Beantwoording vragen van het lid Van Velzen over het gewijzigde Amerikaanse kernwapenbeleid

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Velzen over het gewijzigde Amerikaanse kernwapenbeleid. Deze vragen werden ingezonden op 3 december 2007 met kenmerk 2070805940.

De minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Velzen (SP) over het gewijzigde Amerikaanse kernwapenbeleid.

Vraag 1

Wat is uw reactie op het artikel “Kernwapens op Europese bodem gericht op doelwitten in het Midden-Oosten”1)?

Vraag 2
Heeft u kennisgenomen van het voorheen geclassificeerde document “United States Strategic Command - revision 03 periodic update”2)? Deelt u de mening van de Amerikaanse deskundige op het gebied van het Amerikaanse kernwapenbeleid, Hans M. Kristensen, dat er sprake is van een verschuiving van de nucleaire aanvalsplanning, naar de inzet van kernwapens tegen regionale machten3)? Zo ja, wat is daarover uw mening? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3
Zijn deze veranderingen in de Amerikaanse nucleaire doctrine ook doorgevoerd in de nucleaire strategie van de NAVO, gezien het feit dat door de lidstaten van de NAVO alleen met Amerikaanse toestemming gebruik gemaakt kan worden Amerikaanse kernwapens? Zo ja, is de Nederlandse regering geïnformeerd over deze veranderingen? Welke gevolgen heeft deze doctrinewijziging voor de Nederlandse krijgsmacht? Heeft dit bijvoorbeeld gevolgen voor de inzet van de F-16’s van de Koninklijke Luchtmacht, belast met een kernwapentaak?

Vraag 4

Indien u vraag 3 met neen beantwoordt bent u dan bereid om navraag te doen bij de Amerikaanse regering over de aard van de veranderingen zoals door Kristensen beschreven en of deze gevolgen hebben voor de nucleaire doctrine van de NAVO, en deze vragen ook aan de orde te stellen in de eerstvolgende vergadering van de Noord Atlantische Raad? Zo neen, waarom niet?

Antwoord vragen 1 t/m 4

Ja, ik heb kennisgenomen van het genoemde media-artikel en document. Daarin wordt uitgegaan van de aanname dat zowel het Amerikaanse- als het NAVO-kernwapenbeleid specifieke landen identificeert waarop kernwapens zijn gericht. In het Strategisch Concept is vastgelegd, dat de nucleaire strijdkrachten niet langer op enig land gericht zijn. Het Amerikaanse kernwapenbeleid is dienovereenkomstig.

1) http://www.vredesactie.be/article.phd?id=486

2) http://www.fas.org/blog/ssp/united_states/revision03.pdf

3) htpp://fas.org/blog/ssp/2007/11/white_house_guidance_let_to_ne_php#more