dat van Lissabon zullen worden gehouden.
Reflectiegroep
De Europese Raad keurde de samenstelling van reflectiegroep goed. De groep brengt een twaalftal vooraanstaande Europeanen samen, afkomstig uit verschillende sectoren van de samenleving. De Nederlandse architect Rem Koolhaas is één van de benoemde leden. De reflectiegroep zal zich bezinnen op de uitdagingen van de Unie op de langere termijn (horizon 2020-2030). Het gaat daarbij om zaken als het concurrentievermogen van de EU, duurzame ontwikkeling, migratie, energie en klimaatbescherming, wereldwijde onveiligheid en stabiliteit, internationale criminaliteit en terrorisme. De reflectiegroep zal zijn verslag aanbieden aan de Europese Raad van juni 2010.
Immigratie en asiel
Zoals voorzien bekrachtigde de Europese Raad het Asiel- en Migratiepact dat tijdens de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 25 september jl was aangenomen. In het pact zijn politieke prioriteiten vervat inzake grensbewaking, legale en illegale migratie, integratie, terugkeer, en asiel en migratie in relatie tot ontwikkeling. Hiermee wordt een krachtige impuls gegeven aan de voorbereiding van een meer coherent en eenvormig emigratie- en asielbeleid.
Follow-up van de bijzondere zitting van de Europese Raad van 1 september 2008
De ministers van Buitenlandse Zaken spraken tijdens hun diner over Georgië en de relaties van de EU met Rusland. Hiermee vervolgden zij hun bespreking tijdens de RAZEB op 13 oktober jl. Bij deze dinerbespreking richtten de ministers zich met name op de uitkomsten van de bijeenkomst in Genève diezelfde dag, 15 oktober, over een duurzame oplossing voor de regio.
De ministers spraken hun teleurstelling uit over het feit dat de vertegenwoordigers van Abchazië en Zuid-Ossetië hadden geëist dat zij met eigen vlag als zelfstandige staten aan tafel zouden zitten, hierin gesteund door Rusland. Aangezien dit van de zijde van de Europese Unie en de internationale gemeenschap niet werd geaccepteerd, hadden zij de besprekingen verlaten. De besprekingen bleven aldus zonder resultaat.
Minister Verhagen wees er in dit verband op dat ook bij de voorziene vervolgbespreking op 18 november a.s. het niet zo kon zijn dat aanwezigheid van vertegenwoordigers van Abchazië en Zuid-Ossetië op enigerlei wijze impliciet of expliciet erkenning van deze gebieden kon inhouden. De territoriale integriteit van Georgië op basis van de internationaal erkende grenzen stond buiten kijf.
Minister Verhagen stelde voorts dat de constructieve medewerking van Rusland bij de besprekingen over een duurzame oplossing voor de regio onderdeel uitmaakte van de implementatie van het zogeheten zes-puntenakkoord. Meerdere ministers steunden in dit verband de Nederlandse opvatting dat de terugtrekking van de Russische troepen uit de zogeheten bufferzones een positieve stap was, maar dat de uitvoering van het gehele zes-puntenakkoord nog geen feit was. De dialoog met Rusland moest worden voortgezet en in dit kader moest ook de voor 14 november a.s. voorziene Top van de EU met Rusland verder worden voortgezet, maar op dit moment kon nog niet worden overgegaan tot 'business as usual'. De voorzitter stelde vervolgens vast dat de RAZEB de door de Europese Raad van 1 september jl gevraagde evaluatie van de betrekkingen van de EU met Rusland zal voortzetten, mede met het oog op de voorziene Top met Rusland.