Verdachten krijgen meer invloed op eigen strafdossier
Verdachten die voor de strafrechter moeten komen, krijgen straks meer invloed op de samenstelling van het procesdossier. Wettelijk wordt vastgelegd dat de verdachte of zijn advocaat het openbaar ministerie kan verzoeken informatie aan het procesdossier toe te voegen. De rechter-commissaris gaat daar toezicht op houden.
Dit blijkt onder meer uit een wetsvoorstel van minister Hirsch Ballin dat voor advies naar de Raad van State is gestuurd. De bewindsman streeft naar een transparante werkwijze bij dossiervorming in strafzaken. Het dossier moet volledig zijn, voordat de zaak op zitting komt. Vooral bij verdachten die niet in voorarrest zitten is soms het procesdossier pas vlak voor de dagvaarding compleet. Verder wil Hirsch Ballin met een landelijke standaard dossiers in grootschalige onderzoeken zo verbeteren dat de stukken toegankelijker worden.
Een zorgvuldig samengesteld en compleet strafdossier bevordert een efficiënte gang van zaken op de terechtzitting en biedt mogelijkheden het opsporingsonderzoek van politie en justitie te controleren. Voor een verdachte is de inhoud van het procesdossier van groot belang voor zijn verdediging en voor zijn invloed op het verloop van het onderzoek. De nieuwe regeling komt tegemoet aan de bezwaren in de praktijk en biedt meer duidelijkheid. Het streven is om zo vroeg mogelijk - al tijdens het voorbereidend onderzoek - vast te stellen wat wel en wat niet in het dossier moet worden opgenomen.
Ook biedt het wetsvoorstel een heldere verdeling van bevoegdheden tussen de officier van justitie en de rechter, in het bijzonder de rechter-commissaris die een aantal extra taken krijgt.
Het wetsvoorstel houdt rekening met de ontwikkelingen op het gebied van het zogeheten E-dossier. De politie zal in de toekomst langs elektronische weg een proces-verbaal opmaken en verzenden en het openbaar ministerie werkt aan het elektronische strafdossier.