Wettelijke norm voor beloningen in publieke en semipublieke sector
De beloning van bestuurders en hoogste leidinggevenden in de publieke en semipublieke sector wordt aan een wettelijke norm gebonden. De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ingestemd met het wetsvoorstel Normering uit publieke middelen gefinancierde beloning topfunctionarissen.
Het wetsvoorstel kent drie beloningsregimes. In het eerste regime mag de beloning van bestuurders en hoogste leidinggevenden niet uitstijgen boven een beloningsmaximum, gebaseerd op 130 procent van het bruto salaris van een minister. Dit regime geldt voor de publieke sector en voor semipublieke instellingen als het onderwijs, de publieke omroep, drinkwaterbedrijven en woningbouwcorporaties.
In het tweede regime mag de beloning niet uitstijgen boven de voor die sector geldende norm. Deze norm wordt door de betrokken minister vastgesteld. Dit regime geldt bijvoorbeeld voor verzorgingstehuizen en ziekenhuizen.
Het derde regime houdt in dat het kabinet de beloning niet normeert. Dit geldt voor één sector, te weten de zorgverzekeraars.
Voor alle instellingen geldt dat de beloning van bestuurders openbaar wordt gemaakt. Deze verplichting tot openbaarmaking geldt ook voor de bezoldiging van andere werknemers, voor zover deze uitstijgt boven het bezoldigingsmaximum gebaseerd op 130 procent van het salaris van een minister. Het wetsvoorstel geeft de betrokken minister de bevoegdheid om de wettelijke beloningsafspraken te handhaven. In het uiterste geval kunnen betalingen die op grond van de wet verboden zijn, aan de werknemer worden ontnomen.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.