Beantwoording vragen van het lid Van Baalen over de Russische agressie tegen Georgië
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Baalen over de Russische agressie tegen Georgië. Deze vragen werden ingezonden op 12 augustus 2008 met kenmerk 2070827290.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Van Baalen (VVD) over Russische agressie tegen Georgië.
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van de verklaringen van de president van de Verenigde Staten Bush en de minister van Buitenlandse Zaken van Frankrijk als voorzitter van de Europese Unie?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de Amerikaanse president terecht heeft aangegeven dat het Russisch optreden “buitensporig” is, terwijl de reactie van de EU-voorzitter deze kwalificatie ten onrechte weglaat?
Antwoord
Ik betreur de escalatie van geweld die sinds 6 augustus heeft plaatsgevonden tussen Georgische en Russische troepen. Rusland heeft naar mijn oordeel buitensporig geweld gebruikt.
Vraag 3
Bent u bereid u in EU-kader in te zetten voor een veroordeling van het Russisch optreden in Georgië, te onderstrepen dat de opstandige Georgische regio’s, zoals Zuid-Ossentië, Abchazië, Adzjarië, volgens het internationale recht onderdeel zijn van de Republiek Georgië en dat op basis van deze uitgangspunten tot een geweldloze, politieke oplossing van de problemen in Georgië moet worden gekomen?
Antwoord
Zoals aangegeven in mijn brief van 15 augustus jl. inzake het verslag van de bijzondere Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) d.d. 13 augustus jl., heeft Nederland tijdens de RAZEB steun uitgesproken voor vredesinitiatieven van de EU en de OVSE. Er was in de RAZEB consensus dat een vreedzame en duurzame oplossing van het conflict gebaseerd moet zijn op respect voor de onafhankelijkheid, de soevereiniteit en de territoriale integriteit van Georgië .
Vraag 4
Bent u bereid de Kamer deze week, naast antwoorden op bovengestelde vragen, een appreciatie van de situatie in de Zuidelijke Kaukasus te geven en te informeren over oplossingsrichtingen waaraan Nederland, in internationaal verband, denkt?
Antwoord
Ik verwijs graag naar het verslag van de RAZEB van 15 augustus jl. Het door de RAZEB gesteunde en door beide partijen aanvaarde zes–stappenplan, dat met bemiddeling van het EU-voorzitterschap tot stand is gekomen, bevat de eerste oplossingsrichtingen voor een duurzame oplossing van het conflict. Maar de situatie blijft nog fragiel.