Minister Verburg kondigt onderzoek aan over effect van maaltijd in instellingen op de zorgvraag
De ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) laten onderzoek doen naar de effecten van goede voeding en een betere ambiance bij maaltijden in de gezondheidszorg. Zorginstelling BrabantZorg in Veghel werkt mee aan een onderzoek van Wageningen Universiteit Research en Phliss, een onderneming dat eet- en drinkconcepten bedenkt voor zorg en onderwijs.
Het onderzoek is een initiatief van minister Gerda Verburg van LNV. Zij vroeg zich tijdens het uitreiken van de LNV-smaakprijs in mei 2009 hardop af hoeveel pillen het zou schelen, als er meer aandacht zou komen voor de maaltijden in zorginstellingen. Het onderzoek ‘De Genietende Groene Tafel’ dat nu begint wordt gedaan in opdracht van de ministeries van LNV en VWS. Het kost 180.000 € en wordt gefinancierd door het ministerie van LNV.
In het onderzoek is de warme maaltijd de belangrijkste activiteit van de dag: het gaat om maaltijden die worden bereid met minimaal 60% biologische producten, aangevuld met producten zonder kunstmatige smaakversterkers en vrij van kunstmatige kleur-, geur-, smaak- en conserveringsstoffen, met veel aandacht voor presentatie.
‘De Genietende Groene Tafel’ is opgezet in 2 fasen en start op 17 mei op de lokatie De Watersteeg in Veghel van BrabantZorg. De eerste fase duurt 4 weken waarin een nulmeting wordt gehouden: de maaltijden zullen in deze fase onveranderd blijven. Vanaf 14 juni begint de tweede fase van 8 weken waarin de maaltijden aangepast zullen worden, met meer aandacht voor de kwaliteit, de presentatie en de werkwijze van het personeel. Gelijktijdig wordt op lokatie Vita Nova van BrabantZorg in Oss een controlegroep van bewoners gevolgd bij waar niets aan de maaltijden verandert.
In het onderzoek wordt gemeten hoeveel eten cliënten binnenkrijgen, de beleving van de maaltijden, het gebruik van dieetproducten en de hoeveelheid zorg die de cliënt vraagt. Het onderzoek is geslaagd wanneer blijkt dat door een andere wijze van het verzorgen van maaltijden, de kosten voor de instelling op andere plekken terugverdiend kunnen worden, bijvoorbeeld door een verminderd gebruik van (vaak dure) dieetproducten of een verminderde zorgvraag. Het onderzoek wordt ook gebruikt als voorbereiding voor een nog op te zetten langduriger vervolgonderzoek, waarbij gemeten wordt wat een betere maaltijd kan betekenen op het gebied van gezondheid, zoals bloeddruk, cholesterol en suiker en het daarmee samenhangende medicijngebruik.
Als het onderzoek uitwijst dat er positieve effecten zijn op de zorg als gevolg van een andere aanpak van maaltijdverstrekking in de zorg, dan gaat minister Verburg de zorgverzekeraars uitnodigen om mee te betalen. "Ze weten van het onderzoek, maar als blijkt dat we resultaat boeken, dan zitten ze snel bij mij aan tafel en dan gaan we het hebben over medefinanciering van een dergelijke aanpak bij de maaltijden."
Het onderzoek is gebaseerd op beleid neergelegd in de 2 kabinetsnota's 'Gezonde voeding van begin tot eind' (VWS) en 'Duurzaam Voedsel' (LNV).