Beantwoording vragen van het lid Van Bommel over ratificatie van het Verdrag van Lissabon

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel over de ratificatie van het Verdrag van Lissabon. Deze vragen werden ingezonden op 21 april 2008 met kenmerk 2070818450.

De staatssecretaris voor Europese Zaken,

Frans Timmermans

Antwoorden van de heer Timmermans, staatssecretaris voor Europese Zaken, op vragen van het lid Van Bommel (SP) over ratificatie Verdrag van Lissabon.

Vraag 1

Wat vindt u van het feit dat de voorzitter van het Comité voor Constitutionele Zaken van het Europees Parlement collega’s oproept om geen gevoelige zaken met betrekking tot de implementatie van het Verdrag van Lissabon te bespreken totdat duidelijk is dat het Verdrag zal worden geratificeerd?1)

Vraag 2
Wat is uw mening over de oproep van Poul Nyrup Rasmussen, voorzitter van de PES, aan de Europese Commissie om vanwege het ratificatieproces de controversiële patiëntenrichtlijn niet in zijn huidige vorm voor te stellen?2)

Vraag 3
Is er op ministerieel of ambtelijk niveau in de Europese Unie gesproken over het achterwege laten van mogelijk controversiële handelingen door de instellingen van de Europese Unie om het ratificatieproces niet in gevaar te brengen? Zo ja, wat was uw reactie daarop en welke afspraken zijn er gemaakt?

Vraag 4
Deelt u de mening dat Europese burgers, die vanwege het ratificatieproces met meer belangstelling kijken naar het functioneren van de EU, recht hebben om niet misleid te worden over de werking ervan? Zo ja, bent u bereid u in te zetten opdat dit niet gebeurt? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

In de Raad van Ministers van de Europese Unie zijn geen afspraken gemaakt om mogelijk controversiële besluiten van de Unie achterwege te laten in verband met het ratificatieproces van het Verdrag van Lissabon in de lidstaten. De regering is van mening dat het Verdrag van Lissabon door iedere lidstaat op zijn eigen merites beoordeeld moet worden en wenst daarom in dit verband ook geen waardeoordeel uit te spreken over politieke uitspraken van leden van het Europees Parlement.

Vraag 5

Kunt u zich vinden in de opsomming van 40 punten die door de Sloveense permanente vertegenwoordiger, Ambassadeur Igor Sebcar, genoemd zijn als details die voor de implementatie van het verdrag nog moeten worden uitgewerkt?

Vraag 6
Mogen we uit uw antwoorden op de vragen van het lid Ten Broeke 4) opmaken dat er op geen van deze punten onderhandelingen plaatsvinden over de invulling ervan, maar er slechts sprake is van verkenning op ambtelijk niveau van de punten die nog moeten worden uitgewerkt? Zo ja, hebt u al zicht op welke punten verdere politieke besluitvorming noodzakelijk is? Zo neen, over welke punten vinden politieke onderhandelingen plaats?

Vraag 7
Is er afgesproken pas te spreken over de politieke besluiten die nog moeten worden genomen wanneer het referendum in Ierland heeft plaatsgevonden?

Antwoord

Overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van 14 december 2007 is het Sloveens voorzitterschap begonnen met de voorbereidingen voor de beoogde inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon. Daartoe organiseert het voorzitterschap verkennende besprekingen op ambtelijk niveau. Het voorzitterschap heeft nog niet aangegeven op welk moment politieke besluitvorming hierover zal plaatsvinden. Evenmin is een besluit genomen hierover pas na het referendum in Ierland te spreken. In de nota naar aanleiding van het verslag van de vaste commissie voor Europese Zaken inzake het wetsvoorstel ter goedkeuring van het Verdrag van Lissabon (Kamerstuk 2007-2008, 31 384, nr. 6) zal de regering nader antwoord geven op de vragen van de leden van diverse fracties over de voorbereidingen van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon.

1) Brief Jo Leinen aan Reimer Böge, 13 maart 2008 (zie bijlage)

2) EUObserver, 10 januari 2008: ‘EU health bill pulled amid national and MEP criticism’,

3) EUobserver, 28 november 2007

4) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007-2008, nr. 1256