Beantwoording vragen van het lid Peters over de uitspraken van zwemcoach Jacco Verhaeren

Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Peters over de uitspraken van zwemcoach Jacco Verhaeren. Deze vragen werden ingezonden op 29 februari 2008 met kenmerk 2070812990.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen

De staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
Dr. M. Bussemaker

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken en mevrouw Bussemaker, staatssecretaris van VWS, op vragen van het lid Peters (Groen Links) over de uitspraken van zwemcoach Jacco Verhaeren.

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de uitspraken van zwemcoach Jacco Verhaeren dat sporters en begeleiding een brief hebben ontvangen van het NOC*NSF, waarin staat dat ze in de problemen kunnen komen wanneer ze zich tijdens de Olympische Spelen kritisch uitlaten over de mensenrechten- of politieke situatie in China? 1)

Antwoord
Ja. Wij merken daarbij op dat NOC*NSF de sporters niet per brief maar tijdens voorlichtingsbijeenkomsten heeft geïnformeerd. In de voorlichting wordt ook duidelijk gemaakt dat het IOC persoonlijke opvattingen in interviews en op weblogs toestaat.

Vraag 2
Deelt u de mening van het NOC*NSF dat het gevaar bestaat dat sporters worden opgepakt wanneer zij zich kritisch uitlaten over de mensenrechten- of politieke situatie in China?

Vraag 3
Deelt u de mening dat het belangrijk is dat sporters zich tijdens de Olympische Spelen vrij kunnen uitlaten over alle onderwerpen, dus ook over de mensenrechten - en politieke situatie? Zo ja, wat gaat u doen om de vrijheid van meningsuiting van Nederlandse sporters op de Olympische Spelen te garanderen?

Vraag 4
Kunt u garanderen dat Nederlandse sporters, die dat willen zich tijdens de Olympische Spelen vrij kunnen uitspreken over alle zaken die zij van belang achten zonder bang te hoeven zijn hier door de Chinese overheid in belemmerd te worden of het risico te lopen hiervoor ondervraagd en/of opgepakt te worden?

Antwoord
De regering is van mening dat de vrijheid van meningsuiting net als de overige burger- en politieke rechten universeel is, en dus ook van toepassing moet zijn voor Nederlandse sporters die actief zijn tijdens de Olympische Spelen in China. Nederland dringt bij de Chinese autoriteiten stelselmatig aan op verbetering van de situatie met betrekking tot de vrijheid van meningsuiting. Het kan evenwel niet worden uitgesloten dat Chinese autoriteiten maatregelen nemen indien buitenlanders, waaronder sporters, zich kritisch uitlaten over de mensenrechten- of politieke situatie in China op een wijze die de Chinese autoriteiten onwelgevallig is. De mogelijkheden voor de Nederlandse autoriteiten om maatregelen te nemen om dit te voorkomen zijn beperkt. De sporters die namens Nederland deelnemen aan de Olympische Spelen bevinden zich immers op Chinees grondgebied. Dat betekent dat zij zich in principe hebben te houden aan de wetten en regels van de Chinese Volksrepubliek. Daarnaast zijn er regels van het IOC over commerciële en politieke uitingen van sporters in interviews en op weblogs tijdens de Olympische Spelen. Sporters leggen zich tevoren vast deze regels te respecteren. NOC*NSF informeert de sporters over de reikwijdte van deze regels.

1) Uitzending van NOVA op 23 februari jl.