Kamerbrief inzake beantwoording vragen van het lid Pechtold over de mogelijkheid tot tijdelijke opvang van voortrekkers op het gebied van mensenrechten uit Iran
Graag bied ik u hierbij, mede namens de Minister van Justitie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Pechtold over de mogelijkheid tot tijdelijke opvang van voortrekkers op het gebied van mensenrechten uit Iran. Deze vragen werden ingezonden op 15 februari 2010 met kenmerk 2010Z02969.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Pechtold (D66) over de mogelijkheid tot tijdelijke opvang van voortrekkers op het gebied van mensenrechten uit Iran.
Vraag 1
Onderschrijft u de stelling dat sinds de laatste, omstreden Iraanse presidentsverkiezingen mensenrechtenverdedigers (zoals journalisten, wetenschappers, kunstenaars, studenten, religieuze minderheden, etnische minderheden) en andere dissidenten in Iran systematisch aangevallen, onderdrukt, opgepakt en/of gemarteld worden, dat honderden dissidenten vastzitten en dat de repressie tegen de Iraanse oppositie onder andere door het voeren van schijnprocessen en het uitvoeren van de doodstraf steeds verder wordt opgevoerd door het huidige regime?
Antwoord
De mensenrechtensituatie in Iran is uiterst zorgelijk. In de afgelopen periode is onder meer sprake geweest van intimidatie en arrestatie van prominente activisten, politici, studenten en journalisten. Het ging daarbij vooral om personen die aan demonstraties hadden deelgenomen, activisten die zich in het verleden tegen het regime hadden uitgelaten, personen die informatie over de huidige situatie in Iran hadden verstrekt (zoals journalisten en bloggers) en personen die banden met het westen zouden onderhouden en derhalve potentieel informatie over de situatie in Iran aan het buitenland zouden kunnen verstrekken. Een voortduren van de repressie en intimidatie moet niet worden uitgesloten.
Vraag 2
Bent u bereid te onderzoeken, in acht nemend het vrijwel onmogelijk worden van effectief mensenrechtenbeleid in Iran en het aanmerken van zestig internationale niet-gouvernementele organisaties en mediaorganisaties als organisaties waarmee Iraniërs geen relaties mogen onderhouden, welke mogelijkheden er zijn om enkele tientallen dissidenten uit Iran tussen de zes en acht maanden in Nederland te laten verblijven, bijvoorbeeld in combinatie met een persoonsgebonden studiebeurs of stagebeurs in het kader van de Netherlands Universities' Foundation for International Cooperation (Nuffic)? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Ondersteuning van mensenrechtenverdedigers is een prioriteit van de mensenrechtenstrategie. Ik ben bereid om te onderzoeken welke mogelijkheden Nederland heeft om, binnen de marges van het Europese en nationale visabeleid, mensenrechtenverdedigers tegemoet te komen en hier een verblijf aan te bieden.
Vraag 3
Wat is uw reactie op de stelling dat het in het belang van het Westen in zijn geheel, en Nederland en de Europese Unie in het bijzonder is, dat deze groeperingen actief zijn, en dat Nederland en de Europese Unie de taak hebben om deze personen waar nodig en waar mogelijk te ondersteunen?
Antwoord
Mensenrechtenverdedigers, waar ook ter wereld, die geweldloos strijden voor bescherming van mensenrechten verdienen onze steun. De situatie in Iran is zeer zorgelijk en individuen die zich uitspreken tegen het regime lopen een verhoogd risico opgepakt te worden door het regime dat in toenemende mate restrictief reageert.
Vraag 4
Zult u het voortouw te nemen in het Europese Shelter City project, dat de mogelijkheid biedt om op Europees niveau mensenrechtenverdedigers tijdelijk op te vangen in verschillende steden, generiek door Europees in te zetten op een versteviging van het programma en specifiek door de mogelijkheden te onderzoeken voor een dergelijke stad in Nederland?
Antwoord
Om tegemoet te komen aan de noden van mensenrechtenverdedigers die tijdelijk respijt nodig hebben, is de EU bezig met de ontwikkeling van het zogenaamde 'Shelter City Initiative', een initiatief op Europees niveau om op gecoördineerde wijze mensenrechtenverdedigers in nood tijdelijk onderdak te kunnen bieden in een netwerk van daarvoor geschikte steden of regio's, de Shelter Cities. Het initiatief wordt getrokken door Tsjechië en actief ondersteund door Nederland. De discussies rond de implementatie van het Shelter City centreren zich vooralsnog op de visamodaliteiten. Het ligt echter in de rede dat een volgende stap identificatie van een Nederlandse stad zal zijn die bereid is op te treden als gastheer voor mensenrechtenverdedigers die in Nederland respijt zullen krijgen.
Vraag 5
Wat is uw standpunt ten aanzien van een uitwisselingssysteem dat in doelstelling en uitvoering vergelijkbaar is met het Libertas Noodfonds, dat kansen zou bieden voor Iraanse studenten om in Nederland tussen de zes en acht maanden te studeren, te promoveren, of wetenschappelijk onderzoek te verrichten, als dit om politieke redenen onmogelijk wordt gemaakt in Iran?
Antwoord
Zoals aangegeven ben ik bereid om mogelijkheden te onderzoeken om mensenrechtenverdedigers te ondersteunen.
Vraag 6
Vindt u dat voor alle eerdergenoemde groeperingen flexibelere visaregelingen moeten gelden, daar het hier niet gaat om doorsnee aanvragers, maar om personen die een voortrekkersrol spelen in de democratisering van Iran?
Antwoord
Bij elke visumaanvraag zal binnen de huidige Europese en nationale wetgevende kaders steeds individueel bekeken worden of een persoon die behoort tot een van deze groepen, in aanmerking komt voor visumverlening. Flexibelere visa-regelingen zijn daartoe niet nodig.
Vraag 7
Deelt u de mening dat het onwenselijk zou zijn wanneer deze personen in het asielzoekerstraject belanden, omdat de terugkeer naar Iran bemoeilijkt wordt door het huidige regime, en het asieltraject een manier kan zijn voor de Iraanse regering om dissidenten buiten de deur te houden en dat effectuering van laatstgenoemde mogelijkheid een aderlating is voor de bewegingen in Iran die pleiten voor democratische hervormingen? Zo ja, op welke manier zult u voorkomen dat zij in het asielzoekerstraject belanden?
Antwoord
Of iemand die zich in Nederland bevindt een asielaanvraag wil indienen, staat tot zijn eigen beoordeling. Dat een Iraanse vreemdeling een asielaanvraag heeft ingediend in Nederland, wordt door de Nederlandse autoriteiten nimmer meegedeeld aan de Iraanse autoriteiten.
Pagina 4 van 4 |