Beantwoording vragen van het lid Van der Staaij over de golf van Arabische haatzaaiende, antisemitische cartoons
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van der Staaij over de golf van Arabische haatzaaiende, antisemitische cartoons. Deze vragen werden ingezonden op 10 maart 2008 met kenmerk 2070814240.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van der Staaij (SGP) over de golf van Arabische haatzaaiende, antisemitische cartoons.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de golf van bijzonder antisemitische cartoons in de Arabische media (onder meer in Jordanië, Syrië, Iran, Egypte en de Golfstaten)?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u deze Arabische propaganda, waarbij wordt aangezet tot haat richting joden en Israël?
Antwoord
Aanzetten tot haat richting bepaalde landen of etnische, religieuze en andere bevolkingsgroepen keur ik ten zeerste af. Iedereen die een beroep doet op de vrijheid van meningsuiting heeft de verantwoordelijkheid zich rekenschap te geven van de consequenties die zijn of haar woorden kunnen hebben.
Vraag 3
Bent u bereid om de ambassadeurs uit de betreffende Arabische landen hiervoor ter verantwoording te roepen?
Vraag 4
Bent u voorts bereid om uw afschuw over deze cartoons expliciet kenbaar te maken aan de betreffende Arabische staten? Langs welke kanalen gaat u dit doen? Wilt u dit aspect ook in internationaal verband aan de orde stellen? Welke consequenties moet het in uw ogen hebben, indien de betreffende landen weigeren op te treden tegen dergelijke haatzaaiende propaganda?
Antwoord
Waar de gelegenheid zich voordoet, zal ik mijn verontrusting over deze cartoons delen met en met de autoriteiten van de desbetreffende landen. In internationaal verband zijn met name initiatieven als de Alliance of Civilizations van belang, die er voor zorgen dat middels interculturele dialoog wordt bijdragen aan wederzijds begrip en goede betrekkingen tussen bevolkingsgroepen en mensen met een verschillende sociale, culturele en religieuze identiteit. In dit kader zal ik mijn ambtgenoten, andere autoriteiten en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld blijven motiveren om samen de voedingsbodem van polarisatie en extremisme te beperken. Dit niettegenstaande, moet worden vastgesteld dat ambassadeurs of hun regeringen meestal niet verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor de betekenis of de inhoud van cartoons of andere publicaties in hun land van mensen die gebruik maken van hun vrijheid van meningsuiting.