Voorlopige instemming met buitenlandse dienst EU
De EU-ministers van Buitenlandse Zaken hebben het voorlopige groene licht gegeven voor de oprichting van de buitenlandse dienst van de Europese Unie. Hoge Vertegenwoordiger Ashton kan nu het Europees Parlement raadplegen. Daarna komt zij met de uitgewerkte plannen terug bij de ministers van Buitenlandse Zaken, die dan een definitieve beslissing moeten nemen.
De ministers hebben dit besloten tijdens hun maandelijkse vergadering, die dit keer in Luxemburg is gehouden. “Ik heb mijn fiat gegeven, waarmee de Hoge Vertegenwoordiger verder kan. Maar ik wil eerst een beeld hebben hoe de topstructuur van de nieuwe dienst er uit gaat zien en welke kosten ermee zijn gemoeid, voordat ik een definitief oordeel geef,” verklaart minister Verhagen (Buitenlandse Zaken).
Tijdens de vergadering is wel duidelijk geworden dat lidstaten de nieuwe EU-dienst kunnen vragen om ook consulaire diensten te verlenen. Verder is opnieuw onderstreept dat eenderde van het aantal diplomaten van de dienst afkomstig zal zijn van de lidstaten. De overige diplomaten zijn al in dienst van de EU. Binnen een maand zal Hoge Vertegenwoordiger Ashton de ministers aangeven hoe zij de personele invulling gaat regelen.