Onzuinig stoken in zuinige woningen

Bewoners van energiezuinige woningen vertonen een opvallend gedrag. Uit onderzoek blijkt dat hoe zuiniger de woning, hoe onzuiniger het bewonersgedrag.

De energiezuinigheid van de woning is het meest bepalend voor de hoogte van het energiegebruik. Toch heeft ook het gedrag van de bewoner invloed op de energierekening.

Bewonersgedrag

Bewoners van woningen met een (zuinig) A- of B-energielabel stellen vaker de thermostaat op een hogere temperatuur in, stoken vaker in perioden van afwezigheid en ook vaker ’s nachts op een hogere temperatuur. Bewoners van onzuinige woningen vertonen zulk onzuinig gedrag beduidend minder. Waarschijnlijk hebben zij hun gedrag aangepast aan hun (hoge) energierekening. Bewoners van onzuinige woningen hebben ook vaker een laag inkomen en voelen onzuinig gedrag daardoor sterker in hun portemonnee.

Onderstaande figuur laat zien dat bewoners van woningen met een A- of B-label ’s nachts de thermostaat vaker op een hogere stand hebben staan.

Energielabel en verbruik

Het energieverbruik wordt niet alleen bepaald door het energiegedrag van de bewoner maar vooral door de energetische kwaliteit van de woning. Het verbruik en daarmee ook de kosten voor gas en warmte per vierkante meter gebruiksoppervlak van de woning zijn in woningen met een G-label ongeveer 75% hoger dan in woningen met een A-label.

Zuinig stoken loont ook in zuinige woningen

Er wordt wel gedacht dat het in zuinige woningen nauwelijks uitmaakt op welke temperatuur ’s nachts de thermostaat wordt ingesteld. Toch blijkt uit steekproefonderzoek bij huishoudens in zuinige woningen (A- of B-label) dat de thermostaat ’s nachts lager instellen leidt tot lager energieverbruik en daardoor een lagere energierekening. Zuinig stoken loont dus. Ook in goed geïsoleerde woningen.