Harde aanpak van crimineel vermogen
De Tweede Kamer heeft vandaag een wetsvoorstel van Minister Hirsch Ballin aangenomen waardoor criminelen hun illegaal verkregen winsten sneller kunnen worden afgenomen.
Zo kan er in meer gevallen beslag worden gelegd op crimineel vermogen. Daarvoor wordt financieel onderzoek uitgebreid. Van criminelen kan in het vervolg worden verlangd dat zij aannemelijk maken dat inkomsten en voorwerpen legaal werden verkregen. Ook wordt het makkelijker om illegaal verkregen goederen verbeurd te verklaren. Met deze extra maatregelen kunnen de opsporingsdiensten en het openbaar ministerie beter optreden tegen de lucratieve georganiseerde misdaad.
Een belangrijk onderdeel van de nieuwe wetgeving is de aanpassing van de bewijslastverdeling. In de wet wordt verankerd dat van de veroordeelde inzicht kan worden verlangd in de herkomst van zijn vermogen over een periode van maximaal zes jaren voorafgaand aan zijn misdrijf. De veroordeelde wordt daarbij in de gelegenheid gesteld om aannemelijk te maken dat zijn vermogen legaal is verkregen.
Wil een ontnemingsmaatregel slagen dan moet justitie het bedrag dat de rechter oplegt ook daadwerkelijk kunnen incasseren, bijvoorbeeld door al in een vroeg stadium beslag te leggen. Daarmee wordt voorkomen dat criminelen op slinkse wijze hun vermogen elders onderbrengen. De mogelijkheden voor dit zogeheten conservatoir beslag worden met het wetsvoorstel verruimd.
Nieuw is dat het openbaar ministerie ook achteraf financieel onderzoek kan doen als een crimineel probeert te ontkomen aan zijn betalingsverplichting uit een Plukze-maatregel. Vaak zijn er aanwijzingen dat veroordeelden nog steeds over hun geld kunnen beschikken. Ze houden er bijvoorbeeld een luxe levensstijl op na, die niet overeenkomt met hun legale inkomsten. In zulke gevallen moet aanvullend financieel onderzoek mogelijk zijn om de openstaande bedragen alsnog te kunnen incasseren. De bewindsman wil zo voorkomen dat criminelen met hun geld opnieuw misdrijven plegen of investeren in de legale economie.
Financieel onderzoek verbetert de positie van de officier van justitie tijdens de executiefase van de ontnemingsmaatregel. Nu zijn de mogelijkheden om in deze fase onderzoek te doen beperkt. Daarom wil de minister opsporingsbevoegdheden kunnen inzetten om de financiële handel en wandel van een veroordeelde duidelijker in beeld te krijgen..
Daarnaast biedt een ruimere regeling om voorwerpen verbeurd te verklaren meer en effectievere mogelijkheden om de crimineel in zijn vermogen te raken. Voortaan kunnen ook voorwerpen die met de opbrengst van criminele activiteiten zijn aangeschaft - juwelen of luxe auto’s - verbeurd worden verklaard. Nu kan dat alleen met voorwerpen die rechtstreeks afkomstig zijn van het misdrijf of een rol hebben vervuld bij het plegen van het misdrijf, zoals de boot waarmee drugs zijn vervoerd.