Beantwoording vragen van het lid Van Baalen over de Nederlandse bezorgdheid over het Taiwanese VN-referendum
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Baalen over de Nederlandse bezorgheid over het Taiwanese VN-referendum. Deze vragen werden ingezonden op 19 februari 2008 met kenmerk 2070812050.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Baalen (VVD) over de Nederlandse bezorgheid over het Taiwanese VN-referendum.
Vraag 1
Is het waar dat u, tijdens de viering van het Chinees Nieuw Jaar te Den Haag, in tegenwoordigheid van de ambassadeur van de Volksrepubliek China, uw bezorgdheid heeft uitgesproken over het referendum dat Taiwan voornemens is te houden over haar aanvraag voor het VN-limaatschap? 1)
Vraag 2
Is het waar dat u daarbij tevens aangaf dat geen van de partijen, zijnde de Volksrepubliek China en de Republiek China (Taiwan), hun toevlucht moet nemen tot eenzijdige maatregelen?
Vraag 3
Deelt u de mening dat het op Taiwan richten van meer dan 1500 raketten, het dreigen met politieke, economische en militaire sancties en het ontkennen van het zelfbeschikkingsrecht van Taiwan door China van een geheel andere orde zijn dan het op legale wijze uitschrijven van een referendum door de democratisch gekozen autoriteiten op Taiwan en het met volstrekt vreedzame middelen aanspraak maken op het zelfbeschikkingsrecht?
Vraag 4
Bent u bereid om u binnen de Europese Unie, de VN en andere internationale organisaties voor een duurzame vrede en stabiliteit aan weerszijden van de Straat van Taiwan in te zetten, waarbij aan China kenbaar wordt gemaakt dat de inzet van militaire middelen noch politieke en economische chantage tegen Taiwan opties mogen zijn?
Antwoord
Het bericht van Novum is gebaseerd op onjuiste informatie die gedurende korte tijd op de website van het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft gestaan. Het nieuwsbericht maakte melding van een versie van mijn speech tijdens de Chinese nieuwjaarsviering die ik daar niet heb uitgesproken. Zodra dit ontdekt werd, is de juiste versie van mijn speech op de website geplaatst. In de speech die ik heb uitgesproken in tegenwoordigheid van de Chinese ambassadeur mevrouw Xue wordt geen melding gemaakt van het Taiwanese referendum. Wel heb ik met Chinese journalisten die ter plaatse waren gesproken over het referendum inzake de aanvraag van het VN-lidmaatschap onder de naam Taiwan, dat op 22 maart 2008 wordt gehouden.
Met inachtneming van het één-China beleid is de regering met de EU van mening dat het Taiwan-vraagstuk op vreedzame wijze via dialoog tussen beide betrokken partijen moet worden opgelost. Zij moeten niet overgaan tot unilaterale acties die zouden kunnen leiden tot een wijziging van de status quo, destabiliserende initiatieven of dwang. De regering is in dit kader bezorgd over het besluit in Taiwan om het voorgestelde referendum inzake het toetreden tot de VN onder de naam Taiwan door te laten gaan. Het unilateraal voorgestelde referendum riskeert de spanning in de Straat van Taiwan te verhogen, wat potentieel nadelig is voor alle betrokkenen, inclusief de bevolking van Taiwan.
Zoals reeds aangegeven in de regeringsreactie op het AIV-advies "Met het oog op China: op weg naar een volwassen relatie" is de regering van mening dat de militaire opbouw van China geleidelijk aan invloed heeft op de regionale machtsverhoudingen. Daarbij is het gebrek aan transparantie met betrekking tot de omvang en de doelstellingen van de Chinese defensie-inspanningen een punt van aandacht. De EU en Nederland hebben daarom ook bij de Chinese autoriteiten aangedrongen op een grotere transparantie op dit gebied.
In het licht van het voorgaande gaat Nederland met de EU door om beide zijden aan te moedigen om bij te dragen aan het bevorderen van dialoog en praktische samenwerking en het opbouwen van wederzijds vertrouwen.
1) Novum, 9 februari 2008