Beantwoording vragen van het lid Van Bommel over oorlog in Georgië
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel over de oorlog in Georgië. Deze vragen werden ingezonden op 13 augustus 2008 met kenmerk 2070827350.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Van Bommel (SP) over oorlog in Georgië.
Vraag 1
Wat is uw oordeel over de escalatie van geweld die sinds 6 augustus in Zuid-Ossetië plaatsvindt tussen Georgische en Russische troepen? Is naar uw oordeel één van de deelnemende partijen aan te wijzen als agressor? Zo ja, om wie gaat het daarbij?
Antwoord
Ik betreur de escalatie van geweld die sinds 6 augustus heeft plaatsgevonden tussen Georgische en Russische troepen. Rusland heeft naar mijn oordeel buitensporig geweld gebruikt. In het belang van de burgerbevolking is het allereerst zaak dat het staakt- het-vuren wordt nageleefd, zodat humanitaire hulp op gang kan komen en de slachtoffers worden bereikt. Daarna moet in goed overleg tussen alle betrokken partijen gezocht worden naar een duurzame oplossing van het conflict. Daarbij is het aanwijzen van een agressor niet behulpzaam.
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat onder de huidige omstandigheden een neutrale rol voor de EU, gericht op een staakt-het-vuren en humanitaire hulp, het beste is? Gaat u dit in EU-verband bepleiten?
Antwoord
Nederland steunt de internationale bemiddeling die onder leiding van de EU en de OVSE heeft geleid tot een staakt-het-vuren. De eerste prioriteit is inderdaad het verlenen van humanitaire hulp en internationale monitoring van het staakt-het-vuren. Nederland heeft dit standpunt tijdens de bijzondere Raad Algemene en Externe betrekkingen (RAZEB) van 13 augustus jl. ook uitgedragen. V.w.b. humanitaire hulp is uit het budget van ECHO (European Commission Humanitarian Aid Office) kort na het uitbreken van het conflict een bedrag van Є 1 miljoen ter beschikking gesteld voor noodhulp aan de getroffenen.
Vraag 3
Is het waar dat Rusland in een officieel bericht aan de NAVO heeft gesteld dat de NAVO Georgië heeft aangemoedigd tot een aanval op Zuid-Ossetië? 1) Wat is hierop uw reactie?
Antwoord
De NAVO heeft geen officieel bericht met een dergelijke inhoud van Rusland ontvangen.
Vraag 4
Is het waar dat Rusland een blokkade van Georgische havens uitvoert? Is het tevens juist dat Oekraïne dreigt Russische marineschepen niet terug te laten keren in de haven van Sebastopol? 2) Zo ja, wat is uw oordeel daarover? Acht u het verstandig dat Oekraïne zich actief met het conflict bemoeit?
Antwoord
Of op dit moment van een blokkade kan worden gesproken, kan ik niet bevestigen. Rusland en Georgië hebben inmiddels hun goedkeuring gegeven aan het vredesplan-Sarkozy. Onderdeel daarvan is de toegang van humanitaire hulp tot de regio. Oekraïne zou dergelijke uitspraken in de media hebben gedaan. Ik neem deze voor kennisgeving aan. In algemene zin ligt de prioriteit bij de-escalatie van het conflict en beëindiging van gewelddadigheden. De internationale gemeenschap moet in dezen een bemiddelende en stabiliserende rol spelen.
Vraag 5
Wat is uw oordeel over de dreigende internationale escalatie waarbij andere provincies en ook andere landen in het conflict worden betrokken? Op welke wijze denkt u dat dit kan worden voorkomen?
Antwoord
Het conflict zal zeker gevolgen kunnen hebben voor de regionale veiligheid en stabiliteit. Welke gevolgen dat precies zijn, zal pas over enige tijd duidelijk worden. Het komt er nu op aan om door internationale bemiddeling op basis van het door alle partijen aanvaarde stappenplan te komen tot een aanvaardbare en duurzame oplossing van het conflict.
Vraag 6
Wat betekent in deze crisis de praktische uitwerking van de Intensified Dialogue-status die eerder dit jaar door de NAVO aan Georgië is toegekend? Kunt u toelichten wat deze dialoog tot dusverre voor betekenis heeft gehad? Acht u het verstandig deze dialoog op te schorten teneinde geen directe betrokkenheid van de NAVO bij dit conflict in stand te houden?
Antwoord
De Intensified Dialogue-status is in september 2005 aan Georgië toegekend. NL heeft dit NAVO-besluit destijds mede op verzoek van uw Kamer (motie Koenders) ondersteund. In deze crisis betekent de praktische uitwerking van deze status dat de Noord-Atlantische Raad op 12 augustus met Georgië heeft gesproken over de laatste ontwikkelingen. In bredere zin is de betekenis van deze dialoog dat de NAVO en NAVO-landen, waaronder Nederland, Georgië de afgelopen jaren hebben ondersteund bij de implementatie van politieke en defensie-hervormingen. Daarbij is tevens sprake van terugkerend overleg met Georgië o.a. ook over de tot voor kort bevroren conflicten in Zuid-Ossetië en Abchazië. Onder de huidige omstandigheden acht ik opschorting van deze dialoog niet verstandig. Het zou een verkeerd signaal geven aan alle partijen, niet in de laatste plaats aan de Georgische bevolking, die in meerderheid achter verdere toenadering tot het bondgenootschap staat.
Vraag 7
Deelt u de mening dat de beslissing over de Membership Action Plan-status van de NAVO niet aan Georgië moet worden toegekend, omdat het de NAVO-landen meesleept in conflicten die eerst via diplomatieke weg moeten word en opgelost? Kunt u dat toelichten?
Antwoord
Tijdens de NAVO-top in Boekarest (april 2008) heeft Nederland naar voren gebracht dat het nog te vroeg was voor het verlenen van een MAP-status aan Georgië. Het Nederlandse standpunt t.a.v. de NAVO-ambities van Georgië blijft ongewijzigd. Het vinden van een duurzame oplossing van de tot voor kort bevroren conflicten is en blijft een onderdeel van de afweging over verdere toenadering tot het bondgenootschap.
Vraag 8
Deelt u de mening dat de beslissing over de MAP-status van de NAVO voorlopig niet aan Oekraïne moet worden toegekend, omdat het de NAVO-landen meesleept in conflicten die eerst via diplomatieke weg moeten worden opgelost? Kunt u dat toelichten?
Antwoord
MAP-verlening aan Oekraïne kent een eigen afweging, waarover ik u in de aanloop naar de NAVO-top in Boekarest reeds heb bericht.
1) “NATO encouraged Georgia Russian envoy”, 8 augustus, 2008. Russia Today
2) “Rusland meldt aanhoudende Georgische beschietingen”, 11 augustus 2008, webeditie Elsevier, zie http://www.elsevier.nl/web/Artikel.htm?contentid=198960
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Baalen (VVD), ingezonden 12 augustus 2008 (vraagnummer 2070827290)