Sterke bankensector onmisbaar voor Nederlandse kenniseconomie

De financiële sector lijkt het dieptepunt voorbij, maar staat in binnen- en buitenland nog altijd onder druk. Instellingen hebben vertrouwen van politici en publiek nog niet herwonnen; de integriteit van bankiers staat ter discussie en aanscherping van regelgeving en toezicht zijn nodig om risico's te verkleinen.

Politici die denken dat vertrouwensherstel en stabiliteit van de sector simpelweg bereikt kunnen worden met het afdwingen van kleinere banken slaan de plank echter mis. Financiële instellingen moeten veiliger, transparanter en klantgerichter worden. Kleine banken zijn echter niet per definitie veiliger, al was het maar omdat risicospreiding via meerdere activiteiten voor hen minder goed te realiseren is.

Nederland, met een internationaal georiënteerde en open kenniseconomie, kan niet zonder een bankensector met voldoende schaal om over de landsgrenzen te opereren. Onze bankensector moet bedrijven kunnen blijven ondersteunen zodra zij hun activiteiten uitbreiden naar het buitenland.

Dat is de boodschap die ik de financiële sector bij de opening van het nieuwe gebouw van het Holland Financial Centre (HFC) aan de Zuidas in Amsterdam mee heb gegeven.

Tijdens de kredietcrisis bleek dat de bankensector te grote risico's had genomen met investeringen in versleutelde Amerikaanse hypotheekobligaties. Hierdoor kwam het instorten van de Amerikaanse huizenmarkt ook in Nederland hard aan. De enorme aandacht bij banken voor investeringen in complexe, innovatieve en afgeleide financiële producten heeft laten zien dat de sector het gevoel met de reële economie steeds meer aan het verliezen was. In opdracht van hun leidinggevenden en hiertoe aangemoedigd door een ongezonde bonuscultuur, stelden medewerkers van financiële instellingen korte-termijn-omzet- en winstdoelen boven het langetermijnbelang van hun financiële instellingen en het maatschappelijke belang van een stabiele financiële sector. Het publieke belang van financiële instellingen die efficiënt betalingsverkeer verzorgen en krediet vrij maken voor bedrijven en burgers werd steeds meer overvleugeld door riskant handelen met oog op eigen gewin.

De sector kreeg door de kredietcrisis een dreun en is daar nog van aan het bijkomen. Om de sector weer overeind te krijgen, is een andere mentaliteit nodig. Terug van avontuurlijk speculeren naar verantwoord bankieren. In de bedrijfsmissie zal het goed bedienen van klanten - consumenten en bedrijfsleven, nationaal en internationaal georiënteerd - weer een centrale plaats moeten innemen.

Nederlandse financiële instellingen kunnen en moeten ertoe blijven doen, dat is mijn ambitie, die van het kabinet en - naar ik aanneem - ook die van de sector zelf. Deze ambitie heeft wel drie randvoorwaarden:

Ten eerste moet het vertrouwen in financiële instellingen worden hersteld. Daar hebben we gedragscodes voor nodig die transparantie, integriteit en moreel handelen borgen. Deze gedragscodes moeten worden nageleefd door een voor iedereen transparant en scherp toezicht. Er is inmiddels een door de banken een code opgesteld. De overheid vindt het van groot belang dat de code wordt nageleefd, en sluit wettelijke maatregelen niet uit om dit te bereiken.

Ten tweede mag het niet zo zijn dat banken slechts handelen omdat codes hen daartoe oproepen. Banken dienen uit zichzelf oog te hebben voor de langetermijnstrategie, goed risicomanagement en de klant centraal stellen. Daarbij is het beëindigen van ongewenste beloningssystemen onmisbaar. Banken dienen zo snel mogelijk orde op zaken te stellen in eigen huis. De samenleving en belastingbetaler mogen niet nogmaals de dupe worden bij nieuwe ongelukken.

Ten derde vraagt de Europese interne markt om banken en verzekeraars die het vizier op Europa richten. Daar hoort Europees gecoördineerd toezicht en Europese regelgeving bij. De uitdaging is om hierover op EU-niveau afspraken te maken, om financiële instellingen op Europees niveau volledig geïntegreerd te kunnen laten werken. Onze kleine thuismarkt en open economie hebben hier veel baat bij.

Als aan bovenstaande voorwaarden is voldaan, kunnen banken zich op een gezonde wijze over de grenzen bewegen; in Europa en verder. Ik kies voor internationale in plaats van nationale banken. Nederlandse bedrijven, waaronder het MKB, produceren veelal voor de Europese markt. Dat kunnen ze alleen als banken hen goed ondersteunen met kredietverlening en andere diensten. Daarvoor heeft de sector voldoende omvang nodig.

De financiële sector vraagt om een dialoog met de politiek. Daarom ga ik onder andere in gesprek met vertegenwoordigers van HFC. Maandag 7 maart 2010 opent HFC zijn poorten aan de Amsterdamse Zuidas. Hier kan zich een zakelijke en financiële hotspot ontwikkelen. Met een financiële sector die ervoor zorgt dat onze bedrijven voldoende krediet krijgen om te kunnen blijven doen waar ze goed in zijn: innovatief ondernemen op Europees niveau. Deze dialoog ga ik zeker niet zonder verwachtingen aan. Het HFC is een platform dat samen door de sector en de overheid is opgericht. Ik verwacht van HFC dat men met concrete ideeën komt die de sector kan helpen de sleutel te vinden naar een sterke toekomst. Wat mij betreft is die sleutel te vinden in goed risicomanagement en het terugwinnen van vertrouwen.


Maria J.A. van der Hoeven, minister van Economische Zaken