Beantwoording vragen van het lid Ten Broeke over het bevriezen van EU-subsidies voor Bulgarije

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ten Broeke over het bevriezen van EU-subsidies voor Bulgarije. Deze vragen werden ingezonden op 4 juli 2007 met kenmerk 2070824560.

De staatssecretaris voor Europese Zaken,

Frans Timmermans

Antwoorden van de heer Timmermans, staatssecretaris voor Europese Zaken op vragen van het lid Ten Broeke (VVD) over het bevriezen van EU-subsidies voor Bulgarije.

Vraag 1

Heeft de Europese Unie de betaling van belangrijke onderdelen van de EU-fondsen aan Bulgarije gestaakt? 1)

Vraag 2

Om hoeveel geld gaat het daarbij en welke EU-fondsen zijn daarbij in het geding?

Antwoord

Sinds het begin van dit jaar is door de Europese Commissie de betaling gestaakt voor projecten in het kader van de pre-accessieprogramma’s Instrument for Structural Policies for Pre-Accession (ISPA), Special action programme for agriculture and rural development (Sapard) en het zogeheten Phare programma. Over welk bedrag het precies gaat, hangt af van het wel of niet meerekenen van feitelijk afgeronde, maar formeel nog niet gesloten projecten (zoals een reeds aangelegde weg). Bovendien kan het bedrag anders uitvallen naar gelang men de in de projecten begrote Bulgaarse co-financiering meerekent. Tevens is van invloed of men enkel de gecommitteerde projecten of ook de nog niet gecommitteerde, maar wel de in het betreffende programma gereserveerde middelen meetelt. Afhankelijk van de wijze van berekenen, gaat het om een bedrag in de orde van grootte van € 600 miljoen – 1 miljard.

Voorts zij opgemerkt dat als gevolg van het wegvallen van het in opspraak geraakte National Road Infrastructure Fund (NRIF), dat wegens fraude en omkoping geheel zal worden vervangen door een nieuw uitvoerend agentschap, de aanvankelijk door dit fonds te besteden structuurfondsen voor wegenbouw in het kader van het Operationeel Programma Regionale Ontwikkeling voorlopig niet gecommitteerd zullen worden.

Vraag 3

Kunt u uiteenzetten welke misstanden zijn vastgesteld bijvoorbeeld t.a.v. uitgaven voor agrarische ontwikkeling en t.a.v. uitgaven voor wegenaanleg?

Antwoord

De onregelmatigheden die hebben geleid tot bevriezing van de respectievelijke betalingen vallen uiteen in twee categorieën. Aan de ene kant constateerde de Europese Commissie projectspecifieke misstanden, zoals vermeende belangenverstrengeling bij het gunnen van aanbestedingen, het indienen van valse offertes voor aankopen door de projectbegunstigde, de levering van ander materieel dan in contracten is aangegeven (tweedehands materiaal werd bijvoorbeeld als nieuw aangekocht) en het oprichten van verschillende aan elkaar gelinkte firma’s om door middel van meerdere projecten financiering te verkrijgen boven het gestelde subsidieplafond.

Aan de andere kant heeft onderzoek naar de bovengenoemde misstanden aan het licht gebracht dat er bij verschillende door de Europese Commissie geaccrediteerde betalingsagentschappen meer in het algemeen sprake is van problemen met de algehele goedkeurings- en beheersstructuur, waardoor er ook sprake is van gebrekkige controle op corruptie en fraude. Problemen betreffen o.a. een gebrekkige interne controle, onjuist verdeelde bevoegdheden, administratieve capaciteitsproblemen en slechte communicatie met de Europese Commissie.

Vraag 4

Welk percentage van de uitgaven vanuit de betreffende fondsen zijn op onjuiste wijze besteed in Bulgarije?

Antwoord

Het is in dit stadium nog niet duidelijk welk percentage van de uitgaven op onjuiste wijze zijn besteed. Het besluit tot het stopzetten van betalingen is genomen nadat onderzoek naar concreet gerapporteerde onregelmatigheden ten aanzien van een beperkt aantal projecten een meer structureel probleem aan het licht bracht. Naar aanleiding daarvan is een begin gemaakt met het nader controleren van mogelijke andere problematische projecten. Deze onderzoeken lopen nog.

Vraag 5

Moet worden vastgesteld dat Bulgarije nog onvoldoende lering heeft getrokken uit eerdere kritiek vanuit de Europese Unie op o.m. het gebied van corruptiebestrijding en het gebruik van landbouwsubsidies?

Vraag 6

Welke conclusies trekt de Nederlandse regering uit deze nieuwe ontwikkelingen m.b.t. de EU-subsidies voor Bulgarije? Welke eisen zullen door Nederland worden gesteld t.a.v. een eventuele voortgang van de EU-subsidiestroom naar Bulgarije?

Antwoord

De geconstateerde onregelmatigheden bij de besteding van Europese subsidies in Bulgarije zijn zorgwekkend en een signaal van onvoldoende voortgang op het gebied van corruptiebestrijding. Het zogeheten Cooperation and Verification Mechanism (CVM) – het monitoringsmechanisme ontworpen ter ondersteuning van verdere justitiële hervormingen en de aanpak van corruptie- en misdaadbestrijding – alsmede het stopzetten van de Europese fondsen hebben tot een aantal concrete maatregelen van de Bulgaarse autoriteiten geleid. Eind april werden vier ministers vervangen, waaronder de minister van Binnenlandse Zaken, en werd een nieuwe vicepremier benoemd, belast met de absorptie van Europese fondsen. De implementatie van de in gang gezette hervormingen wordt nauwlettend gevolgd door de Europese Commissie. Eind juli zal de Europese Commissie haar CVM-rapport presenteren over de voortgang op het gebied van justitiële hervormingen en de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad. Het kabinet zal op basis van dit rapport haar verdere inzet op dit gebied nader bepalen. Daarbij geldt dat een gebrek aan vooruitgang niet zonder consequenties kan blijven. Uw Kamer zal hierover spoedig na het verschijnen van het rapport worden geïnformeerd.

1) Zie o.m. http://www.novinite.com/view_news.php?id=94578 en

http://www.novinite.com/view_news.php?id=94615